Een zeer uitgebreide samenvatting van medisch-biologisch van blok 2.1. Heel handig om dit allemaal te leren voor de open-vragentoets! Alle colleges zijn hierin samengevat en nog uitgebreider uitgelegd.
80-90% van de volwassenen heeft langer dan 3 weken klachten aan de lage rug gehad. 90% herstelt
snel. De ernst van de pijn is geen indicatie voor hoeveel (dreigende) schade er nu is.
Potentiële bronnen van pijn
Vaak veroorzaakt door
o Spieren
o Ligamenten
o Pezen
o Facetgewrichten
Minder vaak veroorzaakt door, maar is wel een optie
o Botten
o Disci
o Zenuwen
o Dura mater
Soms is het handig om er tijdens de anamnese erachter te komen of je te maken hebt met een
ligamentair of spierprobleem etc. Het is van invloed op je behandelstrategie.
Anatomie
Cervicaal – lordose
o Relatief klein wervellichaam en groot foramen
o Facetgewrichten ongeveer 45 graden
Thoracaal – kyfose
o Verhouding wervellichaam en foramen ongeveer gelijk
o Facetgewrichten ongeveer 60 graden
Lumbaal – lordose : hierdoor kan de mens sneller lopen, je bent in staat om grotere stappen
te nemen en een smaller gangspoor (hebben allebei invloed op snelheid)
o Relatief groot wervellichaam en klein foramen
o Facetgewrichten ongeveer 90 graden
Hoe verticaler de facetgewrichten, hoe minder rotatie en meer flexie
Niet of nauwelijks: scoliose. Afwijking in het frontale vlak. Iedereen heeft vrijwel een lichte
afwijking. Heeft bijvoorbeeld ook te maken met een voorkeursarm en –been. In de groeispurt
kunnen allerlei zijwaartse afwijkingen in de wervelkolom ontstaan.
Alleen mensen hebben een lumbale lordose. Het voordeel van een lumbale lordose is dat we
sneller kunnen lopen, smal gangspoor. Je kunt verder kijken wanneer je rechtop staat.
Daarnaast kun je je handen ontwikkelen, om dingen te manipuleren.
Rug is wat achtergebleven qua ontwikkeling. In het thoracale gebied zijn de ligamenten het
dikst en het sterkst, en bij lumbaal het dunst.
Variaties: er zijn veel verschillende houdingen. Toch zijn deze houding ‘normaal’, ze hoeven
niet persé afwijkend te zijn. Ze hoeven niet meteen gerelateerd te worden aan meer of
minder rugpijn. Niet van de toekomstige patiënten een bepaald model aanleren, want dit
vermindert ook niet altijd de rugklachten die ze hebben.
Verschillende typen wervels
,Op de onderstaande afbeelding is de eerste wervel een cervicale wervel. Deze heeft twee foramina
voor de arteria vertebralis. Daarnaast heeft deze een driehoekige foramen voor het ruggenmerg.
De tweede wervel is een thoracale wervel. De derde wervel is een lumbale wervel.
Aspecten van een wervel
De stand van de facetgewrichten verandert in de wervelkolom. Ze kunnen zowel roteren als
flecteren. Thoracaal zullen er vooral rotaties kunnen plaatsvinden. Lumbaal kun je lateroflexie
maken en flecteren. Cervicaal kunnen er rotaties plaatsvinden en ja-knikken.
De positie van het gewrichtsoppervlak bepaalt de richting van de mogelijke bewegingen
Functionele eenheid van Junghans
Het kleinste bewegende segment van de wervelkolom bestaat uit
o 2 corpus vertebralis
o 1 discus intervertebralis
o 2 facetgewrichten
o Verbindende ligamenten
o Zag facetgewrichten als scharnierpunt
o Discus een veer
, o Rotatie over y-as
o Lateroflexie over z-as
o Flexie-extensie over x-as
Lumbale wervel
Groot corpora
Smalste ruggenmergkanaal
Processus spinosus
o Direct naar achteren
o Breed
Facetgewrichten
o Verticaal-dorsaal oriëntatie
Facetgewricht
Worden vaak zwaar belast
Degenereren makkelijk, dit geeft de mogelijkheid tot boetwoekeringen. Deze zorgen voor
vernauwing van de zenuwen.
Kans op artrose is groot
Hoe sterk zijn je spieren etc, is ook belangrijk voor de facetgewrichten – als je sterke spieren
hebt komt er een lagere belasting op de facetgewrichten
Bij oudere mensen kan er snel degeneratie optreden
Bij degeneratie kan er ook sprake zijn van osteofyten (botwoekeringen). Deze osteofyten
kunnen tegen de dura mater aandrukken waardoor pijn ontstaat.
Er zijn vrij grote bewegingsuitslagen mogelijk. Het kapsel van een facetgewricht moet redelijk
ruim zijn, anders heb je die bewegingsmogelijkheden niet.
Ligamenten
, Anterior + posterior longitudinale ligament:
o Lopen van de nek naar het sacrum
o Ze voorkomen hyperextensie en hyperflexie
Lig. flavum: verbind de vertebrae met elkaar
Lig. nuchea: loopt van het occiput naar C7
Lig. interspinalis: deze liggen tussen de proc. spinosi en zijn aan de mediale zijde verbonden
met lig. flavum en aan de laterale zijde aan de lig. supraspinalis
Lig. supraspinalis: verbind de topjes van de proc. spinosi aan elkaar
Lig. alaria: verbind de zijkanten van de dens (C2) aan de mediale zijde van de tumberculums
van het occiput
Lig. transversum: houdt de atlas op zijn plek
Lig. iliolumbale: veroorzaakt vaak pijn in de wervelkolom
Discus
De buitenrand van de discus, annulus fibrosis. De vezels hebben een schuin verloop. Het diepere deel
heeft ook een schuin verloop, alleen dan juist de andere kant op. De discus is een sterk deel van de
wervelkolom. Als je rotaties gaat maken in de wervelkolom is de kans dat de discus wordt beschadigd
groter. Als vezels gelijkmatig onder druk worden gezet, dan wordt de discus juist sterker.
ligamenten van de cervicale wervelkolom
Ligamentum transversum – houdt atlas op z’n plek.
Ligamentum alaria – houdt de dens op de plek
Welke structuren zorgen voor lage rugpijn?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller md1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.51. You're not tied to anything after your purchase.