100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting SV bloedsomploop deel 8: vaatziekten $22.15   Add to cart

Summary

Samenvatting SV bloedsomploop deel 8: vaatziekten

 17 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

zeer uitgebreide samenvatting van het deel bloedsomloop, zowel slides, notities les en de belangrijke zaken uit het boek zijn erin gezet. kan altijd handig zijn als je de lessen hebt gemist, of geen tijd hebt om de livestreams te herbekijken. veel succes ermee.

Preview 10 out of 146  pages

  • December 18, 2023
  • 146
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Bloedsomloop:
Deel 8: VAATLIJDEN

TC 8A.1& 2: CHRONISCHE ARTERIELE INSUFFICIENTIE VAN DE OL 6


1. EPIDEMIOLOGIE 6
1.1. ETIOLOGIE ARTERIELE INSUFFICIENTIE 6
1.2. PREVALENTIE ARTERIËLE INSUFFICIËNTIE 6
2. SYMPTOMEN 8
2.1. FONTAINE CLASSIFICATIE 8
2.2. ULCERA 8
2.3. MATE VAN DE ERNST 9
3. DIAGNOSE 10
3.1. DIFFERENTIEEL DIAGNOSE 10
3.2. DIAGNOSTISCH PROCES 12
4. PROGNOSE 13
4.1. IMPLICATIES VAN EEN SLECHTE LEVENSWACHTING 13
5. SCREENING 15
6. BEHANDELING DEEL 1 16
6.1. ALGEMENE MAATREGELEN 16
6.2. HUIDIGE MANAGEMENT VAN PAD 16
6.3. COMPASS TRIAL – CHRONISCHE PAD 19
6.4. VOYAGER TRIAL – ACTUTE PAD 20
6.5. TERUGBETALINGSCRITERIA VAN XARELTO (= RIVAROXABAN) 2,5 MG BD IN BELGIË 22
6.6. CARDIOVASCULAIRE PREVENTIE 23
6.7. MEDISCHE BEHANDELING 24
7. CASUS 26
8. BEHANDELING DEEL 2: HEELKUNDIGE BEHANDELING 29
8.1. INDICATIE 29
8.2. CHIRURGISCHE PLANNING 31
8.3. PERCUTANE TRANSLUMINELE ANGIOPLASTIE (PTA) 32
8.4. TROMBOLYSE 38
8.5. ENDOPROTHESE 38
8.6. SYMPATHECTOMIE 39
8.7. ENDARTERECTOMIE 39
8.8. OVERBUGGING OF BYPASS 41
1

,8.9. NABEHANDELING 45
8.10. RESULTATEN VAN OPEN HEELKUNDE 46
8.11. ENDOVASCULAIR VS OPEN CHIRURGISCH 49
8.12. AMPUTATIE 50
8.13. CONCLUSIE 51
9. CASUSSEN 52
9.1. CASUS 1 52
9.2. CASUS 2 53
9.3. CASUS 3 54


TC 8A.3: ACUTE ISCHEMIE VAN DE LEDEMATEN 55


1. PATHOGENESE 55
2. KLINISCH BEELD 55
3. ETIOLOGIE 56
3.1. EMBOLIE 56
3.2. TROMBOSE 56
3.3. ANDEREN 57
3.4. ACUTE AORTATROMBOSE 58
4. DIAGNOSE 59
4.1. KLINISCH BEELD 59
4.2. ANAMNESE 59
4.3. PROGNOSE 59
5. BEHANDELING 60
5.1. EMBOLECTOMIE/TROMBECTOMIE 60
5.2. BYPASS 60
5.3. TROMBOLYSE 61
5.4. CRUSH-SYNDROOM 61
5.5. PREVENTIE 61


TC 8A.4: ACUTE EN CHRONISCHE ISCHEMIE VAN DE VISCERALE VATEN 62


1. SPLANCHISCHE BLOEDVATEN 62
1.1. SYMPTOMEN 63
1.2. ACUTE DARMISCHEMIE 63
1.3. ANGOR ABDOMINALIS 64
2. NIERTARTERIE STENOSE 66

2

,2.1. ETIOLOGIE 66
2.2. SYMPTOMEN 66
2.3. DIAGNOSE 66
2.4. BEHANDELING 67


TC8A.5: ATHEROSCLEROTISCHE AANTASTING VAN DE SLAGADERS IN DE HALS & BOVENSTE LEDEMATEN 68


1. INLEIDING 68
1.1. VOORKEURSLOCATIES VAN ATHEROSCLEROSE IN DE SUPRA-AORTISCHE VATEN 68
2. SYMPTOMEN 68
2.1. CAROTIS STROOMGEBIED: A. CEREBRI ANTERIOR – A. CEREBRI MEDIA 69
2.2. VERTEBRO-BASILAIR STROOMGEBIED 69
3. PATHOGENESE VAN DE SYMPTOMEN 69
4. PROGNOSE 70
5. OORZAKEN VAN BEROERTE 71
6. KLINISCH ONDERZOEK 71
7. TECHNISCHE ONDERZOEKEN 72
8. BEHANDELING 73
8.1. CAROTISENDARTERECTOMIE 73
8.2. CAROTISSTENTING (ENDOVASCULAIR) 75
8.3. INDICATIES VOOR CHIRURGISCHE BEHANDELING 76
8.4. ATHEROLSCLEROSE VAN DE A. SUBLCLAVIA 81


TC 8B.1: ANEURYSMA 82


1. DEFINITIE 82
2. ETIOLOGIE 83
3. INFLAMMATOIR ANEURYSMA 86
4. ANEURYSMA AORTA ABDOMINALIS (AAA) 87
4.1. SYMPTOMEN AAA 87
4.2. KLINISCH ONDERZOEK 87
4.3. BEELDVORMING AAA 88
4.4. EVOLUTIE 88
4.5. DIAGNOSE VAN EEN RUPTUUR 89
4.6. PROGNOSE NA RUPTUUR 89
4.7. INDICATIE VOOR SCREENING 89
4.8. SYSTEMATISCHE SCREENING 90

3

,4.9. INDICATIE TOT BEHANDELING 90
4.10. BEHANDELING AAA 91
4.11. PROGNOSE NA AAA 96
5. THORACALE EN THORACO-ABDOMINALE ANEURYSMATA (TAA-TAAA) 97
5.1. ETIOLOGIE TAA-TAAA 97
5.2. SOORTEN TAA-TAAA 97
5.3. SYMPTOMEN TAA-TAAA 97
5.4. DIAGNOSE TAA -TAAA 98
5.5. BEHANDELING 98
6. KLINISCHE TOEPASSINGEN 100
7. ANEURYSMATA A. POPLITEA 103
8. ANDERE ANEURYSMATAS 104
9. TRAUMATISCHE AORTARUPTUUR (TAR) 104


TC 8B.2: DISSECTIE VAN AORTA 106


1. INDELING 106
2. PATHOLOGIE 107
2.1. ONTSTAANSMECHANISME 107
2.2. BIJZONDERE VORMEN 107
3. ETIOLOGIE 108
4. SYMPTOMEN 108
5. DIAGNOSE VAN DISSECTIE 108
6. BEHANDELING 109
6.1. TYPE A-DISSECTIE 109
6.2. TYPE B 110


TC 8C: VENEUZE PATHOLOGIE 113


1. OPPERVLAKKIGE VENEUZE INSUFFICIËNTIE – VARICES 114
1.1. SYMPTOMATOLOGIE VAN VARICES 115
1.2. KO VAN VARICES 115
1.3. EVOLUTIE EN VERWIKKELINGEN 116
1.4. TECHNISCHE ONDERZOEKEN 116
1.5. BEHANDELING & PREVENTIE 117
2. DIEP VENEUZE INSUFFICIËNTIE 120
2.1. POST-VENEUZE TROMBOTISCH BEEN 121

4

,2.2. OPPERVLAKKIGE TROMBOFLEBITIS 122
2.3. VORMEN VAN LYMFOEDEEM 123
2.4. DIEP VENEUZE THROMBOSE 124
2.5. VENA CAVA SYNDROOM 125
2.6. LYMFOEDEEM 126


TC 8D: NIET-ATHEROMATEUZE VAATPATHOLOGIE 131


1. ADVENTIONELE CYSTE VAN DE A. POPLITEA 131
2. NEUROVASCULAIRE COMPRESSIE 132
2.1. THORACIC OUTLET SYNDROOM 132
2.2. POPLITEAAL ENTRAPMENT 135
3. ENDOFIBROSE VAN DE A. ILIACA 136
4. FIBROMUSCULAIRE DYSPLASIE 137
5. INFLAMMATOIRE AANDOENINGEN 138
5.1. TAKAYASU 138
5.2. ARTERITIS TEMPORALIS OF REUSCELARTERITIS 139
5.3. ZIEKTE VAN BUERGER OF TROMBO-ANGITIS OBLITERANS 140
5.4. PERI-ARTERITIS NODOSA 142
6. BLUE TOE SYNDROOM 142
7. VERHOOGDE ARTERIËLE TROMBOSENEIGING 142
8. VASOSPASME 142
9. RADIOTHERAPIE-GEÏNDUCEERDE FIBROSE 142
10. CONGENITALE VASCUALIRE MALFORMATIES EN HEMANGIOMEN 143
10.1. CLASSIFICATIE 143
10.2. DIAGNOSE 143


TC 8E: ARTERIËLE TROMBO-EMBOLIE & ACROSYNDROMEN 145




5

, TC 8a.1& 2: Chronische arteriele insufficientie van de OL

Vraag: Ik zie een patiënt met pijn in de benen bij stappen. Ik denk aan claudicatio intermtittens en ik
verneem dat hij 50 jaar is, niet rookt, geen diabetes heeft, geen hypercholesterolemie en eerder lage
bloeddruk. Dan wordt mijn hypothese.. veel minder waarschijnlijk, het is niet helemaal uitgesloten.
Veel minder waarschijnlijk door het fait dat er geen risicofactoren zijn zoals roken, diabetes leeftijd, …
NB: Vrouwen zijn veel beter beschermd tot hun 70 jaar dan mannen. Vanaf de leeftijd van 70 jaar
hebben beide geslachten dezelfde incidentie.


1. Epidemiologie
1.1. Etiologie arteriele insufficientie
Arteriele insufficientie van de onderste ledematen of perifeer arterieel vaatlijden (PAV) of
peripheral occlusive disease (PAOD) is een frequent voorkomende pathologie waarvan:
- Meestal de hoofdoorzaak van occlusief lijden atherosclerose/atheromatise is. Dit gaat
gepaard met risicofactoren. Deze kunnen we preventief aanpakken.
- Er zijn ook niet-atheromateuze oorzaken, maar die zijn zeldzaam.



1.2. Prevalentie arteriële insufficiëntie
De prevalentie van PAD is afhankelijk van het gehanteerde criterium:
- Asymptomatisch met name EAI > 0,90 à Fontaine I
- Symptomatisch met name vanaf Fontaine IIa


De prevalentie van perifeer vaatlijden is afhankelijk van een paar zaken:
- Stijgt met de leeftijd
o 5% van de mannen op 60 jaar
o > 10-15% van de 70+ers ongeacht het geslacht
- Afhankelijk van het geslacht
o Mannen zijn gevoeliger dan vrouwen
o Beschermende factor van oestrogenen verdwijnt bij vrouwen tussen de 50-70 jaar
- Afhankelijk van de mate van aanwezigheid van de risicofactoren
o Diabetes o Hyperhomocysteinemia
o Roken o Ras
o Hypertensie o CRP
o Dyslipidemie o Renale insufficiëntie



6

,Lokalisatie arteriële letsels i.f.v. de risicofactoren




7

,2. Symptomen
2.1. Fontaine classificatie
Symptomen worden beschreven volgens de Fontaine classificatie (cfr. deel 1). Er worden 4 stadia
onderscheiden:
Stadia van Fontaine: objectivering van de gradatie van de ernst o.b.v. de klachten en symptomen
Stadia I Asymptomatisch




Stadia II Claudicatio intermittens = klachten bij inspanning
- Stadium IIA: klachten optredend na wandelafstand > 250m
- Stadium IIB: klachten optredend na een wandelafstand < 250m
Stadia III Ischemische rustpijn
Stadia IV Niet helende wonden of gangreen.



2.2. Ulcera
Fontaine graad IV gaat gepaard met ulcera. M.b.v. de lokalisatie van wonden kan je een idee krijgen
van het onderliggend probleem:
- Wonden aan de voeten die spontaan optreden: 50% door onderliggend arterieel lijden.
- Wonden die spontaan op het onderbeen ontstaan: 50% door veneuze insufficiëntie.
- Neurogene ulcera: ontstaan op drukpunten door gebrek aan sensibiliteit.


Deze klacht geeft ons ook een idee over de behandeling en prognose.
- Vaak voet of onderbeen
- Elke locatie heeft een typische oorzaak
- bv. Voet → arterieel, DM
- Bv. Onderbeen → veneuze insufficientie


Arteriele ulcus Veneuze ulcus Neurogene ulcus




8

,2.3. Mate van de ernst
De ernst van de klachten is afhankelijk van:
- Ernst van de letsel stenose vs. Occlusie
- Localisatie van de letsel proximale vs. Distale aantasting
o Meestal geven distale letsels later klachten, omdat de bevloeid worden van meer
proximaal. Distale aantasting uit zich vaak als ischemische rustpijn.
- Aantal aangetaste letsels multilevel disease
- Snelheid van ontstaan van de letsels acuut vs chronisch
o Hoe sneller ontstaan, hoe meer klachten er zich ontwikkelen
- Collaterale circulatie:
o Ontwikkelt zich bij trage, progressieve en chronisch ontwikkelende letsels.
o Sommige locaties krijgen gemakkelijker collaterale circulatie
- Activiteitsgraad van de patiënt: als de behoefte naar beweging beperkt is, dan kan de aantasting
heel ernstig worden voordat er symptomen zijn.




9

, 3. Diagnose
3.1. Differentieel diagnose
3.1.1. Algemene DD
(1) Neurologische afwijkingen
• Spinaalkanaalstenose
• Ischiaspijn
• Zenuwcompressie op andere plaatsen bv. Meralgia paresthetica
(2) Locomotorische afwijkingen
• Artrose
• Metarsalgie
(3) Logesyndroom
(4) Veneuze claudicatio



3.1.2. Ulceraties
Neurogene ulcera Veneuze ulcera ischemische ulcera
Pijnloos Matig pijnlijk Pijnlijk
Pijn neemt af in liggend Pijn neemt toe in liggende
Pijn onafhankelijk van de houding
houding/hoogstand houding/hoogstand

Normale pulsatie Normale pulsaties Afwezige pulsaties

Scherp afgelijnd Onregelmatig aflijnd Onregelmatig afgelijnd

Ronde wondbodem Rood-paarse wondbodem Bleke cyanotische wondbodem

Vaak t.h.v.
Vaak thv de voetzool: op Vaak thv de tenen, zelden hoger dan
binnenenkel/mediale zijde
drukplaatsen de malleoli
OB
Aanwezigheid van
Aanwezigheid van littekenweefsel Afwezigheid van littekenweefsel
littekenweefsel
Gevoelsvermindering, ¯ vibratiezin,
Normale sensibilteit Variabele sensibiliteit
¯ reflexen

­ doorbloeding ­ doorbloeding ¯ doorbloeding

Opgezette vaten Opgezette venen Platgevallen vaten

Warme, droge voeten Warme, zweterige voeten Koude voeten

Beenderige vormafwijkingen Geen beenderige afwijkingen Geen beenderige afwijkingen


10

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller medicaldoggoKUL. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $22.15. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$22.15
  • (0)
  Add to cart