Week 1
1 Weet wat het verband is tussen het geweldsmonopolie en het verbod tot eigenrichting.
Eigenrichting kan voor chaos en geen eerlijk proces zorgen. Om eigenrichting te voorkomen moet de
overheid geweld kunnen gebruiken. Als er geen eigenrichting is, moet er wel iemand zijn die gepast
geweld mag gebruiken. Er is iemand nodig om de veiligheid te kunnen waarborgen. Overheid regelt
dit dus voor de burgers.
2 Weet wat het legaliteitsbeginsel is en kan dit toepassen.
Ook wel materieelrechtelijk legaliteitsbeginsel. (Nulla poena-beginsel). Kenmerken:
Geen straf zonder voorafgegane strafbepaling. Je kan niet strafbaar gesteld worden voor pesten,
want dat staat nergens in de wet. Alleen voor dingen die in de wet staan, kun je vervolgd worden.
art. 1 Sr, art. 16 GW
Verbod op terugwerkende kracht: vanaf het moment dat de strafbepaling in de wet staat ben je
strafbaar, daarvoor niet.
Lex certa-beginsel. Een artikel moet duidelijk aangeven wat er leidt tot een strafrechtelijke
aansprakelijkheid.
Logisch want anders kunnen wetten te breed geïnterpreteerd worden.
3 Kan strafbare feiten onderscheiden in misdrijven en overtredingen.
Onderscheid maken belangrijk want:
Procesrechtelijke reden: bepaalt welke rechter bevoegd is om de zaak te behandelen.
(Absolute competentie).
Poging tot overtreding en medeplichtigheid aan overtreding is niet strafbaar. Dit is wel zo bij
misdrijven.
Toepassing van dwangmiddelen: telefoon aftappen mag alleen bij verdenking van een
misdrijf, niet overtreding.
Blz. 4706, is iets misdrijf of overtreding?
4 Kent het verschil tussen materieel en formeel strafrecht+ toepassen.
Materieel strafrecht: bevat strafbepaling. Wat het strafbare feit is en hoe je voor dat strafbare feit
gestraft kan worden.
Formeel strafrecht: welke regels gevolgd moeten worden als een norm van het materiële recht
(mogelijk) is overtreden (voorschriften hoe strafrechtelijke procedure moet plaatsvinden). Hoe de
politie, justitie en de rechter te werk moeten gaan.
Sanctierecht: geeft voorwaarde aan onder welke toestanden bepaalde straffen opgelegd en uitgevoerd
worden.
Welk strafbaar feit kan je een taakstraf opleggen en welke voorwaarden zitten daaraan vast?
Te vinden in strafrecht en strafvordering.
, 5 Voorwaarden van een strafbaar feit.
Menselijke gedraging gewilde spierbeweging
Delictsomschrijving: artikel dat past bij het feit (juridisch etiket)
Wederrechtelijkheid: moet in strijd zijn geweest met een recht.
Rechtvaardigingsgrond ontneemt de wederrechtelijkheid.
Schuldverwijtbaarheid: had iemand anders moeten handelen?
Schulduitsluitingsgrond neemt schuld weg, in de zin van verwijtbaarheid!
Als je ergens strandt bij de voorwaarden, de rest niet meer uitwerken!
6 Kent begrippen ‘bestanddelen’ en ‘elementen’ + het verband ertussen uitleggen adhv
voorbeelden.
Bestanddelen: geschreven voorwaarden voor strafbaarheid. Zijn te vinden in de delictsomschrijving,
dit is wat de OvJ moet bewijzen.
Elementen: ongeschreven voorwaarden die geacht worden aanwezig te zijn. Staan niet in de
delictsbeschrijving, soms wel. Elementen hoeven niet bewezen te worden.
Wederrechtelijkheid en schuld.
Staat wederrechtelijkheid in de delictsomschrijving? Dan wel bewezen worden.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jams. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.