100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Performance Behaviour $3.44   Add to cart

Summary

Samenvatting Performance Behaviour

 96 views  10 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide samenvatting van de hoofdstukken 1 t/m 5. Inclusief alle belangrijke figuren.

Preview 6 out of 35  pages

  • No
  • H1 t/m h5
  • April 13, 2018
  • 35
  • 2017/2018
  • Summary
avatar-seller
PERFORMANCE BEHAVIOUR


Samenvatting H1 t/m H5

,Inhoud
1 Wat is performance behaviour?..........................................................................................................3
1.1 Relate tussen prestate en gedrag...............................................................................................3
1.2 Verwerking van informate naar gedrag.......................................................................................3
1.3 Gedragsprofelen..........................................................................................................................4
1.4 Prestates van de organisate........................................................................................................6
1.5 De prestatekant van performance behaviour..............................................................................8
1.6 De gedragskant van performance behaviour..............................................................................10
1.7 Sturing en verantwoording van gedrag en prestate..................................................................11
2 De standaard bewaken: sturen en verantwoorden...........................................................................12
2.1 De standaard bewaken in vijf routnestappen............................................................................12
2.2 Stap 1 Stel het (verbeter)doel scherp.........................................................................................14
2.3 Stap 2 Stel een uitvoeringsplan op met daarin alle standaarden................................................15
2.4 Stap 3 Voer het plan uit volgens de standaarden.......................................................................15
2.5 Stap 4 Meet het resultaat...........................................................................................................16
2.6 Stap 5 Bevestg het resultaat als het gelijk is aan het doel, of stuur bij als het daarvan afwijkt. 17
3 De standaard verbeteren: afwijking van de norm als contnue verbetertrigger................................18
3.1 Van de standaard bewaken naar de standaard verbeteren in ten verbeterstappen.................18
3.2 Stap 1 Baken het specifeke verbeterdoel af..............................................................................19
3.3 Stap 2 Verzamel meetbare verbeterdata....................................................................................19
3.4 Stap 3 Analyseer de data en lei der verbeterinformate uit af....................................................20
3.5 Stap 4 Breng alle mogelijke oplossingen in kaart zonder ze in volgorde te plaatsen..................20
3.6 Stap 5 Kies de beste oplossing(en): correcteve en preventeve actes.......................................20
3.7 Stap 6 Plan de verbeteractes tot in detail..................................................................................20
3.8 Stap 7 Voer het verbeterplan exact uit zoals is gepland.............................................................20
3.9 Stap 8 Meet de resultaten van de verbeteracte........................................................................20
3.10 Stap 9 Bevestg het resultaat en hecht het af door de dagelijkste standaard bij te stellen......20
3.11 Stap 10 Stuur de actes bij op basis van de gemeten afwijkingen.............................................20
4 De standaard vernieuwen: zes stappen om onderscheid te innoveren.............................................22
4.1 Projecten beheersen én problemen oplossen............................................................................22
4.2 Stap 1 Determine: bepaal doel en scope....................................................................................22
4.3 Stap 2 Defne: defnieer en baken af...........................................................................................23
4.4 Stap 3 Design: ontwerp scenario’s en werk ze uit......................................................................25
4.5 Stap 4 Execute: voer het ontwerp uit zoals gepland...................................................................26
4.6 Stap 5 Measure: meet het resultaat en stuur bij........................................................................26

, 4.7 Stap 6 Seal: veranker en draag geborgd over.............................................................................26
5 Van veranderen naar contnu verbeteren.........................................................................................28
5.1 Waarom organisates doorlopend moeten verbeteren..............................................................28
5.2 Weerstand tegen verandering....................................................................................................28
5.3 Veranderen in fasen...................................................................................................................29
5.4 Succesfactoren voor verandering...............................................................................................30
5.5 Lean als referentepunt voor contnu verbeteren.......................................................................32
5.6 Het ontwikkelen van de verbeterstrategie: van potente naar prestate....................................33

,1 Wat is performance behaviour?
Belangrijke begrippen in performance behaviour zijn:
- Gedrag: het totaal aan waarneembare en niet-waarneembare handelingen van een persoon,
een groep personen of een heel bedrijf.
- Prestate: het resultaat van alle inspanningen; daarbij gaat het zowel om de gewenste als
ongewenste inspanningen.
- Prestategedrag: houdt in dat er een meetbare relate is gelegd tussen het resultaat en het
daarvoor benodigde gedrag. Het specifceert en meet het gedrag dat nodig is om het
geformuleerde resultaat te bereiken.

1.1 Relatie tussen prestatie en gedrag
Gedrag wordt beïnvloed door de context. We nemen
iets waar en geven er zelf een betekenis aan. Soms
laten we informate weg, soms vullen we zelf
informate aan. Iedereen verwerkt in zijn hoofd
informate die hij binnenkrijgt op basis van zijn eigen
mentale representates en maakt bewust en onbewust
keuzes, die voor een deel waarneembaar en voor een
deel niet-waarneembaar zijn voor anderen.


Figuur 1.2 laat zien welke factoren van invloed zijn op
de verwerking van informate.
Er zijn vier basiselementen die een rol spelen bij de
totstandkoming van gedrag:
1. De fysieke acte om het gedrag te laten
plaatsvinden;
2. De emote die iemand ervaart en uit als hij het
gedrag vertoont;
3. De psychologische reacte die bij het gedrag
hoort;
4. De gedachten die het gedrag vergezellen.

1.2 Verwerking van informatie naar gedrag
Als de verwachtngen van mensen die met elkaar samenwerken over het te behalen resultaat niet
met elkaar in overeenstemming zijn (zowel vertcaal: tussen manager en medewerker, als
horizontaal: tussen medewerkers onderling), zal ieder op zijn eigen(wijze) manier het resultaat
proberen te behalen. Daarbij zal ieder voor zich uitgaan van het resultaat waarvan hij aanneemt dat
dát het voor de organisate meest wenselijke is.

De wereld ordenen met schema’s
De wereld is zo complex, dat onze hersenen alle beelden, smaken, geuren, geluiden en prikkels di
eons lichaam in de loop van ons leven te verwerken krijgt, rubriceren. En daar blijf het niet bij: we
bouwen ook ervaring op over de sociale interacte van mensen en dingen in bepaalde situates, zodat
we kunnen verklaren en inschaten hoe bepaald gedrag verloopt. Deze kennis van sociale interacte
noemen we scripts.
Deze scripts leiden tot schema’s die ons informate verschafen over hoe we onze waarnemingen
moeten interpreteren.

,Schema’s beïnvloeden wat we onthouden
Er kunnen problemen optreden bij het opslaan van onze waarnemingen in beelden die we voorzien
van een etket.
Er zijn drie soorten schema’s:
- Consistente schema’s: schema’s over situates de we ‘normaal’ vinden;
- Inconsistente schema’s: schema’s over situates die we ‘niet normaal vinden’, dat dus afwijkt
van de verwachtng.
- Irrelevante schema’s: situates die onze hersenen nauwelijks een plaats kunnen geven.
Bijvoorbeeld mensen die een overval hebben meegemaakt waarbij ze de overvaller hebben
waargenomen.
De scripts die we opbouwen, worden actef aan- of uitgezet door onze hersenen. Ze worden meestal
pas geactveerd op het moment van de waarneming. Hoe minder vaak we informate nodig hebben,
hoe lastger het wordt om deze op te roepen.

Leren en ontwikkelen: nieuwe schema’s toevoegen
We hebben van nature een verdedigingsmechanisme dat ervoor zorgt dat onze
ontwikkelmechanismen meer gesloten worden naarmate we ouder worden.
Naarmate we meer schema’s hebben, wordt het lastger om informate toe te voegen aan die
schema’s. Dit komt doordat de schema’s zijn opgebouwd uit situates waarin bepaald gedrag is
vertoond dat (in het verleden) resultaat heef opgeleverd. Dat resultaat geef een zekerheid die we
liever niet loslaten.

1.3 Gedragsprofelen
Jung beschreef vier gedragsstjlen, gebaseerd op de wijze waarop mensen met hun omgeving
omgaan: intuïte, voelen, denken en besefen. Marston heef op basis van Jungs gedragsstjlen vier
stabiele dimensies vastgesteld (profelfactoren), die gebruikt kunnen worden om het gedragsprofel
in kaart te brengen dat bij geboorte al aanwezig is:
1. Dynamisch
Taakgericht, compettef en snel gedrag.
Komt graag doelgericht en direct ter zake. Wil resultaten bereiken en zoekt uitdaging. Is
compettef en verwacht directe antwoorden.
2. Inspirerend
Mensgericht, extravert en snel gedrag.
Is een overtuigende overreder. Maakt graag
contact met mensen en is openhartg. Werkt
graag in een team.
3. Sociaal
Mensgericht, sensitef en grondig gedrag.
Werkt liefst in een goed georganiseerde en
gestructureerde omgeving. Is een goede
luisteraar en zet zich graag in voor anderen.
4. Correct
Taakgericht, weloverwogen en grondig gedrag.
Stelt hoge eisen aan zichzelf en aan zijn
omgeving. Wil weten waar hij aan toe is voordat
hij start. Analyseert graag en grondig.

, Tempo en focus
De basis van het gedragsprofel wordt gevormd door twee verschillende drijfveren bij mensen:
- Focus: heef twee polen; besluitvorming op basis van taken (ratoneel) en besluitvorming op
basis van mensen (emotoneel). Iemand die de focus legt op taken, maakt ratonele
afwegingen, is doelgericht, projectmatg ingesteld en maakt vaak zijn taken af. Iemand die de
focus legt op mensen, neemt beslissingen vaak op basis van een relatonele, menselijke
afweging. Voor deze mensen zijn relates belangrijk: samen is een belangrijk woord.
- Tempo: bepaalt de snelheid waarmee wordt gehandeld. Mensen met een hoog tempo zijn
actef, hebben een hoog spreektempo en reageren en beslissen snel. Mensen met een laag
tempo zijn grondig, onderzoekend, lopen en praten wat langzamer en nemen ook rustger
hun beslissingen. Mensen met een hoog tempo worden volgens de gedragsprofelen van
Jung extravert genoemd, mensen met een laag tempo introvert.




Combinate van profelfactoren
Iedereen heef minimaal één en maximaal drie profelfactoren
die samen, in combinate en interacte met elkaar, het
gedragsprofel bepalen. Elke profelfactor heef zijn eigen
kwaliteiten en valkuilen. De valkuil is doorgeschoten kwaliteit.
Figuur 1.5 maakt dat duidelijk.

Genetsch bepaald
Het gedragsprofel is al bij de geboorte, of kort daarna, vastgelegd. Het enige wat we kunnen, is leren
omgaan met de kwaliteiten en valkuilen van ons gedragsprofel. Het is echter een kweste van
intelligente of mensen in staat zijn hun gedrag zodanig aan te passen dat ze voorkomen dat ze in de
valkuilen van hun profel stappen.
Intelligente is het vermogen om problemen op te lossen. De problemen die opgelost moeten
worden, kunnen op verschillende vlakken liggen:
- Analytische intelligente hebben we nodig voor problemen die ontleding of abstracte vragen.
- Createve intelligente hebben we nodig voor problemen die oorspronkelijkheid of creatviteit
vragen.
- Epiistemiische intelligente hebben we nodig om problemen op te lossen die specifeke kennis
vragen.
- Faciliterende intelligente hebben we nodig om de drie voorgaande intelligentegebieden met
elkaar te combineren.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Joycce. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76669 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.44  10x  sold
  • (0)
  Add to cart