1. Stelling 1: In de Induscultuur werd vooral de moedergodin aanbeden, een
vruchtbaarheidssymbool.
Stelling 2: De Indusbeschaving overwon de Ariërs.
A. Beide stellingen zijn juist.
B. Stelling 1 is juist en stelling 2 is onjuist.
C. Stelling 1 is onjuist en stelling 2 is juist
D. Beide stellingen zijn onjuist.
2. Binnen het kastenstelsel zijn de vaishya’s:
A. De handelaren, handwerkers en boeren
B. De strijders/wereldlijke macht
C. De priesters en geestelijken
D. De onaanraakbare
3. Atman is:
A. De oerkracht in de mens
B. Het geheel van goede en slechte daden
C. De verlossing
D. De scheppende kracht
4. Moksha is verlossing uit de kring van wedergeboorten. De verlossing wordt bereikt als:
A. Iemand helemaal geen karma meer opbouwt
B. Iemand veel karma heef opgebouwd
C. Iemand terugkomt in een volgend leven
D. Iemand zijn religieuze plichten heef vervuld
5. De schepper-god, vaak afgebeeld met vier hoofden, is:
A. Brahma
B. Ganesha
C. Krishna
D. Shiva
6. Tot de belangrijkste geschrifen van het hindoeïsme behoren de Veda’s. Welk van de
onderstaande beweringen gaat over deze geschrifenn
A. Het zijn abstracte teksten over bijvoorbeeld ontstaan van de aarde.
B. De Veda’s zijn geschreven door priesters en worden ook wel woudteksten genoemd.
C. Het zijn verhalen over de ideale mens.
D. Veda’s betekent leterlijk openbaring en de teksten zijn zo heilig dat veranderingen
onmogelijk zijn.
,7. Welke van de onderstaande leefregels behoort niet tot het hindoeïsmen
A. Vijf keer per dag bidden
B. Kennis hebben van de heilige boeken
C. Eenvoudig leven
D. Kwaad met goed vergelden
8. Welk van de onderstaande rituelen hoort bij de geboorten
A. Het trekken van de horoscoop door de priester en het blazen in het gezicht
B. Het omhangen van het drievoudig koord
C. Het infuisteren van spreuken en oferen van rijst
D. Er worden speciale rijstkorrels op het hoofd gelegd
9. Tijdens het holifeest viert men:
A. De overwinning van het goede op het kwade
B. Het feest van het licht
C. De uitstortng van de heilige geest
D. De geboorte van de goden
10. Wat is de functe van yoga in het hindoeïsmen
A. Stress wegnemen
B. Het lichaam in een goede houding krijgen
C. Het samenbrengen van lichaam en geest
D. Goede ademhalingstechnieken toepassen
11. Welke van onderstaande beweringen is waarn
A. De religie die we nu het hindoeïsme noemen is een vermenging van de religies van de
Indusbeschaving en de Ariërs.
B. De mensen van de Induscultuur voelden zich na de overwinning verheven ten opzichte
van de andere bewoners. Zo is geleidelijk aan het kastenstelsel ontstaan.
C. De Indusbeschaving was erg gedreven in oorlog voeren en wist zo de Ariërs te
overwinnen.
D. De Ariërs woonden in het gebied van het huidige Pakistan en India en bedreven
landbouw en dreven handel.
12. Welke van de onderstaande uitspraken geldt voor de chandala’s/kastelozenn
A. Zij oefenen beroepen uit die te maken hebben met bloed of dood.
B. Zij mogen geen geweld gebruiken.
C. Zij mogen geen beroepen uitoefenen.
D. Zij waren van oudsher herders die het vee hoedden.
13. Het begrip karma duidt op:
A. Het geheel van iemands daden; de goede en de slechte
B. Het vervullen van de religieuze plichten
C. De vereniging van de Atman en Brahman
D. De scheppende kracht
, 14. Welke van de onderstaande begrippen geef de kringloop van het leven en wedergeboorten
aann
A. Samsara
B. Karma
C. Moksha
D. Stoepa
15. Welke god wordt hier afgebeeldn
A. Laksmi
B. Krisna
C. Ganesha
D. Shiva
16. In de Mahabharata wordt verteld over:
A. Het ontstaan van het universum
B. De strijd tussen twee families die willen heersen over Noord-India
C. Eigenschappen van de ideale mens; trouw ondanks alle tegenspoed
D. De manier waarop rituelen uitgevoerd moeten worden
17. Welke van de onderstaande beweringen is niet waarn
A. Het puja-ritueel vindt meestal plaats in de tempel.
B. Het is belangrijk dat een hindoe rein is voor het puja-ritueel.
C. Het puja-ritueel bestaat uit het dagelijks aanbidden of danken van de goden.
D. Het puja-ritueel vindt meestal plaats in de ochtend of de avond.
18. Het holifeest is een:
A. Oogsteest
B. Lentefeest
C. Lichteest
D. Nieuwjaarsfeest
19. Waarom is de koe heilign
A. De koe is de god van de reizigers
B. De koe is een avatar van de god Vishnu
C. De koe wordt gezien als onmisbaar voor de mens
D. De koe wordt vereerd tjdens het holifeest
20. Een pandit is:
A. Een priester
B. Een gebed
C. Een tempel
D. Een ofer
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stefaniepabo. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.98. You're not tied to anything after your purchase.