Dit is een uitgebreide samenvatting van de casusbespreking 'hartfalen' van Ma-101. Alle stof die tijdens de onderwijsbijeenkomst aan bod is gekomen is overzichtelijk en duidelijk samengevat.
Casusbespreking hartfalen
Specificatie van de algemene leerdoelen
1) Definitie en symptomen van hartfalen
Definitie en symptomen
Hartfalen is een klinisch syndroom dat ontstaat door structurele of functionele afwijkingen
van het hart waarbij de pompfunctie is verminderd of alleen met verhoogde intracardiale
druk kan worden gehandhaafd. Klachten zijn onder andere kortademigheid, verminderde
inspanningstolerantie en vocht vasthouden. Door het tekortschieten in het rondpompen van
bloed door het hart krijgen de weefsels en organen minder zuurstofrijk bloed. De klachten
zijn afhankelijk van welk deel van het hart niet goed meer functioneert. Op den duur heeft
hartfalen ernstige gevolgen.
Hartfalen is een chronische, progressieve ziekte. Patiënten kunnen een tijd stabiel blijven
onder adequate therapie, maar op termijn nemen de beschadiging en disfunctie van de
hartspier toe. De prognose van hartfalen is zeer variabel, het is afhankelijk van de ernst van
de klachten, etiologie, leeftijd, comorbiditeit en reeds gebleken snelheid van progressie.
Hartfalen ontstaat door schade aan het hart. Verschillende hartziektes en risicofactoren
kunnen het hart beschadigen. De meest voorkomende oorzaken van hartfalen zijn:
- Ischemische hartziekte
- Hypertensie
- Obesitas
- Diabetes mellitus
- Toxische stoffen
- Schildklierfunctiestoornissen
- Hartklepafwijkingen
- Ritme- en geleidingsstoornissen
Risicofactoren op hartfalen zijn:
Eén enkele risicofactor kan voldoende zijn om hartfalen te veroorzaken, maar een
combinatie van factoren verhoogt het risico.
- Hoge bloeddruk
Het hart werkt harder dan het zou moeten als de bloeddruk hoog is.
- Coronaire ziekte
Vernauwde arteriën kunnen de toevoer van zuurstofrijk bloed naar het hart
limiteren, wat resulteert in een verzwakte hartspier.
- Hartaanval
Beschadiging van de hartspier door een hartaanval kan betekenen dat het hart niet
langer kan pompen zoals het zou moeten doen.
- Onregelmatige hartslag
Een abnormaal hartritme kan zorgen voor extra werk voor het hart, waardoor de
hartspier verzwakt.
- Diabetes
Diabetes verhoogt het risico op hoge bloeddruk en hartvaatziekte.
, - Sommige medicijnen
Sommige medicijnen geven een verhoogde kans op de ontwikkeling van hartfalen.
- Slaapapneu
Mensen met slaapapneu hebben 's nachts veelvuldige periodes van
ademhalingsstilstand. Het resulteert in lage bloedzuurstofwaarden en een verhoogd
risico op abnormale hartritmes. Beide problemen kunnen het hart verzwakken.
- Congenitale hartdefect
Aangeboren hartafwijkingen leiden vaak tot stoornissen in de pompfunctie met
mogelijks hartfalen tot gevolg.
- Virussen
Een virale infectie kan de hartspier beschadigen.
- Alcoholgebruik
Te veel alcohol drinken kan de hartspier verzwakken en leiden tot hartfalen.
- Nierproblemen
Deze kunnen bijdragen tot hartfalen omdat vele ervan leiden tot hoge bloeddruk en
vochtretentie.
Verricht laagdrempelige diagnostiek naar hartfalen bij aspecifieke klachten (kortademigheid,
verminderd inspanningsvermogen, moeheid); maar in het bijzonder bij mensen met de
volgende risicofactoren: hogere leeftijd, COPD, DM2, hypertensie, roken, obesitas.
Bij de anamnese is het belangrijk de aard en ernst van de klachten in kaart te brengen en de
omstandigheden waarin deze optreden. Ook dient er geïnformeerd te worden naar
mogelijke oorzaken. Denk hierbij bijvoorbeeld aan cardiale problemen in de
voorgeschiedenis, mogelijke uitlokkende factoren (angineuze klachten, gebruik van toxische
stoffen zoals alcohol etc.) en de risicofactoren voor HVZ. Het lichamelijke onderzoek bestaat
uit ademfrequentie, bloeddruk, pols en tekenen van overvulling checken.
Het aanvullend onderzoek bij een vermoeden van
hartfalen bestaat uit bepaling van het (NT-pro)BNP
(proBNP is het prohormoon van BNP en splitst in
actief BNP en inactief NT-proBNP) en een ecg. Het
bepalen van de BNP is een relatief nieuwe methode
om hartfalen te diagnosticeren. BNP is een
hormoon dat het hart zelf aanmaakt/afgeeft
wanneer het in nood is en er niet meer in slaagt om
genoeg bloed rond te pompen. De bepaling van
BNP en NT-proBNP wordt in de praktijk gebruikt om
hartfalen uit te sluiten of waarschijnlijker te maken.
Bepaal het B-type natriuretisch peptide (BNP) of
het N-terminaal proBNP en gebruik daarbij de
volgende afkapwaarden, ook als het laboratorium
andere referentiewaarden aanhoudt:
- BNP 35 pg/ml (komt overeen met 10 pmol/l)
- NT-proBNP 125 pg/ml (komt overeen met 15 pmol/l)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noor8. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.44. You're not tied to anything after your purchase.