aantekeningen van bewustzijnsfilosofie. Ik heb alleen dit geleerd en een 8 (midterm en endterm gecombineerd) gehaald. Dit vak wordt gegeven in jaar 1, blok 3.
• Onderzoek naar concepten.
• We kunnen een onderscheidt maken tussen het manifest en wetenschappelijk wereldbeeld.
• Manifest → dagelijkse interactie met dingen via zintuigen. Alle objecten maken deel uit van
het manifest wereldbeeld. Normale wereldbeeld is het manifest wereldbeeld
• Wetenschappelijk → beeld dat we krijgen aan de hand van de wetenschap. Empirisch
(wetenschappelijk) onderzoek levert een wetenschappelijk wereldbeeld.
• Wat de wetenschap ons verteld komt niet altijd overeen met wat we ervaren. → spanning
tussen manifest en wetenschappelijk wereldbeeld. Wat is de link tussen deze
wereldbeelden?
• Filosofie: wat bedoel je met concept x? ( bijvoorbeeld psyche
Als conceptuele verheldering.
• Net als bij conceptuele analyse vraag je naar wat iemand met zijn concepten bedoelt.
• Je gaat een stap verder: je kijkt naar de wetenschap om de concepten bij te stellen, wellicht
levert de wetenschap kennis op die je niet krijgt door enkel conceptuele analyse.
Als geldigheidswetenschap.
• In de wetenschap gebruik je allerlei fundamentele concepten, zoals het concepten van
causaliteit. Je staat meestal niet stil bij deze concepten
• Filosofen vragen zich dan af of deze concepten wel bestaan. Zijn die concepten wel geldig?
Filosofie als perspectiefwisseling
• Oog en begrip voor standpunten van de anderen.
• Voorwaarde tot maatschappelijk debat
Filosofie als toektocht naar de waarheid.
• Sofisten waren intellectuele die van stadsstaat naar stadsstaat trokken om de jonge mannen
op te leiden tot goede redenaars. Ze moesten hierbij dus goed kunnen argumenteren.
• Het ging niet om de waarheid maar overtuigingskracht.
• Socrates verzette zich hiertegen: vond dat je met objectieve kennis de standpunt van de
ander kon overnemen ( gaat niet alleen om overtuigen)
,Wat is filosofie niet?
• Niet zomaar beetje kletsen, dat je feitenvrij zou kunnen doen
• Filosofie is geen scepticisme: je twijfelt aan of mensen überhaupt kennis kunnen hebben. of
relativisme: iedereen kan zijn mening over alles hebben omdat het aan de context af hangt.
Je kan dus niet altijd zeggen van we hebben allemaal gelijk in de filosofie. We moeten tot een
objectieve waarheid komen.
Filosofie voor psychologen
• Filosofie is de studie van het kritisch denken
• Als academicus leer je in cursussen filosofie kritisch te staan tegenover je eigen vakgebied
• Kritisch denken over : hoe moet ik handelen? Mag een patiënt onder hypnose worden
gebracht om zo verdrongen herinneringen uit zijn of haar geest te halen.
The hard problem
• Mensen hebben dualistische intuïties: dat ze een intuïtie hebben dat lichaam en geest twee
totaal verschillende dingen zijn, die onafhankelijk van elkaar kunnen bestaan en
functioneren.
• Maar als je wat in je geest voelt, dan gebeurt er wat in je brein en vaak ook andersom.
Wat is bewustzijn
Een initiële indeling van mentale toestanden
1. Bewuste ervaringen
2. Cognitie
3. Emoties
Bewuste ervaringen
• Nagel: what its like to be a bat. Vleermuizen hebben echolocatie. Nagel vroeg zich af wat
voor soort ervaring het is om echolocatie te hebben.
• Ervaring van geuren, smaken, kleuren. Je voelt iets als je een hele kleur ervaart.
• What it is likeness= quale, het voelt iets om een ervaring te hebben.
,Cognitie
• Propositionele attitude: houdingen ten opzichte van een propositie: een betekenis van een
zin.
o Je hebt verschillende zinnen om hetzelfde te omschrijven in verschillende talen.
o Jan gelooft dat het regent. Attitude: kan gelooft, propositie: het gaat regenen.
• PA’s gaan ergens over, d.w.z. ze hebben een intentionaliteit, ze gaan ergens over
• PA’s zijn discrete entiteiten: ze staan los van elkaar. Als er iets veranderd aan de ene heeft
dat niet perse een effect op de ander.
Emoties
• Combinatie van 1 een ervaring en 2 een cognitieve toestand.
• Emoties hebben zowel een kwalitatief karakter, alsook intentionaliteit.
o Het voelt op een bepaalde manier om kwaad te zijn op een slechte automobilist.
Het algemene probleem: hoe past bewustzijn in de fysische wereld?
Drie sub problemen
1. Hoe verhouden ervaringen zich tot de rest van de fysische wereld, met name tot het lichaam,
met name tot het brein?
2. Hoe verhouden cognitieve toestanden zich tot de rest van de fysische wereld, met name tot
het lichaam, met name tot het brein?
3. Hoe verhouden emoties zich tot de rest van de fysische wereld, met name tot het lichaam,
met name tot het brein?
( omdat probleem 3 opgelost kunnen worden door 1 en 2 te combineren, blijven alleen probleem 1
en 2 over)
Substantie dualisme
• Substantie: datgene wat op zichzelf kan bestaan
• Substantie dualisme: er zijn 2 2 substanties→ mentale substantie en de materiële substantie.
o Res cogitans: de denkende substantie
▪ Wordt gekenmerkt door de eigenschap van het denken.
o Res extensa: de uitgebreide substantie
▪ Gekenmerkd door: innemen van plaats in de ruimte
• Descartes is de traditionele verdediger van het substantie dualisme
, Essentiele eigenschappen.
• De essentiële eigenschap van de denkende substantie is: denken
• De essentiële eigenschap van de uitgebreide substantie is: uitgebreidheid, want een fles kan
bijvoorbeeld ook groen of paars zijn. Dit is dus geen losstaande eigenschap.
• Uitgebreidheid is plaats innemen in de ruimte.
• Descartes zei dat dingen beweging ontstaat door botsing dit komt door: dingen die
uitgebreid zijn nemen een plaats in. Als iets anders deze plaats in probeert te nemen
ontstaat er een botsing. ( dit is dus hoe beweging ontstaat)
Descartes eerste methode: radicale twijfel
• Descartes hangt scepticisme aan: trekt alles in twijfel. Hij wilde zekerheid hebben en ging
terug naar ander kennisdomein: wiskunde en meetkunde. Wiskunde en meetkunde gaan uit
van zekerheden ( je meet iets in zoveel centimeter). Hij gaat opzoek naar fundamenten. Hij
gaat nazoeken waar hij kennis vandaan haalt: docenten. Deze kennis blijkt echter ook niet te
kloppen. Ook kunnen zintuigen kunnen ons bedriegen.
• Wat is een onbetwijfelbaar fundament?
• Ben je wel wakker?
• Heb je wel een lichaam?
• Is twee plus twee wel vier?
• Wat als er een malin genie is?( een kwade demoon die ons laat geloven dat we in de matrix
leven)
• Cogito ergo sum: hij weet zeker dat hij twijfelt. En dus denkt hij na.Dus hierdoor weet hij
zeker dat hij bestaat.
( ik denk dus ik ben).
Descartes tweede methode: helder en duidelijk inzicht
• Descartes is, maar wat is hij?
• Een res cogitans/ een denkende substantie. Je bestaat als een denkende substantie.
• De essentiële eigenschap : denken
• Hij weet dit omdat hij dit helder & duidelijk ziet.
Heldere en duidelijke inzichten
• Descartes stelt dat alles wat hij duidelijk en helder inziet waar is.
• Hij treft het idee van perfectie aan in zijn gedachten en dit moet dan dus wel goed zijn.
Aangezien Descartes zelf imperfect is, moet dan dit idee van het perfecte wezen afkomstig
zijn van god zelf, en dus is het waar.
• God bestaat want hij is perfect en Descartes kon perfectie inbeelden. Dit moet dan dus god
zijn. Omdat hij perfect is, is hij ook algoed. God gaat jou dan niet bedriegen
• En dus heeft hij een lichaam: Descartes is een uitgebreide substantie.
• Ook zou god hem niet bedriegen: zijn lichaam bestaat en de wereld om hem heen bestaat
ook.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller delanakroon. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.90. You're not tied to anything after your purchase.