Leerdoelen Kennis Samenvatting TT 1 Blok 2
Þ Uitleggen wat het demarcatievraagstuk inhoudt en waarom dat een centraal vraagstuk
binnen de wetenschapsfilosofie is
Þ De onderscheidende elementen (termen, methoden van wetenschap, waarheidsopvatting)
van de volgende wetenschapsfilosofische opvattingen en de verschillen daartussen
benoemen en daar kritisch op reflecteren: logisch positivisten en kritisch rationalisten.
Demarcatievraagstuk:
§ Demarceren = afbakenen
§ Afbakenen van grens tussen wetenschap en niet-wetenschap, niet neutrale vraag, belang van
grens is belangrijk omdat we autoriteit toekennen aan wetenschappelijk onderzoek.
§ Reflecteert op aard en positie wetenschap in de samenleving
Taak van wetenschapsfilosofen:
» Geven karaktisering van wetenschappen
» Onderzoeken in hoeverre bijzondere aanspraken van de wetenschap gerechtvaardigd zijn
(objectieve karakter wetenschap --> kennis geleverd door wetenschap dichterbij
waarheid/feiten dan alledaagse middelen)
» Inzicht geven in plaats van wetenschappen in cultuur en samenleving
Wanneer sprake van geldige kennis?
Voorbeeld: voetballen op kunstgras wel/niet gevaarlijk, niet goed gekeken naar intensiteit huidscontact, status
hechten aan cijfers.
Kernvragen binnen wetenschapsfilosofie:
1. Ontologische vraag zijnsleren
Wat is de aard van het object? Wat bestaat er in de wereld?
o Zintuigelijk waarneembaar / niet
o Algemeen verschijnsel / unieke gebeurtenis
o Constant / veranderlijk door de tijd
o VB: bestaat een ziekte wel of niet; onderzoek in laboratorium / eenzaamheid bij
ouderen
2. Epistemologische vraag kennis leren
Kentheoretisch: hoe kunnen we het object van onderzoek leren kennen? Onder welke
voorwaarden kunnen we tot geldige kennis komen?
o Isoleren in laboratorium / in context bestuderen
o Ingrijpen / observeren op afstand
o Praten / alleen meten
o BN: eenzaamheid ouderen, wanneer eenzaamheid vastgelegd? Wanneer geldige
kennis erover? scan, criteria
3. Methodologische vraag praktijk van kennis leren = epistemologische vraag
o Hoe gaan we te werk?
o Praktische uitwerking/concrete manier van werk
Natuurwetenschap VS Sociale wetenschap
Sprake van universele criteria of eigen? = ontologische vraag
1
, Voorbeeld van wetenschapsfilosofie in de gezondheidszorg: onder welke voorwaarden kunnen we spreken van
geldige kennis rondom de aandoening? Rol ervaringskennis als geldige kennis.
Beperkingen toepassen natuurwetenschappelijke methode/criteria binnen sociale wetenschap:
! Aard van het object van het onderzoek (betekenisgevend)
! Ethische bezwaren tegen bepaalde experimenten
! Complexiteit en veranderlijkheid van mens en maatschappij; verandert
! Reflexiviteit: resultaten van wetenschap veranderen object van onderzoek, geen eenduidige
meetsituatie; mensen geneigd gedrag aan te passen
! Het te bestuderen object interpreteert zijn eigen gedrag: betekenis die we zelf geven aan ons
handelen. Mensen zeggen het ene doe de andere, natuurwetenschappelijke invulling van
validiteit wordt ingewikkelder. Wat de ene als pijn ervaart valt voor de ander wel mee.
LOGISCH POSITIVISME (Wiener Kreis) inductie
‘Standaardbeeld’ van wetenschap – wetenschap gericht op waarheidsvinding: (X vooroordeel)
1. Identificeren van onderzoeksvraag is she a witch?
2. Verzamelen empirische en theoretische achtergrondinformatie looks like wood, duck
3. Gebruiken achtergrondinformatie om hypothese op te stellen als…dan
4. Toetsen van hypothese door middel van specifiek ontworpen experiment ways of telling she is a
witch
Criteria goede wetenschap volgens standaardbeeld:
* Empirische achtergrondinformatie moet correct zijn
* Persoonlijke bias van onderzoeker mag geen rol spelen
* Experiment moet onberispelijk (= geen kwaad; keurig; niet af te keuren) zijn
* Theoretische/conceptuele uitgangspunten moeten deugen
Logisch positivisme --> standaardbeeld en ideaal natuurwetenschap ijkpunt
» Antimetafysische houding
o Verwerpen uitspraken die niet toetsbaar zijn (god, religie, sterfelijkheid)
» Empirische grondslag
o Alleen waarnemingen gelden als legitieme bron van kennis
" Verificatiecriterium
• Manier om zinvolle (toetsbare) uitspraken te onderscheiden van zinloze (niet-toetsbare)
uitspraken; welke zijn wel/niet wetenschappelijk --> later confirmatiecriterium met
empirische methode toetsen
" Inductieve redeneervorm
• Wetenschap redeneert vanuit hypotheses toe naar universele uitspraken
" Eenheid van wetenschappen
• Zelfde universele criteria voor allen
" Standaardbeeld van wetenschap:
§ Zintuiglijke waarneming als enige bron voor wetenschap
§ Vanuit waarneming --> theorie opgesteld
§ Theorie getest door hypothese te toetsen (d.m.v. experiment)
§ Theorie verwerpen / bevestigen / bijstellen
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller julie95. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.24. You're not tied to anything after your purchase.