Wat moet tijdens de presentatie worden aangegeven? De casus moet geschetst worden,
de rechtsvraag moet geformuleerd worden, aangeven welke discussie er speelt en een
antwoord op de vraag geven.
Notitie
Is iemand eigenaar van zijn facebookpagina, foto’s in de iCloud.
Opdracht 1
Op de website recht.nl stond enkele jaren geleden het onderstaande bericht.
Wettelijke erkenning voor betalen met persoonsgegevens
De Europese Commissie heeft de deur open gezet voor een verdere commercialisering
van data, in het bijzonder persoonsgegevens. Bepalingen in de concept-Richtlijn inzake
consumentenovereenkomsten tot levering van digitale inhoud zijn ook van toepassing op
overeenkomsten waar 'door de consument actief een andere tegenprestatie dan geld
wordt geleverd, in de vorm van persoonlijke gegevens of andere gegevens'.
Nadien is ‘betalen met privacy’ nog veel in het nieuws geweest n.a.v. het delen
van privé-gegevens door Facebook. Het betalen met persoonsgegevens past in
een bredere discussie die in de privaatrechtelijke literatuur wordt gevoerd over
de goederenrechtelijke ‘status’ van ‘data’ (digitaal opgeslagen set aan
gegevens). In het spraakgebruik wordt degene die de beschikking heeft over
bepaalde data vaak de eigenaar van die data genoemd. Dat veronderstelt dat
het mogelijk zou zijn om eigenaar te zijn van data.
Is dat juridisch juist? Zo niet, waarom niet en zou de wet moeten worden
aangepast om eigendom van data wel mogelijk te maken? Is data dan wel een
vermogensrecht? Zo niet, hoe kan de enorme economische waarde die data
thans heeft ‘opgenomen worden’ in het vermogensrecht?
Lees ter voorbereiding op de werkgroep in elk geval het artikel van prof. mr.
T.F.E. Tjong Tjin Tai, ‘Een goederenrechtelijke benadering van databestanden’,
NJB 2018/1242.
Kun je eigenaar zijn van data? → In 3:2 Awb staat dat zaken voor de menselijke
beheersing vatbare stoffelijke objecten zijn. Echter, databestanden zijn niet stoffelijk, het
is niet tastbaar en daarom moeilijk aan te merken als zaken. Iemand kan alleen eigenaar
zijn van zaken, het is juridisch onjuist om te spreken van eigendom van data.
Hoe kan de economische waarde die data heeft ‘opgenomen worden’ in het
goederenrecht? → Wellicht kan het als vermogensrecht worden opgenomen, art. 3:6 Awb.
Het gaat om rechten die stoffelijk voordeel kunnen verschaffen, dit komt erop neer dat er
iets van waarde uitgehaald kan worden, dat er iemand er in het economisch verkeer iets
mee kan. Dit schijnt met data wel te kunnen, want facebook verdient veel geld aan het
verhandelen van deze data. Echter, hierover bestaat discussie, sommige mensen zeggen
dat de wet een gesloten systeem van vermogensrechten kent. Doch zijn er ook mensen
die aangeven dat er geen gesloten systeem is. Er zou ook een regeling kunnen komen in
het intellectuele eigendomsrecht, omdat dit rechtsgebied meer bekend is met figuren als
data.
Als het een vermogensrecht is, wat is hiermee te bereiken? → Het valt dan binnen het
goederenrecht, van een vermogensrecht kan iemand rechthebbende zijn. Het gevolg is
dat bepaalde rechten kunnen worden afgedwongen, dit houdt in dat iemand niet zomaar
iemand foto uit een iCloud mag stelen en mag gebruiken. Bij vermogensrechten kan het
niet gerevindiceerd worden.
(!) Kern van de vraag is wanneer er sprake is van een zaak of een vermogensrecht.
,Opdracht 2
Albert van Deurzen is sinds kort eigenaar van een bijzondere drijvende woning.
Normaal gesproken stijgt een drijvende woning als het waterpeil stijgt en daalt
als het waterpeil daalt. De drijvende woning van Van Deurzen drijft echter
alleen bij hoogwater. De woning rust op een betonnen ponton en ligt in zijn
geheel in een betonnen dok. Aan de woning zitten stalen palen vast die de
woning bij hoogwater op zijn plek houdt. Zie de afbeeldingen en het filmpje
hieronder voor een visuele weergave van de constructie die ook is gebruikt
voor de woning van Van Deurzen. Tussen de gemeente en Van Deurzen
ontstaat discussie over de heffing van onroerendezaakbelasting (ozb). Volgens
de gemeente dient Van Deurzen onroerendezaakbelasting te betalen. De
gemeente heeft om die reden de WOZ-waarde van de drijvende woning
bepaald. Volgens Van Deurzen is zijn drijvende woning niet als een onroerende
zaak aan te merken. Van Deurzen onderneemt juridische stappen tegen de
WOZ-beschikking.
• Waarvoor is het van belang of iets roerend of onroerend is?
o Overdracht;
o Verjaring;
o Het vestigen van pandrecht of hypotheekrecht;
o Het recht van erfdienstbaarheid, erfpacht en opstal kan alleen rusten op een
onroerende zaak.
Er dient sprake te zijn van een vereniging en vervolgens dient te worden gekeken of
sprake is van duurzaamheid, hiervoor dient o.a. naar de arresten Portacabin, Woonark en
Havenkraan te worden gekeken:
Is de portacabin door natrekking onderdeel van de grond en dus onroerend geworden?
De Hoge Raad geeft in het Portacabin-arrest de volgende criteria die van belang zijn
om te bepalen of een gebouw duurzaam met de grond is verenigd:
o Een gebouw kan duurzaam met de grond verenigd zijn in de zin van art. 3:3 jo. 5:20
BW, doordat het naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te
blijven. Niet van belang is dan meer dat technisch de mogelijkheid bestaat om het
bouwsel te verplaatsen.
o Bij de beantwoording van de vraag of een gebouw of een werk bestemd is om
duurzaam ter plaatse te blijven moet worden gelet op de bedoeling van de bouwer
voor zover deze naar buiten kenbaar is. Onder bouwer moet ook worden verstaan
degene in wiens opdracht het bouwwerk wordt gebouwd.
o De bestemming van een gebouw of een werk om duurzaam ter plaatse te blijven
dient naar buiten kenbaar te zijn.
o De verkeersopvattingen kunnen niet worden gebruikt als een zelfstandige maatstaf
voor de beoordeling van de vraag of een zaak roerend of onroerend is. Zij kunnen wel
in aanmerking worden genomen voor invulling van bovenstaande criteria.
(!) Voor de duurzaamheid dient naar dit arrest te worden gekeken.
In het Woonark-arrest stond de vraag centraal of de woonark deel uitmaakt van een
samenstel van gebouwde en ongebouwde eigendommen in de zin van artikel 16 aanhef
,en letter d Wet WOZ en of deze kan worden betrokken in de heffing van
onroerendezaakbelastingen? Is er een duurzame verbinding met de grond? In dit arrest
stond centraal dat de woonark kon drijven, de Hoge Raad gaf aan dat het ging om een
schip. Een schip is bestemd om te drijven, daarom staat het niet in verbinding met de
grond en is geen sprake van vereniging, omdat het dus drijft. Het zit wel vast aan de
kade, maar het blijft drijven en is om die reden een roerende zaak volgens de Hoge Raad.
In het Havenkraan-arrest ging het erom of de havenkranen onroerende zaken zijn in de
zin van artikel 3:3. De Hoge Raad gaf aan dat het slechts binnen een bepaald gebied over
de grond kan bewegen en dat het in voortdurende verbinding staat met de grond en
daarom is er volgens de Hoge Raad sprake van een onroerende zaak.
a. Wat zou u aanvoeren als u van Deurzen was?
- De woning kan drijven, hij staat niet in voortdurende verbinding met de grond. Hier
kan het Havenkraan-arrest bij worden gehaald, omdat het hier wel ging om
voortdurende verbinding, terwijl het hier bij hoog water wel gaat drijven en er dus
geen sprake is van een vereniging met de grond. Met de duurzaamheid kan weinig
worden aangevoerd, hij zal voornamelijk moeten aanvoeren dat er geen sprake is van
vereniging met de grond.
b. Wat zou u aanvoeren als u de gemeente was?
- Het bouwwerk is bedoeld om duurzaam ter plaatse te blijven, deze bedoeling moet
ook naar buiten kenbaar zijn. Niet relevant is of de mogelijkheid bestaat om het
bouwsel te verplaatsen. Er wordt pas toegekomen aan de duurzaamheid, als er
sprake is van vereniging.
- De woning is meestal verenigd met de grond, er is niet vaak sprake van hoogwater. In
de meeste gevallen is de woning daarom met de grond verbonden en drijft het niet.
Opdracht 3
Hieronder treft u een aantal afbeeldingen van zonnepanelen aan. Ondernemer
Veltrop wil op het dak van zijn bedrijfspand zonnepanelen laten plaatsen. Er
zijn twee typen zonnepanelen: in het dak geïntegreerde zonnepanelen en niet
in het dak geïntegreerde zonnepanelen. Veltrop vraagt u om advies. In uw
advies gaat u in op de volgende twee vragen:
In het Dépex/curatoren Bergel-arrest staat de vraag centraal of het
eigendomsvoorbehoud van Depex doorbroken wordt door natrekking van de installatie
door het fabrieksgebouw. Als het gebouw en de apparatuur in constructief opzicht
specifiek op elkaar zijn afgestemd, is dat een aanwijzing dat naar verkeersopvattingen
natrekking heeft plaatsgevonden. Hetzelfde geldt wanneer het gebouw uit een oogpunt
van geschiktheid als fabrieksgebouw – gebouw dienende tot het huisvesten van een
productie-inrichting – bij ontbreken van de apparatuur als onvoltooid moet worden
beschouwd. De functie van de installatie in het productieproces is niet van belang.
In het PRORAIL/RIJSWIJK WONEN-arrest ging het over een spoortunnel die was
aangelegd in de grond. Er waren ankers na de bouw in de grond blijven zitten, de vraag
was of de ankers bestanddeel waren geworden van de tunnel. In dit arrest ging het om
een tijdelijke hulpfunctie, in beginsel is er dan geen sprake van een bestanddeel.
a. Maakt het voor de eigendom van de zonnepanelen uit welk type
zonnepanelen wordt aangebracht?
Afbeelding 1
, Het is de vraag of de zonnepanelen bestanddeel zijn geworden van de hoofdzaak. De
wet geeft als hoofdregel de verkeersopvatting, art. 3:4, eerste lid, BW. Verder een
uitwerking in het tweede lid, schade bij losmaken. Het staat centraal, hierin wordt een
invulling van de verkeersopvatting gegeven:
- Is het op elkaar afgestemd → Het zijn standaard zonnepanelen die op elk ander dak
geplaatst kunnen worden
- Zou het mogelijk zonder het bestanddeel incompleet zijn? → Zonder zonnepanelen is
het dak niet incompleet. Het moet voor een voorbijganger kenbaar zijn dat het
gebouw zonder zonnepanelen incompleet is, bijv. geen elektriciteit.
Naast art. 3:4 BW kan o.g.v. art. 5:20 BW worden gekeken of iets onroerend is. Er
kan sprake zijn van een rechtstreekse of indirecte vereniging (met andere gebouwen
en werken) met de grond. Van rechtstreekse is sprake als het direct op de grond
staat, bijv. een gebouw. De zonnepanelen zouden via het gebouw aan de grond zijn
verenigd, op die manier kan geredeneerd worden dat het onroerend is. In dit geval
zegt de Hoge Raad dat sprake is van vereniging, als iets in voortdurende verbinding
met de grond staat, zie p. 585 onder r.o. 3.4. Iets hoeft niet vast op de grond te staan,
het is voldoende als iets erop staat. We weten nu dat er sprake is van vereniging, hoe
weten we nu of de vereniging ook duurzaam is? Het moet naar aard en inrichting
bestemd zijn om duurzaam ter plaatse te blijven. Het gaat er (Havenkranen) om of de
panelen in voortdurende verbinding staan met het dak, het maakt hierbij niet uit of de
panelen er los op liggen. Er dient te worden gekeken naar een derde die het zou zien,
gaat deze ervan uit dat het er over een langere periode nog staat? Zo ja, dan is het
bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven. Een derde zal dit zien als iets wat er
langere tijd op blijft liggen. Een vlag die wordt opgehangen tijdens een feestdag, is
niet bestemd om duurzaam verenigd met het huis, een derde zal ook zien dat het
volgende week weg is. Als wordt geredeneerd via art. 5:20 Awb, zijn de zonnepanelen
dus wel onroerend.
Afbeelding 2
Zonder dak is het huis incompleet, waarschijnlijk zijn de zonnepanelen ook nog op
maat gemaakt, art. 3:4 lid 1 BW. Art. 3:4 lid 2 BW is ook nog van belang. Er dient te
worden gekeken hoeveel schade van betekenis ontstaat indien het de zonnepanelen
van het dak worden gehaald. Bij schade van betekenis moet er wel sprake zijn van
‘slopen’, bijv. het doorhakken van muren of overige werkzaamheden die moeilijk
hersteld kunnen worden. In dit geval kunnen eenvoudig nieuwe dakpannen geplaatst
worden, er ontstaat bij het weghalen dus geen schade. Dit artikel kan dus niet worden
gebruikt.
Als de zonnepanelen er alleen opzitten om het gebouw gedurende een bepaalde
periode van stroom te voorzien. Na een aantal weken worden de panelen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shirleyslaats. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.