4 Strategische stroming: de communicatietheorie
4.1 Interactie als kernbegrip binnen de strategische stroming
Informatie = kernbegrip van systeemtheorie
Communicatietheorie bestaat uit 5 uitgangspunten/ Axioma’s ontwikkeld door Watzlawick.
4.2 Axioma 1: je kan niet – niet communiceren
Alle gedrag is communicatie. Van zodra 2 mensen elkaar ontmoeten is er sprake van communicatie.
4.2.1 invloed en bedoeling
Elk gedrag/communicatie heeft een effect of invloed op de overkant.
Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen de effectieve invloed die we hebben op de ander en de
bedoelde invloed die we aanvankelijk hadden. De invloed komt immers tot stand bij de ontvanger van de
prikkels. Het begrip ‘bedoeling’ is datgene wat zich aan de binnenkant afspeelt van de zender.
4.2.2 Betrokkenheid en inzet
Mensen beïnvloeden elkaar continu. Van zodra mensen met elkaar in contact komen, is er sprake van beïn-
vloeding. Naarmate deze beïnvloeding frequenter en intenser wordt, ontstaat er een emotionele betrokken-
heid, een belangrijke eigenschap van een systeem.
Betrokkenheid is niet hetzelfde als positieve gevoelens hebben voor de ander. Het zegt enkel iets over de
intensiteit van de interacties. Zo kan de betrokkenheid ook als een zware last ervaren worden.
Inzet is het gedrag die verwijst naar die betrokkenheid, de uiting van die emotionele band. Deze kan vele vor-
men hebben: het zwijgen in een discussie, het verdedigen van je moeder tegen je partner, het roepen tegen je
kind wanneer er iets fout loopt, bij iemand blijven ook al zou je liever alleen zijn, …
4.3 Axioma 2: gelaagdheid van de communicatie
Elke communicatie bestaat uit een inhoudsniveau en een betrekkingsniveau, waarbij de betrekking bepalend is
voor de inhoud. Ook de context is mee bepalend voor de communicatie.
Je zit rustig te ontbijten als je pa binnen komt en zegt: “Het is al kwart over acht.”
- Inhoudelijk is de boodschap vrij duidelijk: het is 7u45.
- Op betrekkingsniveau is de boodschap minder eenduidig:
o Zit je hier nu nog? Je moet dringend vertrekken.
o Jij kunt je permitteren om rustig te ontbijten. Ik daarentegen, heb het druk.
o Wat gaat de tijd toch snel als het gezellig is…
- Context: mocht deze boodschap door je baas gegeven worden i.p.v. je vader, krijgt deze zin op-
nieuw een andere betekenis.
o Je bent weer te laat op het werk.
o Begin aan het werk!
4.3.1 de omgeving of context van een systeem
Context is geen statisch gegeven maar staat onder invloed van constante verandering / evolutie. Deze
contextevolutie kan gebeuren binnenin het systeem zelf of van buitenaf. In de praktijk loopt het meestal
tegelijkertijd vanuit de twee richtingen.
14
, We kunnen verschillende soorten contexten onderscheiden:
4.3.1.1 De situationele context
De situationele context is de informatie over de plaats en de letterlijke situatie waar de communicatie zich
afspeelt. Een bijzondere context is die van de vraag van de cliënt. Speelt de communicatie zich af in de
leefgroep, op straat, in de gespreksruimte?
4.3.1.2 de maatschappelijke context
De maatschappelijke context is de beschikbare informatie over de maatschappelijke en culturele invloed:
o Man/vrouw-rollen en de vooroordelen.
o De positie van de werkloze in de maatschappij.
o De terreurdreiging door IS en gevolgen voor onze kijk op de moslimgemeenschap
4.3.1.3 Historische context
De historische context of de rol van “de eigen geschiedenis” en “de systeemgeschiedenis” die bepalend is
voor het functioneren van het systeem.
4.3.2 Contextinformatie
Hoe meer informatie je hebt, hoe meer betekenis je kan geven. De analyse van de context geeft samen met
een gezonde levenswijsheid een verhelderende kijk.
Context is geen oorzaak maar wel medebepalend. Hoe meer risicofactoren in iemands context aanwezig zijn,
hoe realistischer dat de context een invloed zal hebben op de situatie van de betrokkene(n).
4.3.3 Contexthiërarchie
Het belang dat personen en/of systemen hechten aan contextgegevens valt niet a priori samen met de
betekenis die diezelfde contextgegevens voor de hulpverlener hebben. Elke persoon / elk systeem heeft een
soort (virtuele) rangorde van belang die contextgegevens voor hem/hen hebben. We spreken daarom van een
contexthiërarchie.
4.4 Axioma 3: ieder zijn waarheid
4.4.1 interpunctie / betekenisverlening in de systeemtheorie
Elk systeemlid heeft zijn eigen visie op de werkelijkheid. Dit is afhankelijk van zijn interpunctie van de loop van
de gebeurtenissen.
De kernvraag bij de interpuntieproblematiek is: Waar ligt de oorsprong van het probleem?
4.4.2 Herkadering
De algemene systeemtheorie bouwt verder op dit mechanisme en geeft de mogelijkheid aan van het herorde-
nen van de betekenissen, die leden geven aan gebeurtenissen die plaatsvinden binnen hun systemen.
4.5 Kritiek op strategische stroming
In de loop van de jaren 80 van de vorige eeuw kwam er kritiek op de strategische stroming. De kritiek kwam
uit 2 verschillende hoeken. Enerzijds werd de strategische stroming ervan verweten om geen rekening te
houden met de onderkant van het gezin, en anderzijds ook onvoldoende rekening met de bovenkant van het
gezin.
De kritiek op de strategische stroming wordt verdeeld in kritiek die de invloed van de niveaus onder het gezin
benadrukt en kritiek die de invloed van de niveaus boven het gezin benadrukt.
15
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller deborahmille. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.