Uitgebreide samenvatting van de gegeven literatuur in de toetsmatrijs bij de volgende vakken uit Blok 1C: Verpleegkundige visies - RSV - Zorgpaden - Zorgtechnologie - Geriatrische syndromen - Ervaringskennis - Ethiek - Palliatieve zorg
CASUS 1
Theoretisch kader voor de verpleegkundige beroepsuitoefening ................................................... 3
2.5 Instrumenten voor het verpleegproces ........................................................................................ 3
Klinisch redeneren bij ouderen ..................................................................................................... 5
2.3 Verpleegkundige theorieën eenentwintigste eeuw, passend bij ouderen ................................... 5
Klinisch redeneren........................................................................................................................ 7
Flitscollege verpleegkundige visies .............................................................................................. 10
Nederlands Leerboek Jeugdgezondheidszorg .............................................................................. 11
3.5 Gezondheidsbedreigingen........................................................................................................... 11
7.1 Het zieke kind .............................................................................................................................. 11
Ouderen partacipatie van kind en ziekenhuis .............................................................................. 12
CASUS 3A
Theoretisch kader voor verpleegkundige beroepsuitoefening ...................................................... 14
7.2 Terminologie................................................................................................................................ 14
7.3 Verschillende benaderingen van een zorgpad ............................................................................ 14
7.4 Zorgpaden in de praktijk ............................................................................................................. 15
7.5 Ontwikkeling, implementatie, evaluatie en borging ................................................................... 15
Gezondheidsbevordering en zelfmanagement door verpleegkundige .......................................... 16
3.1 Doelen van preventie .................................................................................................................. 16
3.2 Universele, primaire preventie.................................................................................................... 16
3.3 Selectieve, geïndiceerde en secundaire preventie...................................................................... 16
3.4 Zorggerelateerde, tertiaire preventie ......................................................................................... 17
3.5 Classificaties van preventie ......................................................................................................... 17
CASUS 3B
Klinsich redeneren bij ouderen ................................................................................................... 17
17.1 Maatschappelijke ontwikkelingen............................................................................................. 17
17.2 Technologie in de verpleegkundige zorg ................................................................................... 18
Flitscollege zorgtechnologie ........................................................................................................ 19
1
,Casus 4 - Ouderenzorg
CASUS 4
Klinisch redeneren bij ouderen ................................................................................................... 20
7C. Slaapstoornissen ......................................................................................................................... 20
7J. Polyfarmacie bij oudere patiënten............................................................................................... 22
Flitscollege polyfarmacie ............................................................................................................ 23
CASUS 5
Leerboek psychiatrie voor verpleegkundigen .............................................................................. 27
9.6 De verpleegkundige in de verslavingszorg .................................................................................. 27
CASUS 7
Ethische reflectie ........................................................................................................................ 29
6.1 Inleiding ....................................................................................................................................... 29
6.2 Waar hebben we het over? enkele begripsbepalingen .............................................................. 29
6.4 Morele en andere drijfveren ....................................................................................................... 30
Palliatieve zorg door verpleegkundige......................................................................................... 31
5.3 Palliatieve zorg voor mensen met een niet-wersterse achtergrond........................................... 31
De stervensfase .......................................................................................................................... 32
2
,Casus 4 - Ouderenzorg
THEORETISCH KADER VOOR DE VERPLEEGKUNDIGE
BEROEPSUITOEFENING
2.5 INSTRUMENTEN VOOR HET VERPLEEGPROCES
Verpleegkundige kennis wordt in de vakliteratuur vaak onderverdeeld in drie grote groepen:
● Classificatie van diagnoses
● Classificatie van interventies
● Classificatie van resultaten
Een bekend classificatiesysteem is:
NANDA-I (diagnoses):
● Actuele diagnoses: beschrijft menselijke gezondheidsconditie en/of levensprocessen, die
aanwezig zijn bij een individu, gezin, groep of gemeenschap. Ook wel probleemdiagnose
genoemd.
● Diagnoses voor gezondheidsbevordering: beschrijft een klinisch oordeel over de motivatie en
wens van een individu, gezin, groep of gemeenschap om het welzijn te vergroten en het
menselijk gezondheidspotentieel te realiseren. Deze motivatie en wensen worden uitgedrukt
door bereidheid tot verbetering van een specifieke gezondheidsgedraging.
● Risicodiagnoses: klinisch oordeel over menselijke ervaringen/reacties op gezondheid
condities en/of levensprocessen die zich zeer waarschijnlijk kunnen ontwikkelen bij een
kwetsbaar individu, gezin, groep of gemeenschap.
● Syndroomdiagnoses: klinisch oordeel dat een specifiek cluster van verpleegkundige
diagnoses beschrijft die samengaan en het beste ook gezamenlijk en met soortgelijke
interventies kunnen worden aangepakt.
NIC (interventies): een uitvoerige en gestandaardiseerde lijst termen, waarmee verpleegkundigen de
door hen uitgevoerde handelingen kunnen beschrijven. Definitie verpleegkundige interventie: elke
behandeling die een verpleegkundige op grond van haar deskundig oordeel en klinische kennis
uitvoert ten behoeve van de patiënt.
● Directe zorginterventies: worden aan of met een patiënt uitgevoerd.
● Indirecte zorginterventies: worden niet in aanwezigheid, maar wel ten behoeve van de
patiënt uitgevoerd.
● Interventies op gebied van de samenleving (of van de algemene gezondheidszorg): zijn
bedoeld om gezondheid van bevolkingsgroepen te bevorderen en in stand te houden.
● Autonoom verpleegkundige behandeling: interventies die een verpleegkundige heeft
voorgeschreven op grond van een verpleegkundige diagnose.
NOC (resultaten): de definitie van verpleegkundig zorgresultaat: een verpleegkundig beïnvloedbaar
zorgresultaat is een toestand, gedraging of opvatting van een individu, gezin of gemeenschap, die op
een continuüm wordt ingeschaald als resultaat van verpleegkundige interventies. De zorgresultaten
zijn feitelijke toestanden, en niet de gewenste toestand van een patiënt.
Andere classificaties zijn:
● ICNP: bevat een overzicht van verpleegkundige fenomenen, interventies en uitkomsten.
Doelstellingen hiervan zijn:
o Gemeenschappelijke taal voor verpleegkundige beroepsuitoefening
o Beschrijving van verpleegkundige zorg aan individuen en gezinnen in uiteenlopende
werkvelden
o Mogelijk maken van vergelijking van verpleegkundige gegevens uit uiteenlopende
situaties
3
, Casus 4 - Ouderenzorg
o Ontwikkelingen aantonen of voorspellen in verpleegkundige zorgverlening en in
toewijzing van middelen aan patiënten
o Verplegingswetenschappelijk onderzoek stimuleren door koppeling van gegevens uit
verpleegkundige en andere informatiesystemen
o Gegevens over de verpleegkundige beroepsuitoefening leveren, om beleidsvorming
te beïnvloeden
● ICF: hiermee wordt kan via gestandaardiseerde gemeenschappelijk taal uiteenlopende
vakgebieden en takken van wetenschap wereldwijd met elkaar gecommuniceerd worden.
Bestaat uit twee delen met elk twee componenten. De componenten bestaan weer uit
verschillende domeinen, die zijn weer onderverdeeld in categorieën en daarna volgende
eenheden:
o Functioneren en functioneringsproblemen
▪ Functies en anatomische eigenschappen
▪ Activiteiten en participatie
o Contextuele factoren
▪ Externe factoren
▪ Persoonlijke factoren
Met het ICF model kunnen verpleegkundige aangeven wat het probleem is en waarop de
zorg of behandeling zich richt. Het biedt een schema voor het beschrijven van iemands
functioneren vanuit drie verschillen perspectieven:
o Mens als organisme: voor het beschrijven van functies, anatomische eigenschappen
en stoornissen van onderdelen van het lichaam.
o Menselijk handelen: voor het beschrijven van wat iemand doet of zelf kan doen,
welke activiteiten iemand uitvoert en welke beperkingen hierin zijn.
o Participatie: voor het beschrijven of iemand kan deelnemen aan maatschappelijk
leven op alle terreinen, zijn daadwerkelijke participatie en eventuele problemen
hierin.
● Omaha-systeem: biedt een structuur om de patiënt te onderzoeken en diens problemen te
documenteren, het beschrijft multidisciplinaire interventies en meet de uitgangssituatie en
de resultaten per probleem van een patiënt. Is opgebouwd uit drie componenten:
o Assessment op basis van problemen: is weer onderverdeeld in vier domeinen
(omgeving, psychosociaal, fysiologisch, gezondheidsgerelateerd gedrag) die weer
opnieuw onderverdeeld zijn in diagnoses, modifers en symptomen.
o Interventies: deze kent drie niveaus
▪ Generieke categorieën
▪ Doelstellingen
▪ Cliënt specifieke informatie
o Beoordelingsschaal: methode om voortgang van de patiënt te monitoren tijdens de
zorg. De beoordelingsschalen bestaan uit drie vijfpuntsschalen: kennis, gedrag en
status.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LindaKremers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.