100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Gedragsneurowetenschappen Hoofdstuk 4, 5 en 6 $11.20   Add to cart

Summary

Samenvatting - Gedragsneurowetenschappen Hoofdstuk 4, 5 en 6

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Gedragsneurowetenschappen - uitgebreide uitleg Hoofdstuk 4, 5, 6 Ben je op zoek naar een uitgebreide en helder geschreven samenvatting voor het vak Gedragsneurowetenschappen? Mijn samenvatting is zorgvuldig samengesteld op basis van het handboek en biedt meer informatie dan de les...

[Show more]

Preview 4 out of 35  pages

  • July 23, 2024
  • 35
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
4 HOE GEBRUIKEN NEURONEN ELEKTRISCHE SIGNALEN OM INFO TE VERZENDEN?

Descartes: eerste poging om aan te tonen hoe info door zs reist

 Info wordt gedragen door hersenvocht
 Hersenvocht stroomt via zenuwbuizen en activeert spieren

Onjuist, maar… 3 basisvragen:

1. Hoe detecteren onze zenuwen een zintuigelijke prikkel en informeren ze de hersenen hierover?
2. Hoe beslissen de hersenen welke reactie ze moeten geven?
3. Hoe sturen de hersenen de spieren om te bewegen?

Actiepotentiaal = elektrische activiteit op een dendriet en het cellichaam die de kans op het activeren
van een informatie-impuls vergroten of verkleinen

4.1 ZOEKEN NAAR ELEKTRISCHE ACTIVITEIT IN ZS

VROEGE AANWIJZINGEN DIE ELEKTRICITEIT EN NEURALE ACTIVITE IT VERBONDEN
1731: Stephen Gray

 Wreef met stof over een staaf om elektroden te verzamelen
o Hield deze tegen de voeten van een jongen
 Hield metaalfolie voor de neus van een jongen  werd aangetrokken en krulden
 Elektriciteit als boodschapper van info in zs

Onderzoek naar elektrische stimulatie
Luigi Galvani

 Poten van kikkers (aan een draad) trillen bij onweer
 Vermoede dat elektriciteitsvonken van storm de beenspieren activeren
o Elektrische stroom  zenuw  spiersamentrekking
 Ontdekking van elektrische stimulatie = het doorgeven elektrische stroom van het niet-
geïsoleerde punt van elektrode door weefsel, wat zorgt voor verandering in de elektrische
activiteit van het weefsel

Gustav Theodor Fritsch & Eduard Hitzig: elektrische stimulatie van de neocortex veroorzaakt beweging

 Stimuleerde de neocortex van een persoon met hoofdletsel
 Observatie van bewegingen als reactie op stimulatie van specifieke delen van neocortex

Robert Bartholow

 Eerste onderzoeker die effecten van menselijke hersenstimulatie beschreef
 Stimuleerde blootliggende hersenweefsel
 Ethische en technische kritiek; maar… toonde basisprincipes van menselijke cortocale aan

Elektrische registratie
Richard Carton: elektrische stromen in hersenen meten

 Gevoelig apparaat dat elektrische stroom tussen twee lichamen meet
 EEG = grafiek van de elektrische activiteit van de hersenen, die voornamelijk bestaat uit
graduele potentiëlen van vele neuronen

Bewijs dat neuronen elektrische berichten verzenden
Maar… elektrische stroom in lichaam ≠ elektrische stroom in huishouden


30

,Hermann von Helmholtz

 Stimuleerde een zenuw de naar een spier leidt + mat de tijd tot spiersamentrekking
 Zenuw geleid info met snelheid van 30 à 40m/seconde
 Elektriciteit langs draad: miljoen keer sneller

Julius Bernstein: neurale chemie produceert elektrisch potentieel

 Elektrisch potentieel kan veranderen
 Beweging van ionen vormt de boodschap die door neuron wordt overgebracht
 Ionen reizen zelf niet langs het axon; wel een golf van ionisch potentieel ≈ golven op water

HULPMIDDELEN VOOR HET METEN VAN ELEKTRISCHE A CTIVITEIT IN EEN NEURON
Golven zijn klein en beperken zich tot de oppervlakten van neuronen
 d.m.v. conventionele elektrische stimulatie kunnen we golven produceren
 d.m.v. elektrische registratietechniek kunnen we golven meten

Voltmeter = apparaat dat de sterkte van elektrische spanning meet door het verschil in elektrisch
potentiaal tussen twee punten te registreren

Meet een verandering in het elektrisch potentiaal op het membraan van de axon

Elektrische activiteit meten: wat hebben we nodig?

A. Een grote neuron
B. Een gevoelig meetapparaat
C. Een kleine elektrode

Reuzeaxon van de inktvis
Neuronen van mensen: klein (1 tot 20 micrometer)
Neuronen van inktvis Logio vulgaris: groot (± 1 mm)  ontdekking van JZ Young

 Grote axonen worden gevormd door fusie va kleine axonen
 Grote axonen verzenden sneller berichten dan kleine axonen  snel vluchten

Alan Hodgkin en Andrex Huxley: sneden axon uit inktvis en hielden dit levend/functionerend
 bepaalden de ionisch gebaseerde elektrische activiteit van het neuron (nobelprijs)

Oscilloscoop
= een gespecialiseerd apparaat dat dient als een voltmeter die gevoelig genoeg is om verandering in
minuscule elektrische signalen over tijd te registreren

Elektrische lading van zenuw of neuron: millivolts
Tijd: milliseconden

Micro-elektroden
= een microscopisch klein geïsoleerde draad of een met zoutwater gevulde glazen buis waarvan de
niet-geïsoleerde punt wordt gebruikt om neuronen te stimuleren of op te nemen

 Klein genoeg om op of in axon te plaatsen
 Kan elektrische stroom leveren aan een enkele neuron + opnames ervan maken

2 manieren:




31

, Algemeen
A. Punt van een stuk draad in of op een neuron plaats
voor meting van elektrische stroom
B. Dunne glazen buis met fijne punt gevuld met
zoutwater  elektrische stroom geleiden
Draad in de zoutoplossing verbindt de elektrode
met een stimulatie of registratieapparaat

Micro elektrode op een axon: extracellulaire meting
Micro elektrode in een axon: intracellulaire meting
 spanning over celmembraan meten



Verfijnd
 Punt van glazen micro-elektrode in het membraan
van de neuron plaatsen
 Zuigkracht totdat de punt vast zit
 Mogelijkheid om opname te maken van klein stuk
membraan dat een de punt verbonden is

Hodgkin en Huxley: zenuwimpulsen zijn veranderingen in concentratie van specifieke ionen

Basis van elektrische activiteit in zenuwen = beweging van intracellulaire en extracellulaire
ionen, die positieve en negatieve ladingen door het celmembraan dragen

HOE IONENBEWEGING ELEKTRISCHE LADINGEN PRODUCEER T
Intracellulaire en extracellulaire vloeistof bevatten verschillende ionen:

 Natrium (Na+)
 Kalium (K+) Positief geladen  kationen
 Chloride (Cl-)
Negatief geladen  anionen
En eiwitmoleculen (A)

3 factoren die de beweging van anionen en kationen beïnvloeden:

A. Diffusie = beweging van ionen van een gebied met een hogere concentratie naar een gebied met
lagere concentratie door willekeurige beweging
 Vereist geen extra energie; is het resultaat van een willekeurige beweging
 Resulteert in een dynamisch evenwicht waarbij de moleculen relatief gelijk verspreid worden

B. Concentratiegradiënt = relatieve overvloed van een stof in een ruimte; hierdoor kan de stof
d.m.v. diffusie van een gebied met een hogere naar lagere concentratie
 Verschil in aantal (concentratie) ionen tussen twee gebieden
 Verschillende soorten ionen worden evenwichtig verdeeld

C. Spanningsgradiënt = verschil in elektrisch potentiaal tussen twee regio’s waardoor een stroom
van mogelijk is als de twee regio’s met elkaar zijn verbonden
 Verschil in lading tussen twee gebieden
 Ionen bewegen van gebied met ↑ elektrisch potentieel naar gebied met ↓ elektrisch potentieel
 Positieve en negatieve ionen worden evenwichtig verdeeld

Zie p.119 voor werking van concentratie en spanningsgradiënt
Balans van ionen door een membraan = evenwichtspotentiaal

 Verschillende concentraties zorgt voor verschil in potentiaal aan zijden van membraan
 spanningsverschil
 Spanningsverschil is het grootst dicht bij het membraan 32

, 4.2 ELEKTRISCHE ACTIVITEIT OP DENDRITISCHMEMBRAAN EN CELLICHAAMSMEMBRAAN

Meeste biologische membranen: semipermeabel  ionenkanalen

Electrische activiteit neuron= beweging van specifieke ionen door de kanalen over membranen
Golven van elektrische activiteit bewegen langs membranen en brengen info doorheen hele ZS

RUSTPOTENTIEEL
Één micro-elektrode op buitenoppervlak van membraan van axon Afwezigheid van stimulatie
Één micro-elektrode op binnen oppervlak van membraan van axon bedraagt het verschil 70mV

 Lading aan buitenkant van membraan is positief  0mV
 Lading aan binnenkant van membraan is negatief  -70mV

Lading kan veranderen indien veranderingen in membraan
In rust  verschil in lading produceert een elektrisch potentieel dat mogelijkheid biedt om opgeslagen
energie te gebruiken ≈ batterij

Rustpotentieel = elektrische lading over het isolerende celmembraan bij afwezigheid van
stimulatie; een opslagplaats van potentiële energie die wordt geproduceerd door een grotere
negatieve lading aan de intracellulaire zijn ten opzichte van de extracellulaire zijde

 Meeste lichaamscellen hebben rustpotentieel
 Rustpotentialen variëren van -40 tot -90mV
 4 geladen deeltjes produceren rustpotentieel:
o Natrium (Na+)
Positief geladen  kationen
o Kalium (K+)
o Chloride (Cl-)
Negatief geladen  anionen
o Grote eiwitmoleculen (A-)

Ongelijk verdeeld over membraan van het axon:
K+ en A-  intracellulaire vloeistof
Na+ en Cl-  extracellulaire vloeistof

RUSTPOTENTIEEL BEHOUDEN
Kanalen, poorten en pompen houden rustpotentiaal in stand
3 kenmerken:

1. Membraan is relatief ondoordringbaar voor grote moleculen  eiwitten (A-) blijven in de cel
2. Niet-gated kaliumkanalen (lekkanalen) laten K + vrijer door het membraan bewegen; niet-gated
chloridekanalen laten Cl- door; natriumkanalen houden Na+ buiten
3. Na+- K+-pompen stoten (3) Na+ uit de intracellulaire vloeistof en trekken (2) K+ aan

Binnen in de cel
Grote eiwitten worden in cellen geproduceerd

 Membraankanaal kan deze eiwitten niet doorlaten uit cel
 Negatieve lading van eiwit  transmembraanspanning (rustpotentieel) produceren
 Negatieve lading in evenwicht brengen:
o K+ accumuleren
o 20x meer K+ in cel dan er buiten via lekkanalen

! Te veel kaliumionen aan binnenkant van membraan  K+ en A- neutraliseren elkaar
 geen lading over het membraan
Maar… aantal kaliumionen binnenin cel is beperkt; instroom van K+ wordt tegengewerkt door
concentratiegradiënt wanneer intracellulaire concentratie hoger is dan extracellulaire concentratie
33

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller janahassewer. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.20. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

82191 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.20
  • (0)
  Add to cart