▪ Hemato-morfologie: Bestudeert de vorm van bloedcellen door deze te kleuren en microscopisch
te bestuderen.
▪ Hemocytometrie: Richt zich op het verrichten van fysische/chemische metingen van bloed als
geheel en van de verschillende cellen in het bloed.
▪ Hemostase: Processen die optreden bij bloedstolling en verwijdering ervan en wand bloedvaten
▪ Immuno-hematologie: Bloedtransfusies en transplantatie (= immunologische aspecten)
Hoofdstuk 1: Pre-analytische fase
2.1 De bloedafname
▪ Serum: Waterige gedeelte van gestold bloed
= Bloedplasma waaruit stoffen verwijderd zijn die nodig zijn voor de stolling
→ Centrifugatie: Pellet (BC met onoplosbaar netwerk) + serum (supernatans)
▪ Hemolysaat: Volbloed in hypotone oplossing: Cellen lyseren en celinhoud komt vrij
▪ Anticoagulantia:
a) Bloedstolling is afhankelijk van de aanwezigheid van calciumionen
− EDTA-verbinding: Antistollend effect sneller bereikt
= Chelator (bindt aan) van Ca2+-ionen: Mogelijke trombocytenaggregaten vallen uit elkaar
→ Minder geschikt voor het morfologisch onderzoek
→ Keuze uit dikaliumzout of trikaliumzout
→ Het dikaliumzout heeft minder effect op de vorm RBC en TC maar werkt trager
→ Juiste hoeveelheid bloed afnemen want anders degenereren RBC door overmaat EDTA
− Natriumcitraat: Bezinking van erytrocyten (ceind = 21 mmol/l) en bloedstolling (ceind = 11 mmol/l)
→ Oplossing van citraat gebruikt omdat natriumcitraat slecht oplosbaar is
→ Bestanddeel van ACD-mengel: Onstolbaar maken van bloed voor bloedtransfusies
b) Bloedstolling is afhankelijk van ezymatische activiteit van trombine
− Heparine: Werkt snel en veroorzaakt geen verdunning van het bloed (antitrombine)
→ Zure verbinding: Kleureigenschappen veranderen: Geen bloeduitstrijkjes mogelijk
→ Samenklontering van leukocyten en trombocyten: Geen telling mogelijk
Pagina 1 van 50
,▪ Capillaire bloedafname: Afname aan de zijkant van de vinder = minder gevoelig
→ Pasgeborenen: Hielprik andere plaatsen gevaarlijk voor beschadiging (pezen, kraakbeen, …)
→ Desinfectie van de plaats en laten opdrogen (voorkomen van hemolyse)
→ Eerste druppel wegvegen: Bevat weefselvocht
→ Melken hemolyse of toename van weefselvocht veroorzaken
▪ Bewerken en bewaren van bloed:
→ Centrifugeren: Cellen hebben een hogere soortelijke massa dan plasma of serum
→ De mate van scheiding tussen de cellen en plasma is afhankelijk van:
− De centrifugaal kracht: 1,12 x 10-5 x rpm² x afstand (cm)
− De afstand tot het middelpunt van de rotor
→ Normaal: 5 minuten centrifugeren bij 1500 tot 2000 g
→ Stollingsonderzoek:
Trombocytenrijk plasma: 5 minuten bij 180 g (leukocyten en erythrocyten verwijderd)
Alle thrombocyten verwijderen: 15 minuten bij 4000 g
2.2 Factoren die bloeduitslag kunnen beïnvloeden
▪ Tijdstip van bloedafname:
→ Dag-nacht ritme van bepaalde hormoonconcentraties (cortisol)
→ Voeding: Voor sommige bepalingen moet de patiënt nuchter zijn (glucose)
▪ Infuusarm:
→ Men moet de vene aanprikken in de arm waar geen infuus aanwezig is
→ Infuusvloeistof verdund het bloed
▪ Bloedafnamecondities
− Stuwen
Langdurig stuwen verhoogt druk op bloedvaten → Meer water uit bloedvaten geperst
Bloed wordt iets ingedikt omdat EW en cellen de bloedwand niet kunnen passeren door de druk
Hematocriet waarde kan hierdoor licht gestegen zijn
Stuwen kan ook het stollingsmechanisme activeren
− Houding van de patiënt
Zitten zorgt voor een lagere plasmaverhouding dan patiënten die liggen
Bloedindikking door hydrostatische druk in de benen
− Stress
Stollingsfactor VIII en cortisol zijn sterk verhoogd
▪ Bewaringscondities
− Niet-afgedraaide volbloed buis: Stofwisseling van de bloedcellen gaat verder
o Glucose
o Fosfaat en Kalium
− Binnen 2 uur centrifugeren = Bloed van plasma scheiden
− Lactaatbepaling: Meteen na afname koelen
o BSE: Maximum 4 uur bij kamertemperatuur
o Morfologisch onderzoek: Volbloed enkele uren op KT en uitstrijkje mag langer
o Stollingsonderzoek: Maximaal 2-3 uur bij kamertemperatuur
o Lactaatbepaling: Meteen koelen
Pagina 2 van 50
,▪ Nagestold serum
− Serum verkrijg je door bloed 30 minuten te laten staan (stollingsproces)
− Stollingsproces duurt langer bij lagere temperaturen en antistollingstherapie
− Afname buis bevat stollingsactivator: Tijd verkort naar 10 tot 15 minuten
− Buis te vroeg afdraaien kan nadien nog stolsels geven = onbetrouwbare resultaten
− Nagestold plasma kan ontstaan indien anticoagulans niet voldoende gemengd is
▪ Integriteit van het onderzoeksmonster
− Hemolyse: De inhoud van de erytrocyt vermengt zich met het serum of plasma
→ Ontstaat bij onjuiste bloedafname of al aanwezig zijn in patiënt zelf
− Lipemie: Troebeling door kort voor bloedafname een vetrijke maaltijd te eten
→ Kan ook ontstaan bij vetstofwisselingen of door medicatie
− Icterie: Het plasma kleurt geel-oranjeachtig door een verhoogd bilirubine gehalte
→ Dit kan ontstaat bij geelzucht
▪ Uitstrijkpreparaten
− Anticoagulantia hebben ongewenste effecten op de morfologie van RBC
o Toegenomen volume van trombocyten
o Doornappelvorm van RBC
o Vacuolisatie van granulocyten en monocyten
o Korrelige neutrofielen
o Afwijkingen in vorm en structuur van de celkernen
− Beenmerguitstrijkpreparaat
o Langer drogen: Met anticoagulans indien men niet meteen uitstrijkje maakt
o Beoordeling van cytologische kenmerking (verhouding celsoorten en morfologie)
− Fixeren
Absolute methanol, aceton of formaldehyde: Cellulaire structuren bewaren met een
minimum aan vervorming en veranderingen van de cellen
− Kleuren met panoptische kleurstoffen
May-grünwald-Giemsa kleuring: 5 verschillende niet stabiele oplossing nodig
o Zure kleurstof: Kleuren van basische componenten zoals kationische groepen
Bindt aan basisch positief geladen hemoglobine of geladen eiwitten binnen korrels van
granulocyten (Roze)
o Basische kleurstof: Kleuren van zure componenten zoals anionische groepen
Bindt aan zuur geladen fosfaatgroepen of negatief geladen korrels in heparine in
cytoplasma van granulocyten (Blauw/Paars)
▪ Morfometrische elektronische differentiële telling
− Jaren 70: Eerste geautomatiseerde microscoop
− Microscopisch beeld van iedere cel wordt elektronisch geanalyseerd
− Het beeld wordt nadien vergeleken met een bibliotheek van vooraf gedefinieerde cellen
− Vervolgens wordt de betreffende cel geclassificeerd
− Analist moet noodzakelijk controleren
− Nu op de markt: Cellavision
Pagina 3 van 50
, Hoofdstuk 2: Hemocytometrie
2.1 Celtellingen
− Handmatig: Microscoop en telkamer = tijdrovend, weinig hygiënisch en vereist ervaring
Elektronische telling
a) Impedantiemethode
Bloedcellen geleiden elektrische stroom minder goed dan de elektrolytoplossing waarin de RBC
gesuspendeerd zitten.
− Glazen buis met een kleine opening waarin door vacuüm de RBC suspensie wordt opgezogen
Elektrische spanning tussen 2 elektroden aangelegd:
→ 1 in telbuis en 1 buiten de telbuis in de celsuspensie
→ Elektrolytoplossing zorgt voor geleiding tussen de 2 elektroden.
− Wanneer tijdens het opzuigen een cel de nauwe opening passeert: elektrische weerstand
− 1 pulse is 1 cel → gekend volume van celsuspensie → Celconcentratie bepalen
De hoogte van het signaal is een maat voor het volume van de cel
▪ Kanalen
Erytrocytenkanaal en trombocytenkanaal: Sterk verdunde elektrolytenoplossing
Leukocytenkanaal: Detergens toegevoegd dat membraan van RBC doet lyseren
▪ Problemen
o Fysische krachten in de meet opening: Verschillende vorm van RBC
o Wervelingen
o Pulsvorm = Afhankelijk van plaats waar deeltje doorgaat
o Celafval wordt geteld als cel
o Verstoppingen van celopening
o Deeltjes simultaan doorheen meetzone = coïncidentie (geen mooie curve)
▪ Oplossing: Hydrodynamische focussering
o Diafragmapomp zuigt het monster op en injecteert het in een dragerstroom
o De dragerstroom wordt gepompt door nauwe opening = laminaire stroming
o Injectie in het centrum van laminaire stroom: RBC één voor één door meetopening
o De dragerstroom bestaat uit enkel elektrolytoplossing
Pagina 4 van 50
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mlt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.89. You're not tied to anything after your purchase.