Hoofdstuk 1: Arteriële hypertensie
Systolische druk: druk die gemeten wordt in een grote arterie tijdens de linker
ventrikelcontractie
Diastolische druk: druk die gemeten wordt in een grote arterie tijdens de relaxatie van het
hart en is de perfusiedruk Diastolische druk: voor het myocard
2 x diastolische druk +1 x systolische druk
Mean arterial pressure =
3
→ MAP is normaal 70-95 mmHg
Arteriële bloeddruk = essentieel voor doorbloeding organen; er zijn 2 belangrijke
regulatiemechanismen
- Het autonome zenuwstelsel (voor snelle regulatie)
- Het RAAS (voor trage regulatie)
Bloeddruk is afhankelijk van de cardiac output (CO) of het hartminuutvolume (HMV) en de
totale perifere weerstand (TPW)
→ Cardiac output: product van het slagvolume en de hartfrequentie
Bloeddruk = cardiac output x totale perifere
weerstand
Cardiac output = hartfrequentie x slagvolume
Bloeddruk wordt continu gemeten door baroreceptoren in de wand van de aortaboog en da a.
carotis
→ Deze sensoren sturen prikkels naar de hersenstam, bij daling van de bloeddruk neemt
de invloed van OS toe met als gevolg:
- Cardiac output of HMV (↑HF en ↑SV)
- Vasoconstrictie van arteriolen (↑TPW)
- Vasoconstrictie van venulen (↑veneus aanbod)
Te lage bloeddruk wordt ook geregistreerd door baroreceptoren in de organen
→ Deze sensoren sturen prikkels naar de nieren die renine produceren, deze activatie van
het RAAS zorgt voor:
- Vasoconstrictie van artriolen (↑SVR)
- Productie van adosteron (H2O- en zoutretentie ↑ bloedvolume)
Bij gezonde volwassenen is de systolische druk <120 mmHg en de diastolische druk <80
mmHg
→ Bloeddruk varieert in de loop van de dag, hij stijgt bij inspanning en daalt in rust
Bij arteriële hypertensie is:
- Systolische druk >140 mmHg
- Diastolische druk >90 mmHg
‘stadium 1-hypertensie’ = bloeddrukwaarden tussen 130-139 mmHg systolisch of tussen 80-
89 mmHg diastolisch
‘stadium 2-hypertensie’ = bloeddrukwaarden ≥140 mmHg systolisch of ≥90 mmHg
⇒ Streefwaarden zijn verlaagd naar <130 mmHg en <80 mmHg diastolisch
Medicamenteuze aanpak van hypertensie is aanbevolen vanaf een bloeddruk ≥140/90 mmHg
bij alle zorgontvangers
→ Bij zorgontvangers met hoog cardiovasculair risico worden antihypertensiva opgestart
bij een bloeddruk vanaf stadium 1-hypertensie, ongeacht leeftijd
⇒ Diabetici en zorgontvangers met chronisch nierlijden worden steeds gerekend tot
zorgontvangers met hoog cardiovasculair risico
Mogelijke antihypertensiva: thiaziden, calciumkanaalblokkers, ACE-inhibitoren of
angiotensine-II-receptorenantagonisten
Niet medicamenteuze therapie: dieet, rookstop, meer lichaamsbeweging en vermijden van
stress
1 Essentiële of primaire hypertensie
Essentiële hypertensie ontstaat door een combinatie van genetische voorbeschiktheid en
milieufactoren
→ Milieufactoren = aangrijpingspunten bij een niet-medicamenteuze behandeling van
hypertensie
Milieufactoren: zoutgebruik, obesitas, fysieke inactiviteit, alcohol- en tabaksgebruik en stress
2 Secundaire hypertensie
Secundaire hypertensie ontstaat door andere ziekten, we onderscheiden verschillende
vormen:
- Renale hypertensie
→ Door een nieraandoening is er een overproductie van renine
→ Bijv niertumor, niercyste of stenose van de a. renalis (AS met als gevolg
activatie van het RAAS)
- Hormonale hypertensie
→ Door overproductie van adrenaline of door bijnierschorshyperplasie
- Cerebrale hypertensie
→ Bijv door een hersentumor kan het vasomotorcentrum gestoord worden met als
gevolg een stijging van de intracraniële druk
- Vasculaire hypertensie
→ Arteriosclerose of een congenitale vernauwing van de aorta
- Bepaalde geneesmiddelen verhogen de bloeddruk
→ Bijv β2-mimetica, orale anticonceptiva, corticosteroïden, zoethout
- Zwangerschapstoxicose
4 Complicaties
Op lange termijn kunnen verwikkelingen optreden thv verschillende organen:
- Aorta: atherosclerose, aneurysma, aorta dissecans
- Perifeer arterieel vaatlijden
- Hartfalen: linker ventrikel moet contant harder pompen en zal insufficiënt worden
- Hersenbloedingen (CVA): door te hoge druk in de hersenderivaten kunnen deze barsten
2
, - Het risico op thrombosis cerebri (CVA) is verhoogd tgv athersclerose
- Nierinsufficiëntie: bij langdurige hypertensie ontstaat er ook in de globeruil
ateriosclerose en worden microtrombi gevormd
- Beschadiging van de retina (hypertensieve retinopathie) door ateriosclerose van de
retinale bleodvaten: belangrijk om regelmatige op controle te gaan bij een oogarts voor
een fundoscopie
Arteriële hypertensie = belangrijke risicofactor voor het ontstaan van atheromatose
Hoofdstuk 2: Hartfalen
Hartfalen: klinisch syndroom dat bestaat ui een combinatie van klachten en verschijnselen
die een gevolg zijn van Hartfalen: het onvoldoende contraheren van het myocard waardoor
de cardiac output (of hartminuutvolume) daalt Hartfalen: en de weefsels te weinig O2
krijgen (=ischemie)
→ Hart is niet meer in staat om een adequaat hartminuutvolume te handhaven en om
veneuze return te verzekeren
→ Oorzaak kan in hart liggen of extracardiaal zijn
Hartfalen = meestal chronisch progressieve aandoening
→ Als de klachten en verschijnselen binnen enkele uren of dagen ontstaan = acuut
hartfalen of hartdecompensatie → dan ontstaat snel ernstig dyspnoe tgv acuut
longoedeem die ziekenhuisopname noodzakelijk maakt
Er kan zowel sprake zijn van linker of rechter hartfalen
→ Meest voorkomende vorm = linker ventrikel falen
De prevalentie van hartfalen neemt sterk toe vanaf 75j
→ Tussen 70-80j ligt de prevalentie tussen 10-20%
→ 6 maanden na diagnose is de mortaliteit 19% en na 1j 26%
Zorgontvangers met hartfalen zijn beperkt in hun lichamelijke en dagelijkse activiteiten
→ Verminderede cerebrale doorbloeding kan leiden tot verminderde cognitieve functies
→ Zorgontvangers met hartfalen hebben lagere kwaliteit van leven en meer depressieve
klachten dan leeftijdsgenoten zonder aandoening
1 New York Heart Association (NYHA) classificatie van hartfalen
NYHA-klasse I
Geen beperkingen van het inspanningsvermogen
→ Geen vermoeidheid, dyspnoe of palpitaties bij normale fysieke inspanning
NYHA-klasse II
Enige beperking van fysieke activiteiten
→ Bij rust geen symptomen, maar normale activiteiten veroorzaken dyspnoe,
vermoeidheid of palpitaties
NYHA-klasse III
Ernstige bepekringen van het inspanningsvermogen
→ Geen symptomen bij rust, maar een minieme inspanning kan symptomen uitlokken
NYHA-klasse IV
De zorgontvanger kan geen enkele inspanning uitvoeren zonder klachten
→ Symptomen zijn al aanwezig bij rust en bij minste inspanning nemen ze toe in ernst
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ellendsm1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.33. You're not tied to anything after your purchase.