Nucleaire biomedische beeldvorming, preklinische e (2081FBDBMW)
Summary
Samenvatting Les 5 'Diermodellen'
7 views 0 purchase
Course
Nucleaire biomedische beeldvorming, preklinische e (2081FBDBMW)
Institution
Universiteit Antwerpen (UA)
Dit document omvat de samenvatting van Les 5 van het vak 'Nucleaire biomedische beeldvorming, preklinische en klinische studies met focus op oncologie.'
Nucleaire biomedische beeldvorming, preklinische e (2081FBDBMW)
All documents for this subject (8)
Seller
Follow
evagoormans
Content preview
Lecture 5: 14/11
Preclinical tumor models for molecular imaging: improving transla5onal
power
Introduc)on
Evidence based medicine
Eerst in vitro
- Hier kan je al veel onderzoeken
- Mechanismen van ac5on
- 2D naar 3D sferoiden
- Posi5ef -> diermodellen
Diermodellen
- Wat gebeurt er met de drug
o PK, PD en toxiciteit
- Op het niveau van de kanker: wat gebeurt er?
- Wat gebeurt er met de metastasen?
- Posi5ef -> klinische fasen
Klinische fasen
- Poi5ef -> op de markt
Disadvantages in vitro model
- Tumor kunnen we niet nabootsen in vitro
o Een tumor is een complexe samenstelling en interac5e met andere cellen ->
onmogelijk om dit in vitro na te bootsen
- Mogelijke infec5es
o Bacteriele infec5es zien we direct onder de microscoop
o Mycoplasma zie je niet
§ Het genoom van de kankercellen kan hierdoor veranderen
§ Mycroplasma PCR test dit maandelijks
o Virussen zijn ook moeilijk te zien
- Mixen van cellijnen
- Gene5sche veranderingen
o Bepaalde genen zijn gevoelig om te muteren onder de in vitro omstandigheden
(bv. p53)
- Selec5e van subkolonies
o Je start met een bepaalde heterogene popula5e -> je kunt selec5e krijgen van bv.
de resistente
è Vereist dat er eerst dierproeven gedaan worden voor ze op de markt gebracht worden
In vivo models
- 90 tot 95 % van alle drugs die getest worden in vitro en diermodellen falen in de mens
- Moeilijk om een model te vinden dat predici5ef is in de mens
- De twee meest gebruikte diermodellen in kankeronderzoek zijn de muis en de rat
Waarom?
- Klein
- Makkelijk om te manipuleren
- Veel muizen/ra[en kunnen tegelijker5jd behandeld worden
, - Makkelijk te verkrijgen
- Hoe mee immunodeficient hoe duurder ze worden
- In de meeste is het makkelijk om tumoren te laten groeien
- Tumoren groeien rela5ef snel
- Gene5sch zijn ze heel goed en gelijkend met de mens
- Primaten: gene5sch gezien nog dichter aangeleund
o Maar moeilijker om mee te werken
Syngeneic model
- Makkelijkste en eerst gemaakte model
- Muizencellijn of stukje muis in host muis transplanteren maar die hee^ exact dezelfde
gene5sche achtergrond
- Niet hetzelfde als allogra^ -> worden heel vaak door elkaar gebruikt
o Muizencellijn in een muis gebracht maar niet gene5sch hetzelfde
Voordelen
- Makkelijk te injecteren
- Host is volledig immunocompetent
- Resproduceerbaar
- Immunotherapienen kunnen hier getest worden
- Eerst gebruikte model waarbij een aantal chemotherapieën getest zijn en nog al5jd
gebruikt worden
Nadelen
- Alles is muis -> iets minder transla5oneel
- Als je een ab wilt testen en die bindt enkel aan een humane receptor dan ga je naar de
muis analoog moeten kijken
Xenogra8 model
- Humane kankercellijn in een deficient muis brengen
Voordelen
- Goed gekaraktersieerde cellijnen te verkrijgen
- Makkelijk te injecteren
- Reproduceerbaar
- Transla5oneel goed
- Meeste van cellijnen groeien goed
o uitzondering: HER2 bostkankercellijnen groeien minder goed
- Met succes gebruikt om cytotoxische geneesmiddelen te iden5ficeren die tot
chemotherapie leiden
o Behandelingen die nog steeds de klinische behandeling van kanker domineren
Nadelen
- Hogere kost
o Abankelijk van de graad van immunodeficien5e van het model
- Groei niet al5jd representa5ef voor de mens
- Immuunsysteem is deficient -> deze modellen kunnen niet gebruikt worden voor het
testen van immuuntherapienen
- Abankelijk van de graad van deficien5e
o CPF condi5es -> niet in alle labo’s goed
- Mix van humane tumorcellen en muizen endotheelcellen
o Voor sommige interac5es gebeurt er niet of iets vreemd
- Afwezigheid IS -> falen om doelgerichte therapieën uit te testen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evagoormans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.78. You're not tied to anything after your purchase.