Inleiding
Het studieobject van de algemene TWS is de menselijke taal en het menselijke,
natuurlijke taalgebruik.
alleen natuurlijke talen worden bestudeerd
dus geen studie van artificiële talen (bv. Esperanto of Glosa)
dus geen studie van computertalen (bv. Basic of Pascal)
Een groot deel van de studie van de ATWS betref t het onderzoek naar taaluniversalia.
Van in de jaren 1950 waren taalkundigen op zoek naar universele kenmerken in de
verschillende talen.
achterliggende idee: erin slagen taaluniversalia te ontdekken
meer inzicht in taal in het algemeen en in de mens in het bijzonder
Meer recent ontstond de opvatting dat de studie van categorieën inzicht in menselijke
denkprocessen zou kunnen verschaffen.
voorbeeld van een universele categorie
manier waarop kleuren worden aangeduid
diverse culturen doen dit op diverse manieren
Vandaar de idee dat kleuraanduiding een mentaal concept is waardoor kan worden
vermoed dat kleuraanduiding iets zegt over de kijk van de cultuur op de wereld.
“Elke taal heeft een alfabet (=letteren)”
fout omdat er ook talen zijn die alleen gesproken worden die geen alfabet hebben,
omdat ze niet geschreven worden
er zijn ook talen die geen worden voor bijvoorbeeld moeder, vader etc. hebben
1
,Taaluniversalia
= verschijnselen die zich in alle talen voordoen
dingen die universeel zijn, iets wat gemeenschappelijk is onder alle talen
De studie ervan heeft de bedoeling algemene uitspraken over taal te doen.
belangstelling nam vooral toe in de jaren vijftig
18de eeuw tot ongeveer 1850
belangstelling ging vooral uit naar de diversiteit die er tussen talen heerste
Soorten universele taalcategorieën
1. Substantiële universalia
hebben betrekking op taalbeschrijving
voorbeelden:
- onderscheid tussen zelfstandige naamwoorden en werkwoorden
- onderscheid tussen onderwerp (S), werkwoorden (V) en lijdend voorwerp
(O)
MAAR: niet alle talen maken gebruik van casussen of voorzetsels
- voorkomen van klinkers en medeklinkers
sommige talen heel wat beperkingen in het gebruik en de verspreiding
ervan
Hebben alle talen woorden?
hangt van de manier af waarop het begrip woord wordt gedefinieerd
2
, 2. Formele universalia
hebben betrekking op grammaticaregels en syntactische structuren
aangezien alle talen zinnen hebben van de volgende types:
(1) Het eten is klaar (mededeling, gewoon iets zeggen)
(2) Is het eten klaar? (vraag)
(maar ook: Het eten is klaar?: vraag door intonatie)
ligt het voor de hand een regel te bedenken die het formele verschil tussen deze
zinnen aangeeft
bv. om een vraag te stellen, verplaats je het WW naar de 1ste plaats in de zin
bijna alle tallen neutrale zinsvolgorde (SVO-structuur)
- onderwerp (S) gaat vooraf het object (O)
- terwijl verbum (V) op verschillende plaatsen staan kan
bv. de NLse zin: (3) De jongen eet de appel
(S) (V) (O)
(O) = het direct object of lijdend onderwerp
in NLs ook andere volgordes komen voor
(4) VSO: Eet de jongen de appel?
(5) SOV: (dat) de jongen de appel eet (bijzinsvolgorde)
Deze twee structuren zijn echter minder neutraal dan de SVO-structuur omdat ze
een
gemarkeerde volgorde uitdrukken, namelijk vraag en bijzinsorde.
voorbeeld van een formele universele regel die geldt voor sommige talen
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller heymelissa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.