Samenvatting hoofdstuk 5
Veldtheorie: krachtenspel
Psychologie veld: Denkbeeldige psychische ruimte waarin veranderings- en weerstandkrachten
werken.
- Veranderingskrachten: Krachten gericht op verandering.
- Weerstandskrachten: Krachten gericht op het behoud van de situatie
Na een verandering komt er een nieuw evenwicht.
Analyse van een psychisch veld komt neer op het afwegen van voor- en nadelen.
- Het afnemen of wegvallen van een weerstandskracht vergemakkelijkt veranderingen
eveneens.
Motivatie: Door veranderingskrachten toe te voegen of andere groter maken kun je iemand
motiveren.
- Je focust hierbij op de voordelen van een verandering.
- Je kunt weerstandkrachten verzwakken of wegwerken. Is mogelijk om nadelen te
verminderen.
Afname van een weerstandskracht heeft een gunstiger effect dan toename van een
veranderingskracht. Dit komt doordat de totale spanning vermindert, terwijl deze in de tweede
situatie juist toeneemt.
- Je kunt beter ingaan op de bezwaren en angsten en hier een oplossing voor vinden (afname
weerstandkrachten), dan extra motieven aandragen om het andere te veranderen (toename
veranderingskrachten).
Humanistische psychologie: innerlijke kracht ruimte geven
Humanistische psychologie (Maslow en Rogers): Volgens deze stroming heeft elk mens een sterke
neiging in zich om te groeien en streeft naar zelfverwerkelijking of zelfontplooiing. Verandering is niet
van buitenaf te sturen, wel hulp door veiligheid, aandacht en reflectie (non-directieve houding van
agoog). Bij deze verandering moet je niet sturen.
Zelfontplooiing: Het geheel tot ontwikkeling komen van wat in de eigen kern aan mogelijkheden al
besloten ligt; wordt vaak als synoniem gebruikt voor de begrippen zelfverwerkelijking en
zelfverwezenlijking.
Zelfverwerkelijking/ zelfverwezenlijking: Het (geheel) bereiken van wat als het ware in de
‘bestemming’ van een persoon besloten ligt; word vaak als synoniem gebruikt voor het begrip
zelfontplooiing.
, Non-directiviteit: Benaderingswijze waarbij niet wordt geadviseerd of iets dergelijke, maar (vooral)
wordt ingegaan op wat de client aandraagt, zodat deze zelf zijn richting aangeeft, oplossingen
bedenkt en beslissingen neemt.
Counselor: Agoog (hulpverlener, raadgever, consulent, of dergelijke) die met name op een non-
directieve wijze werkt.
Empathie: Invoelings- of inlevingsvermogen, een combinatie van de andere goed kunnen begrijpen
en bij hem betrokken zijn en/of de uiting daarvan.
Consistentietheorie: Streven naar evenwicht.
Attitude: Houding die je tegenover iets of iemand inneemt.
- De geneigdheid van een individu om een symbool, voorwerp of aspect van zijn wereld als
gunstig of ongunstig te beoordelen.
- Iets wat je werkelijk vindt (Bijvoorbeeld: Vader zegt dat het oké is als dochter met een
donkere man thuiskomt, schrikt toch als dit werkelijk gebeurt.)
Een attitude is niet in evenwicht, oftewel niet consistent.
3 streven voor een attitude:
1. Streven naar consistentie binnen een attitude.
2. Streven naar evenwicht tussen verschillende attitudes.
3. Streven naar een meer algemeen evenwicht.
Men onderscheidt attitudes in 3 componenten:
1. Cognitieve component -> Alles wat betrekking heeft op het verstandelijke: Denken, kennis en
redeneren.
2. Affectieve component -> Anders woord voor gevoelsmatig, waarbij het vooral om de kleur
van het gevoel gaat: houden van en ingenomen zijn met, tot tegenstaan en afkeer.
3. Gedragscomponent -> Wat je feitelijk doet of beslist, of hoe je handelt
Voorbeeld:
Verstand: Hij weet dat hut nuttige lessen zijn.
Gevoel: Hij vindt de lessen vervelend.
Gedrag: Hij volgt de lessen of is van plan de lessen te blijven volgen.
- Er is spraken van evenwicht als de 3 componenten allemaal positief of negatief zijn. Is er
maar 1 component negatief en de rest positief? Dan is er geen evenwicht
Voorbeeld: Sporten is goed voor je gezondheid (verstand) je vindt het leuk om te doen (gevoel) en je
sport ook daadwerkelijk (gedrag). Alle 3 de componenten zijn positief, er is spraken van evenwicht.
(Consistent)
Voorbeeld: De lessen zijn nuttig (Verstand) je vindt de lessen niet leuk (gevoel) maar je gaat wel naar
de lessen toe (gedrag). De 3 componenten zijn niet allemaal positief, gevoel is negatief. Hierdoor zijn
de componenten niet in evenwicht.
Oplossing: De lessen niet meer als nuttig beschouwen (verandering in cognitief component) en de
lessen niet meer gaan volgen (verandering in gedrag component). Hierdoor is alles negatief en weer
in evenwicht.
Of hij kan zich gaan openstellen en de leuke kanten van de les bekijken (affectieve component).
Hierdoor is alles positief en weer in evenwicht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ragnevanderlinden. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.28. You're not tied to anything after your purchase.