100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Contextualiseren 1A: samenvatting - 1ste bachelor, semester 1 $10.85   Add to cart

Summary

Contextualiseren 1A: samenvatting - 1ste bachelor, semester 1

1 review
 289 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Een volledige samenvatting van alle kunststromingen en kunstenaars besproken in de lessen contextualiseren 1A. Per les en per onderwerp gerangschikt.

Preview 4 out of 43  pages

  • January 7, 2020
  • 43
  • 2019/2020
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: juliettemarchand • 4 year ago

avatar-seller
Contextualiseren 1A: kunst in de 20ste en 21ste eeuw
Les 1: Hoe tonen kunstenaars de wereld?
Het realisme in de beeldende kunst

De moderne kunst (ca. 1860 – 1960)
Vertrekt niet vanuit academisch

gingen niet meer luisteren naar regeltjes

MAAR we zien meer en meer een verschuiving naar het ‘ik’ tijdens de overgang van 19 de naar 20ste
eeuw

Edvard Munch, de schreeuw, 1893

Munch is een getormenteerd persoon, dit werk laat duidelijk zijn ‘ik’ zien

Egon Schiele, zelfportret met physalis, 1920

duidelijke focus op het ‘ik’, Schiele was een gek persoon, op de vlucht voor politie owv

zedefeiten, relaties met -18jarigen, …

Jackson Pollock, number 31, 1960

Pollock bevindt zich op de overgang tussen moderne en hedendaagse kunst

De hedendaagse kunst (ca. 1960)
= een kunst om bepaalde ideeën en concepten te uiten

MAAR komt los van het esthetische

Sol Lewitt, incomplete open cube, 1974

zodanig geabstractiseerde kubus

Joseph Kosuth, one and tree chairs, 1965

letterlijk drie stoelen afgebeeld: de stoel zelf, de definitie van een stoel en een foto van

een stoel

Marina Abramovic en Ulay, rest energy, 1981

de titel van het werk is letterlijk wat we te zien krijgen

ze gebruikt haar lichaam als een medium om kunst te maken (is een performance)

De industrialisatie (19de eeuw) is een bloeiperiode voor wetenschap en techniek, door onder andere
de stoommachine en de machinalisering.

DUS mensen trekken van het platteland naar de steden

WANT denken dat dat ‘het beloofde land’ is, met grotere huizen, meer centjes, verzekering,…

MAAR er is kinderarbeid, ze wonen met minstens 8 personen in een 1-kamerhuisje’, …

DUS dit heeft ook zijn invloed op de kunst  ontstaan nieuwe kunststroming


1

,Het realisme (19de eeuw)
Gustave Courbet, de steenbrekers, 1849

= het realisme van de 19de eeuw

laat zien hoe mensen werken, afzien, zweten, … en probeert dit niet te verbloemen

het werk wordt ingezonden naar Le salon in 1850, maar werd geweigerd

MAAR dit kon Courbet echter niet begrijpen, dus schreef hij in 1855 een manifest

hierin pleit hij voor individualistische kunst, want het is de taak van een

schilder om de wereld vast te leggen zoals deze is, zonder er een filter

over te plaatsen

Constantin Meunier, de steenbreker, 1896 & de maaier, 1892

vanuit de context begrijpen wij dat ze werken, zweten, afzien en vuil zijn

MAAR dit valt ook af te leiden uit de werkende, alles behalve trotse houding en de

gelaatsuitdrukking

Henri De Braekeleer, de man aan het venster, 1876

realistisch werk, want de man zit duidelijk in een uitzichtloze situatie

WANT de man heeft letterlijk enkel zicht op arbeiderswoningen, de toekomst

MAAR er is geen manier op uit deze situatie te geraken

de letterlijke toekomst

Typische kenmerken van het realisme zijn:

1. Uit het leven gegrepen situaties
2. Objectieve observatie vanuit het oog van de kunstenaar
3. Maatschappij kritische kunst
4. Oog voor de harde leef- en werkomstandigheden
5. Kunst wordt gebruikt als sociaal engagement

Intermezzo
Het salon

In het 17de eeuwse Parijs, in het Louvre (vanaf 18 de eeuw door de staat georganiseerd)

= een grote jaarlijkse tentoonstelling die de ‘beste’ kunst zoekt

MAAR dit was tot 1860-1870 cruciaal voor het maken of kraken van een kunstcarrière

WANT - dit was de enige manier om je werk te tonen aan publiek

- kon je carrière maken of kraken

- officieel circuit gelieerd aan de academie

Je toelating werd bepaald door een selectiecommissie


2

, MAAR stond er een rode R (refugé) achteraan je werk, dan was je een slechte kunste

Naar en daalde de prijs

Dit had echter een grote impact op je carrière en je zelfvertrouwen

beslissingen werden heel snel gemaakt, en er was geen hevige discussie

de jury bestond uit academici, maar waren meestal oude, blanke mannen

MAAR deze hadden een nogal conservatieve kunstopvatting en

stonden niet open voor grote vernieuwingen, maar waren pro

het doorgeven van tradities

MAAR het salon werd steeds populairder

EN vanaf 19de eeuw was het mogelijk om meerdere werken per artiest in te dienen

DUS hierdoor waren er meer inzendingen en meer toelatingen (3000/5000)

hierop was echter kritiek  te veel werken & de kwaliteit te middelmatig

Daardoor ontstond salon de refusés (1863)

Wordt geselecteerd door een zeer strenge jury  ongeveer 50% wordt afgewezen

MAAR is om op te komen tegen de kritiek van de selectiecommissie

Georganiseerd door Napoleon II in een zijzaal van het gewone salon

hierdoor kon het publiek zelf oordelen of de keuze van de jury goed was

MAAR was voornamelijk populair onder het publiek omdat mensen kwamen

lachen

MAAR voor kunstenaars was het echter een plaats om hun werken te kunnen tonen

en was dit vaak een aanloop voor een alternatief circuit

Eduard Manet, déjeuner sur l’herbe, 1863

schilderij werd eerst afgewezen

WANT onderliggende onderwerp is mogelijk prostitutie (klein kikkertje)

het werk noemde eerst ‘le bain’

Impressionisme
Verwerpen het academische

WANT daardoor missen ze spontaniteit, creativiteit en artistieke integriteit

DUS creëren een authentieke kunststroming

Het impressionisme wordt ook wel gezien als ‘de moeder van het modernisme’

WANT - verdrong visuele convecties


3

, = perspectief, compositie, kleur, vorm

-gaf de aanzet tot abstrahering

DUS de visuele werkelijkheid wordt een subjectief gegeven

Paul Cézanne, Monte Saint-Victoire, 1902-1904

slechts heel vaag kunnen we nog de vorm van een berg onderscheiden

Claude Monet, Japanse brug, 1899-1922

steeds meer en meer abstrahering, waardoor er nauwelijks nog een brug te herkennen is

Claude Monet, le bateau-atelier, 1874

MAAR hoe konden impressionisten te werk gaan zoals ze deden?

door middel van wetenschappelijke en technologische invloeden

- Uitvinding van de verftubes (maakten voordien zelf verf)
- Draagbare ezels
o Hierdoor was het mogelijk het atelier te verlaten en ‘en plein air’ te
schilderen
- De stoomlocomotief
o Het was mogelijk de wereld te zien aan 70-90km/h
o Hierdoor werd het vlugge, het instabiele karakter van visuele ervaringen
vastgelegd
- Fotografie
o Schilderkunst krijgt vanaf nu de vrijheid om zichzelf te zijn, want het
fototoestel kan de werkelijkheid vastleggen zoals ze is
o Fotografie verlost de beeldende kunst van de obsessie van gelijkenis
o Zuivere werkelijkheid wordt verlaten
o Fotografie > aanwezigheid van het toeval > momentopname > impressie

Claude Monet, gare Saint-Lazar, 1877

Stilistische kenmerken van het impressionisme

- Vluchtige schildertechniek
o Lijnen afgezworen
o Vormen versmelten
o Vluchtige samenleving
- Spontane composities
- Licht-kleur interactie
o Ontelbare kleurnuances
o Invloed van licht op kleurervaring
- Frivole thematiek
- Alledaagse moderne leven, ontspanningsleven, natuur

Claude Monet, Boulevard des Capucines, 1873-1874

Camille Pissarro, Boulevard Montmarte, 1897

Auguste Renoir, Bal au Moulin de la Gallette, 1876

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marthcox. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.85. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79223 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.85  3x  sold
  • (1)
  Add to cart