100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting Ontwikkeling en Spel $10.87   Add to cart

Summary

samenvatting Ontwikkeling en Spel

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

inhoud: inleiding, baby, peuter, kleuter, lagere schoolkind, spelontwikkeling, taalontwikkeling

Preview 4 out of 39  pages

  • October 25, 2024
  • 39
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
Ontwikkeling en spel

Hoofdstuk 1: inleiding


Ontwikkelen = het veranderen van een aanwezige structuur (persoon in zijn geheel) → winst en verlies
VB winst: spreken, schrijven, zindelijk worden
VB verlies : lenigheid, fantasie, geheugen

Psychologie = bestudeert het gedrag, het denken en de beleving van mensen

Ontwikkelingspsychologie = tak van de psychologie die de ontwikkeling bestudeert die iedere mens
doormaakt van bevruchting tot de dood

De verschillende ontwikkelingsfasen:
- Babytijd (0-1.5j)
- Peutertijd (1.5-3j)
- Kleutertijd (3-6j)
- Lagere schoolkind (6-12j)

De verschillende ontwikkelingsdomeinen:
- Lichamelijke ontwikkeling
- Motorische ontwikkeling
- Tekenontwikkeling
- Taalontwikkeling
- Persoonlijkheidsontwikkeling
- Sociale-emotionele ontwikkeling
- Cognitieve ontwikkeling
- Spel ontwikkeling


Ontwikkelingsfactoren
1) Nature (aanlegtheorie)
= Ontwikkeling wordt bepaald door erfelijkheidsfactoren

2) Nurture (milieutheorie)
= ontwikkeling wordt (voornamelijk) bepaald door de
omgeving en de opvoeding

3) Zelfbepaling (zelf kiezen)
= inbreng van persoon zelf, zelf dingen kiezen of niet kiezen.
Men verwezenlijkt de eigen doelen, keuzes en waarden
Vb: je beslist zelf of je je haar verft in een andere kleur


➔ Ontwikkeling is een samenspel van deze 3 factoren




1

,Psychologische stromingen
1) Psychodynamisch perspectief
Door: Freud & Erikson
= Ons gedrag wordt bepaald door onbewuste driften in ons aanwezig (dingen die we willen bereiken)
(fixaties mogelijk)

Brein verdeeld in 3 delen:
1) Es of Id (oerinstinct) → Geleid door het lustprincipe
VB: baby zet keel open want heeft honger

2) Ich of Ego (ego) → het kind past zich aan de omstandigheden aan en leert dat bevrediging soms
moet wachten, zoekt compromis
VB: men kan niet altijd eten wanneer me wilt, je moet wachten tot het klaar is

3) Uber-ich of Superego (geweten) → internalisering van de sociale normen van de ouders en de
maatschappij
VB: Door vorige situaties weet je dat dat niet altijd kan en je gaat aanpassen, later eten wanneer het
wel kan (compromis)


2) Behaviorisme
Door: Watson & skinner
= ons gedrag wordt bepaald door externe stimuli/prikkels die een bepaalde interne respons uitlokken.
Leren gebeurd door conditionering → straffen (afleren), belonen (aanleren)

VB: de hond van Pavlov → je gaat de bel samen met het eten aanbieden aan de hond en je leert hem
aan dat wanneer de bel gaat hij moet eten, door HERHALING gaat hij volgende keer als hij de bel hoort
beginnen kwijlen.


3) Cognitivisme
Door: Piaget
= Ons gedrag wordt bepaald door de manier waarop mensen
informatie verwerken in hun denkprocessen

➔ De informatieverwerkingstheorie = prikkels worden verwerkt in de
hersenen voor te begrijpen wat er gebeurd, wat je moet doen, wat
je geleerd hebt uit vorige situaties, zo ga je bepaald gedrag of
handeling stellen


4) Mentale schema’s
= je hebt een aantal schema’s gecreëerd door je voorkennis dat al aanwezig is, door nieuwe kennis gaat
dit uitbreiden, door ervaring ga je dus de complexe werkelijkheid beter begrijpen
➔ Een schema is een manier om naar de werkelijkheid te kijken
➔ Men wil de werkelijkheid snappen




2

, 5) Evolutionair of ethologisch perspectief
Door: Darwin & Bowlby
= natuurlijke selectieproces / survival of the fittest → degene die het best zij aangepast kunnen
overleven
➔ Aanleg : bepaald of je overleeft of niet, wat er in de genen aanwezig is

VB: een adolescent heeft genetische aanleg voor overgewicht. Hij heeft het overgeërfd van zijn
voorouders die het mogelijk nodig hadden om te overleven tijdens de hongersnood


6) Contextueel of ecologisch perspectief
Door: vygotsky & Bronfenbrenner
= Ons gedrag wordt bepaald door sociale en culturele context → kinderen ontwikkelen door in
interactie te gaan met anderen
➔ Welke contacten zijn er (school, hobby’s, kinderopvang,..)
➔ Milieu : de omgeving, de sociale contacten bepalen je ontwikkeling en gedrag

VB: een kind gaat anders opgevoed worden bij een standaard gezin, dan bij een alleenstaande ouder


7) Humanistisch perspectief
Door: Maslow
= Elk individu heeft unieke kwaliteiten en vermogens om
zich te ontwikkelen
➔ De behoefte piramide : onderste laag zijn de behoeftes die
je echt nodig hebt, men kan pas omgaan gaan als die
vervult zijn
➔ De beste versie van zichzelf = wanneer alle fases van de
piramide zijn verwerkt




Ontwikkeling stimuleren
1) Zone van de naaste ontwikkeling (ZNO)
= actief helpen op een niveau dat net buiten het bereik is van wat het kind op dat moment zelf kan

Wat het kind op dit moment kan is het feitelijke ontwikkelingsniveau. Het kind kan zonder begeleiding
problemen oplossen. Het potentiële ontwikkelingsniveau is wanneer het kind een iets moeilijker
probleem kan oplossen met behulp van een volwassene begeleider.

Als begeleider:
Beetje vooruit lopen op het feitelijke ontwikkelingsniveau en te streven naar het potentiële
ontwikkelingsniveau


2) Welbevinden
3) Betrokkenheid




3

, Hoofdstuk 2: De baby (0-1,5j)


De eerste 1000 dagen (van bevruchting tot twee jaar) zijn cruciaal voor een goede ontwikkeling en bepalen de
kansen in het latere leven!



De lichamelijke ontwikkeling
- Asynchrone groei = verschillende delen van het lichaam groeien aan een verschillend tempo
- Eten = borst/ flesvoeding – gepureerde voeding – vaste voeding voorwaarden om te groeien
- Slapen = gemiddeld 16 à 18 u/dag
- Eerste tandjes = vanaf 6m




De Motorische ontwikkeling
Boven → beneden = grove
Binnen → buiten = fijne

Verschillende stadia:
- Kijkstadium
- Grijpstadium
- Zitstadium
- Kruipstadium
- Loopstadium
➔ Een bepaalde volgorde, maar staat niet vast door individuele verschillen !!


1) Kijkstadium (0-3m)
= baby verkent de wereld door te kijken en observeren
Op het einde kan hij het hoofd en de romp optillen

Wat doe je als begeleider?
Dingen aan de muur bevestigen, ophangen zodat die er naar kan kijken




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller innechantrain. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.87. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

83637 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.87
  • (0)
  Add to cart