Samenvatting literatuur week 6:
Nationaal:
Concept wetsvoorstel modernisering bewijsrecht, MvT, paragraaf 3
en 5:
Het bewijsrecht biedt een regeling van de wijze waarop en de mate waarin een partij in een
civiele procedure bewijs mag of moet leveren van feiten die nodig zijn om haar materiële
rechten te verwezenlijken, en wat de gevolgen zijn als dit bewijs niet wordt geleverd.
Het bewijsrecht valt in drie onderdelen uiteen.
- Ten eerste bevat het bewijsrecht een aantal algemene bepalingen die voorschrijven
wanneer in een procedure bewijs moet worden geleverd en welke waarde de rechter
aan het aangedragen bewijs mag toekennen.
- Ten tweede geeft het bewijsrecht een regeling over de verschillende middelen
waarmee partijen bewijs kunnen leveren. Uitgangspunt hierbij is dat bewijs door alle
middelen kan worden geleverd.
- Ten derde regelt het bewijsrecht op welke partij de bewijslast rust. Met de verdeling
van de bewijslast is ook het bewijsrisico gegeven. De partij die de last heeft om
bewijs van de door haar gestelde feiten of rechten in de procedure te leveren, draagt
het risico dat zij niet in dat bewijs slaagt en als gevolg daarvan door de rechter in het
ongelijk wordt gesteld
Informatie verzamelen voorafgaande aan procedure:
Met het nieuwe wetsvoorstel worden de algemene bepalingen van het bewijsrecht aangevuld
met een verplichting voor partijen om alle relevante informatie over hun geschil zo snel
mogelijk op tafel te krijgen. Dat betekent dat partijen voorafgaande aan de procedure zoveel
mogelijk bewijs moeten vergaren die hun stellingen kunnen onderbouwen. Het tijdens een
lopende procedure verzoeken om voorlopige bewijsverrichtingen mag niet meer!
Voor zaken in hoger beroep geldt dat de herkansingsfunctie van het hoger beroep niet zo ver
strekt dat een partij ervoor kan kiezen om pas in de appelfase serieuze pogingen te doen om
alle relevante informatie over het geschil tussen partijen te verzamelen en aan de rechter
voor te leggen. Bij de behandeling van het hoger beroep zal de rechter bij het toelaten van
partijen tot bewijslevering zich moeten afvragen in hoeverre bepaalde informatie ook al
eerder door een partij aan de rechter in eerste aanleg overgelegd had kunnen en moeten
worden.
Ratio: partijen hebben betere inschatting van hun proceskansen en kunnen inschatten of het
zinvol is om hun vordering door te zetten + rechter kan een uitspraak geven die meer
aansluit bij de materiële waarheid.
Daarnaast worden de bepalingen over het gebruik van de verschillende bewijsmiddelen
zowel tijdens als voorafgaand aan een procedure verduidelijkt, vereenvoudigd en
gestroomlijnd.
Actieve rol van de rechter bij waarheidsvinding:
Binnen de grenzen van de rechtsstrijd draagt de rechter actief bij aan het achterhalen van de
waarheid. Hij mag onderzoeken welke feiten die passen in de grondslag van de vordering,
het verzoek of vereer, van belang zijn voor een juiste beslissing. Daarnaast mag hij alles wat
hem ter zitting ten ore komt ten grondslag leggen aan zijn beslissing. Hierbij moet hij wel het
, beginsel van hoor en wederhoor in acht blijven nemen: partijen moeten de gelegenheid
krijgen om zich uit te laten over alles wat in de procedure ter sprake komt.
Meest belangrijke: rechter mag ambtshalve partijen opmerkzaam maken op bepaalde
inconsistenties of onduidelijkheden in hun betoog en partijen daarover vragen stellen! (Hij
kan hierbij gebruik maken van artikel 22 Rv).
Verschijning van partijen na verzoek om voorlopige bewijsverrichtingen:
Als partijen voor het verzamelen van informatie en bewijs voorafgaand aan een procedure de
tussenkomst van de rechter nodig hebben, kunnen zij de rechter verzoeken om een
voorlopige bewijsverrichting te gelasten. Op het verzoek om een of meer voorlopige
bewijsverrichtingen volgt een verschijning van partijen.
Deze zitting bij de rechter biedt partijen de mogelijkheid om het geschil in een vroegtijdig
stadium met de rechter te bespreken. Onder leiding van de rechter kan het geschil worden
ingekaderd, zodat juridisering en escalatie van het geschil kunnen worden voorkomen.
Waardering bewijsmiddelen:
De waardering van het bewijs blijft aan het vrije oordeel van de rechter overgelaten en gaat
ook gelden voor verklaringen die een partij als getuige aflegt. De beperkte bewijskracht van
partijgetuigenverklaringen wordt daarmee afgeschaft, zodat de rechter net zo vrij is in de
waardering van een partijgetuigenverklaring als elke andere getuigenverklaring.
De bewijskracht van een proces-verbaal van constateringen van de deurwaarder wordt
daarnaast versterkt. Zo kan eenvoudig een feitelijke situatie of plaatselijke gesteldheid buiten
de rechter om met kracht van authenticiteit worden vastgelegd en in de procedure als
dwingend bewijs worden overgelegd.
Wettelijke regeling voor algemeen bewijsbeslag:
Conservatoir bewijsbeslag is nu alleen in de wet geregeld voor zaken die gaan over IE-
rechten. In Arrest Molenbeek Invest/Begeer besliste te Hoge Raad dat deze regels ook
gelden voor bewijsbeslag in andere zaken.
Met het wetsvoorstel wordt een algemene, wettelijke regeling voor het leggen van
conservatoir beslag op gegevens of zaken die kunnen dienen als bewijsmateriaal in een
procedure ingevoerd, en wordt de jurisprudentie van de Hoge Raad gecodificeerd.
Een partij die gegronde vrees heeft dat bepaalde informatie die zich bij een ander bevindt,
wordt vernietigd of verduisterd als zij daarnaar vraagt, krijgt de mogelijkheid om conservatoir
beslag op dat bewijsmateriaal te leggen. Omdat conservatoir bewijsbeslag een ingrijpend
dwangmiddel is, gelden hiervoor ter bescherming van degene onder wie het beslag wordt
gelegd, strenge voorwaarden:
- Conservatoir bewijsbeslag is alleen mogelijk na verlof van de rechter
- en geeft uitsluitend aanspraak op het veiligstellen van bewijsmateriaal.
- Het rechterlijk verlof en de daarop volgende beslaglegging brengen niet mee dat ook
recht bestaat op kennisname van de inhoud van het in beslag genomen
bewijsmateriaal. Daarvoor moet de partij die het verlof heeft gevraagd en gekregen,
eerst een verzoek tot inzage doen.
Internationaal:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller NikkiOetomo. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.63. You're not tied to anything after your purchase.