Hierbij een complete samenvatting van het vak Theoretische criminologie. Alle problemen zijn uitgebreid uitgewerkt, net als de hoorcolleges. Garantie voor een voldoende (als je een beetje je best doet natuurlijk).
Op het moment van uploaden is probleem 8 en hoorcollege 5 nog niet besproken. Deze ...
Samenvatting Theoretische Criminologie
November 2024
Inclusief hoorcolleges
,Inhoudsopgave
Probleem 1.................................................................................................................................................... 4
Leerdoel 1: Wat is biocriminologie?.....................................................................................................................4
Leerdoel 2: Welke verschillende perspectieven/paradigma's uit de biologie en de psychologie worden er in de
criminologie gebruikt om criminaliteit te verklaren?...........................................................................................4
Leerdoel 3: Hoe heeft de biocriminologie zich ontwikkeld?.................................................................................8
Leerdoel 4: Welke implicaties/gevolgen heeft dit voor de rechtspraak?...........................................................17
Probleem 2.................................................................................................................................................. 26
Leerdoel 1: Wat zijn risicofactoren en wat is het verschil met oorzaken?.........................................................26
Leerdoel 2: Wat is de ontwikkelings-/levensloopcriminologie?.........................................................................30
Leerdoel 3: Welke theorieën vallen onder de levensloopcriminologie?.............................................................31
Leerdoel 4: Hoe worden deze theorieën toegepast op beleid?..........................................................................37
Tabel van de theorieën van probleem 2.............................................................................................................43
Probleem 3.................................................................................................................................................. 44
Leerdoel 1: Wat zijn push- en pullfactoren?.......................................................................................................44
Leerdoel 2: Wat zijn rationele keuzetheorieën en welke zijn er?.......................................................................44
Leerdoel 3: Wat zijn controlebenaderingen en welke zijn er?............................................................................49
Leerdoel 4: Hoe verhouden de factoren en theorieën zich tot elkaar?..............................................................56
Probleem 4.................................................................................................................................................. 57
Leerdoel 1: Wat zijn leertheorieën?....................................................................................................................57
Leerdoel 2: Welke leertheorieën staan in dit probleem centraal?.....................................................................57
Leerdoel 3: Pas de leertheorieën toe op het Enron-schandaal en op wbc.........................................................65
Probleem 5.................................................................................................................................................. 68
Leerdoel 1: Wat zijn ecologische benaderingen?...............................................................................................68
Leerdoel 2: Hoe heeft deze benadering zich ontwikkeld?..................................................................................68
Leerdoel 3: Welke ecologische theorieën zijn er?...............................................................................................69
Leerdoel 4: Op welke manier kunnen ecologische benaderingen toegepast worden op beleid?......................72
Probleem 6.................................................................................................................................................. 74
Leerdoel 1: Welke strainbenaderingen zijn er?..................................................................................................74
Leerdoel 2: Wat is de culturele criminologie (‘carnaval of crime’)?...................................................................81
Leerdoel 3: Pas de artikelen toe op het probleem van de vbs............................................................................91
Probleem 7.................................................................................................................................................. 96
Leerdoel 1: Welke 3 verklaringen staan bij het Marokkanenprobleem centraal?.............................................96
Leerdoel 2: Wat is de relatie tussen theorie en onderzoek?.............................................................................105
Leerdoel 3: Wat is de relatie tussen theorie en beleid?....................................................................................107
2
,Probleem 8................................................................................................................................................ 112
Leerdoel 1: Wat is cybercrime?........................................................................................................................112
Leerdoel 2: Wat is de cyberspace en wat is de verhouding tot de fysieke wereld?.........................................126
Leerdoel 3: Wat zijn de problemen met het meten en de aanpak van cybercrime?........................................129
Leerdoel 4: In hoeverre kunnen bestaande theorieën worden gebruikt om cybercrime te verklaren?...........131
Hoorcolleges.............................................................................................................................................. 137
Week 1: biocriminologie en psychologische criminologie................................................................................137
Week 2: Anomie, prestatiedruk en buurt- & subculturen................................................................................145
Week 3: Bindingen, Labelling en de (dis)balans daartussen............................................................................156
Week 4: Kritische criminologie vs de Rationele keuze benadering..................................................................167
Week 5: Toepassing en integratie van theoretische criminologie....................................................................176
3
, Probleem 1
Leerdoel 1: Wat is biocriminologie?
Lanier, M.M., Henry, S. & Anastasia, D.J.M. (2014)
Biocriminologie is een stroming binnen de criminologie die kijkt naar biologische en genetische
factoren en hun relatie tot crimineel gedrag . Het heeft belangstelling voor de mogelijke rol die
genetische aanleg en andere biologische factoren kunnen spelen in de criminaliteit. Het speelt zich af
op microniveau (op individu gericht)
Het uitgangspunt van de biologische criminologie is dat bepaalde mensen geboren worden om
crimineel te zijn door het erven van een genetische of fysiologische aanleg (fysiologie=studie van de
functies en processen van levende organismen en hun onderdelen) voor criminaliteit.
- Biologisch positivisme: de biologische variant van de voorbestemde crimineel.
(Positivisme=een filosofie die stelt dat kennis voortkomt uit empirische (Gebaseerd op observatie of ervaring in de
echte wereld) observatie en wetenschappelijk bewijs hier: positivisme verklaart criminaliteit door meetbare
factoren zoals biologische aanleg, psychologische afwijkingen en sociale omstandigheden, in plaats van vrije wil of
morele keuzes)
- Universeel, lichaam rol, determinisme (het idee dat alle gebeurtenissen zijn bepaald door
oorzaken buiten vrije wil)
- Omgevingsomstandigheden worden niet genegeerd maar gezien als potentiële
triggers van de biologische kracht.
- Aangezien gedrag wordt gezien als een vooraf geschreven, vaak geërfde code (DNA), ligt
criminaliteit buiten individuele controle. Daarom is de biologische criminologie
overweldigend positivistisch van aard.
- Kritiek: te reductionistisch (betekent dat iets te veel wordt vereenvoudigd door het terug te
brengen tot één oorzaak of factor, terwijl het eigenlijk complexer is gaat uit van maar één
waarheid); negeren invloed van sociale context en daar wordt misbruik van gemaakt (WO2).
Leerdoel 2: Welke verschillende perspectieven/paradigma's uit de
biologie en de psychologie worden er in de criminologie gebruikt om
criminaliteit te verklaren?
Newburn, T. (2017). Criminology
Klassieke school
De Klassieke school (classicisme) gaat ervan uit dat de crimineel een vrije wil (niet gedreven door
biologische factoren) heeft en met zijn gezonde verstand rationeel een keuze maakt om criminaliteit
te plegen → kosten-baten afweging. Criminaliteit is hier een uitkomst van rationele keuzes; de
beloning (baten) van criminaliteit is groter dan de straf (kosten) (RKT; Becker). De RAT (Cohen &
Felson) zegt dat structurele veranderingen in de routine beïnvloeden criminaliteit. Het bestaat uit
drie delen, namelijk gemotiveerde dader, geschikt doelwit en de afwezigheid van bewaking.
Mensen zijn verantwoordelijk voor hun eigen gedrag. Dit past bij de denkbeelden van Beccaria (1738-
1794) en Bentham (1748-1632) Deze school is ontstaan in de tijd van de verlichting als reactie op de
onvoorspelbaarheid van straffen in de 16e en 17e eeuw. Er kwam meer zekerheid en proportionele
toediening van pijn op de dader. De klassieke school kijkt naar de daad, en niet de dader.
Het classsicisme heeft nog steeds invloed vandaag de dag. Het idee dat de straf die past bij de aard
van het misdrijf is nog steeds herkenbaar en er is nog steeds een toename in de gevangenissen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller luuktig. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.23. You're not tied to anything after your purchase.