Musculoskeletale kinesitherapie 4
Behandeling van het onderste kwadrant
__________________________________________________
Diagnose van lage rugklachten
1. Disfuncties van de wervelkolom
Disfuncties van de wervelkolom
o Patiënt komt binnen met een bepaald idee van de klacht
o Voor lage rugpijn is het ICF hertekend in een planetair model
▪ Pijnmechanismen en psychosociale factoren = mee in kaart gebracht
▪ = de meest prognostische factoren
o Diagnostisch triage in acute lage rugklachten:
▪ Specifieke lage rugklachten (5%)
▪ Radiculair syndroom (10%)
▪ Aspecifieke lage rugklachten (85%)
o Medische beeldvorming = NIET nodig bij aspecifieke lage rugklachten !!! ⇨ wel bij patiënten die
waarschijnlijk moeten worden geopereerd en bij patiënten waarbij een systemische aandoening
(waarschijnlijk) aanwezig is
1.1. Stoornissen in anatomische structuren
Stoornissen in anatomische structuren
o Anatomische structuren = anatomische delen van het lichaam zoals organen, ledematen en hun
componenten ⇨ impairments zijn de problemen in de structuur
o Rode vlaggen herkennen !!!
▪ = klinisch redeneren
▪ Verschil tussen hernia en bulging = !!!
• Hernia: oppervlak van de uitpuiling < 50% of < 180°
• Bulging: oppervlak van de uitpuiling > 50% of > 180° EN uitpuiling van < 3 mm
over de rand
• !!! Een hernia neemt in de loop der jaren af in grootte
,1.2. Stoornissen in functie
Stoornissen in functie
o Bij aspecifieke lage rugklachten = niet enkel lokaal ‘stoornis’, maar ook centraal !!!
▪ Voorbeeld: het optrainen van de kracht zal niet alleen de klachten verbeteren, maar er
zijn ook centrale effecten in de hersenen
▪ Als je een beweging wilt uitvoeren, is er activiteit in de prefrontale cortex
• Prefrontale cortex = structuur in de hersenen van voor, waar dat er ideeën zijn
• Er is dan communicatie met de motorische cortex
• Motorische cortex gaat impulsen geven die gaan leiden tot een contractie van de
spieren
• De feedbackloop gaat dan richting de sensorische cortex om de beweging
eventueel aan te passen waar nodig
o De prefrontale cortex = de regio in de hersenen waar het fout loopt wanneer een patiënt pijn
heeft ⇨ communicatie gebeurt dus anders
, o Er is geen relatie tussen een toename in spierfunctie en een afname in VAS of een verbeterde
functionaliteit (Hogdes, 2008)
o We moeten patiënten dus bekijken vanuit een biopsychosociaal punt, niet alleen in termen van
stoornissen in anatomie/functie !!!
1.2.1. Stoornissen in mobiliteit
Stoornissen in mobiliteit
o Hypomobiliteit
▪ Verminderde mobiliteit bij lage rugklachten
▪ Gevolgen:
• Geeft een veranderde kwaliteit van beweging
• Geeft stress op omliggende structuren
▪ = geen predictieve waarde
o Hypermobiliteit
▪ Komt vaak voor bij specifieke populaties met lage rugklachten (vb dansers, gymnasten)
▪ Hypermobiliteit = niet predictief voor lage rugklachten
▪ Geeft een veranderde controle van beweging = wel een predictie voor lage rugklachten
, 1.2.2. Stoornissen in spierkracht
Stoornissen in spierkracht
o Spierkracht = verminderd bij lage rugklachten
o MAAR: is het de oorzaak of een gevolg van lage rugklachten???
1.2.3. Stoornissen in spiertonus
Stoornissen in spiertonus
o Harde spier die pijn doet als je erop drukt
o Neurofysiologie:
▪ Afferente informatie vanuit de spier, huid, organen… die naar het segment gaat in de
wervelkolom
▪ Hier is er communicatie met een interneuron
▪ Dit interneuron gaat richting de thalamus waar het verspreid gaat worden over de
verschillende regio’s
▪ In het geval van hypertonie = op segmentaal niveau rechtstreekse connectie
• Hypertonie kan dus een eenvoudig gevolg zijn van de pijn zonder dat dat de
oorzaak is van de pijn
• Het is dus niet persé nodig om de spier los te masseren ⇨ andere vormen van
therapie geven en dan zal deze hypertonie ook weggaan
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ninaverheyden. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.