Investeren
Investeren = het kopen van activa met het doel om winst te behalen.
Cashflow = de in- en uitstroom van liquide middelen.
Terugverdienperiode = de periode waarin de investering zichzelf terugverdiend via de
positie kasstromen die voortvloeien uit de toekomstige opbrengsten die de investering
voortbrengt.
Vervangingsinvestering = een investering die dient ter vervanging van versleten
kapitaalgoederen.
Uitbreidingsinvestering = een investering die dient om de kapitaalgoederenvoorraad te
vergroten.
Materiële vaste activa = de bezittingen van een bedrijf waarvan het benodigde vermogen
voor een periode langer dan een jaar is vastgelegd.
Immateriële vaste activa = vaste activa die niet tastbaar zijn (goodwill/patenten/merken)
Kasstroom = verschil tussen de bruto ontvangsten uit verkoop en de uitgaven.
Investeringsselectie = kiezen tussen de gunstigste mogelijkheid bij een keuze uit meerdere
investeringen.
Bij investeren investeert de ondernemer in de investering met de kortste
terugverdienperiode.
Nadelen investeringsselectie op basis van de terugverdienperiode:
Er wordt niet gekeken naar de interestkosten.
De verdeling van de positieve kasstromen over de verschillende perioden speelt geen
rol.
De positieve cashflows na de terugverdienperiode worden verwaarloosd.
De risico’s van investeren op basis van de terugverdienperiode kunnen kleiner gemaakt
worden door:
Het instellen van een maximale terugverdientijd.
Door de kasstromen lager in te schatten.
Door de looptijd van de kasstromen niet te lang te maken.
Er wordt geïnvesteerd als de netto contante waarde positief is.
Bij meerdere investeringen wordt degene met de hoogste NCW gekozen.
Intrinsieke waarde = de waarde van een onderneming en al haar bezittingen minus de
schulden die de onderneming heeft.
Bij een eenmanszaak of VOF is dat gelijk aan het eigen vermogen en bij een Bv of Nv is het
gelijk aan: maatschappelijk aandelenvermogen – aandelen in portefeuille + reserves +
nettowinst na aftrek vennootschapsbelasting.
De intrinsieke waarde neemt toe als je een positieve stille reserve hebt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hugoarntz. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.