Samenvatting Aantekeningen lessen logopedische interventie bij kinderen
66 views 4 purchases
Course
Logopedische interventie bij kinderen
Institution
Hogeschool Windesheim (HW)
Dit document bevat al mijn aantekeningen van de PowerPoints en uitleg van de docent van alle lessen logopedische interventie bij kinderen. Vanwege het coronavirus kregen wij dit vak online aangeboden. Normaal krijg je het vak bij de opleiding logopedie op hogeschool Windesheim Zwolle in jaar 2, per...
Aantekeningen logopedische interventie bij kinderen:
Periode 4.1 werkcollege:
Criteria qua het stellen van de diagnose TOS:
Andere oorzaken voor taalproblemen bij het kind dienen uitgesloten te zijn (exclusiecriteria).
Andere oorzaken kunnen zijn:
Gehoorverlies
Lage niet-verbale intelligentie
Afwijkingen aan de spraakorganen
Duidelijke aanwijsbare neurologische afwijkingen
Contactstoornis (bijvoorbeeld ASS)
Extreme deprivatie of andere ongunstige taalaanbodsituaties
Aanbevelingen:
De diagnose TOS kan worden gesteld bij kinderen vanaf 3 jaar. Tot de leeftijd van 3
jaar, of wanneer er andere redenen zijn om terughoudend te zijn met de diagnose,
spreken we van vermoedelijke TOS.
De logopedist kan kinderen met TOS klasseren in twee subtypen; kinderen met een
taalproductiestoornis en een relatief goed begrip en kinderen met zowel een
taalproductie als een taalbegripsstoornis.
De logopedist dient, om een indicatie van de ernst te geven, taaltestscores te
combineren met een beoordeling van het dagelijks taalgebruik en de
communicatieve redzaamheid.
Aanbevelingen (2):
De logopedist dient minimaal een test(onderdeel) voor het taalbegrip en een
test(onderdeel) voor de taalproductie af te nemen.
De logopedist kiest voor multidisciplinaire diagnostiek bij kinderen vanaf 4 jaar,
wanneer er sprake is van ernstige taalachterstand en/of er vermoedens zijn van
meervoudige problematiek.
De logopedist dient kinderen met TOS te behandelen om de taalvaardigheid en de
communicatie te bevorderen. Het behandelplan is gericht op alle kenmerken van het
ICF-schema.
De logopedist kan de keuze voor een therapiemethode en- vormen en daarmee
gaande behandeldoelen bepalen op basis van de handelingsgerichte diagnostiek, de
hulpvraag van de ouder en kind (eventueel leerkracht) en de eigen klinische
expertise.
De logopedist kan naast therapie gericht op de taal en communicatieve
vaardigheden, tevens aandacht besteden aan het leren omgaan met de gevolgen van
TOS.
De logopedist dient de duur van de behandeling te bepalen op basis van de aard en
de ernst van de TOS en op basis van de wensen en mogelijkheden van de ouders en
het kind en eventueel de omgeving (kinderopvang/school).
,Hoorcollege P4.2
Materialen te gebruiken bij een behandeling van de morfosyntaxis:
Speelgoed en concrete voorwerpen, zoals; kopje, schotel, lepel, bal, lego,
poppenhuis, autogarage, etc.
Filmfragmenten
Prentenboeken (denk aan logopedische prentenboeken)
Computer/apps
Materiaalgebruik/werkwijze:
Afhankelijk van voorkeur cliënt, ouders en therapeut:
Therapeutgestuurde benadering/therapie
Kindgerichte benadering
Hybride benadering met taalstimulerende technieken
Verschillende technieken zoals recasting, modeling, prosodie, spreektempo en structuur
vereenvoudigd aanbieden.
,Opbouw behandeling:
Op het gemak stellen
Huiswerk bespreken
Doelstructuur in activiteit 1
Zelfde/andere doelstructuur in activiteit 2
Huiswerk met ouders bespreken en oefenen
Morfosyntaxis: je hebt een zin. Elke zinsconstructie is anders. Je kunt een zin veranderen.
Bijvoorbeeld de zin ‘ik eet een appel’, kan veranderd worden in ‘gisteren at ik twee appels’.
Werkcollege P4.2
Fonetische uitspraak: slissen (tong tussen de tanden bij de /s/)
Fonetiek:
Specialisatie binnen de taalwetenschap die zich bezighoudt met de uiterlijke waarneembare
kant van de taaltekens.
Fonetici richten zich vooral op:
De natuurkundige aspecten van spraakgeluid (akoestische fonetiek)
De werking van het menselijk spraakapparaat (articulatorische fonetiek)
De werking van het menselijk oor (auditieve fonetiek)
Spraakgeluid= kleine, maar snel op elkaar volgende verstoringen van de luchtdruk
Fonologie:
De fonologie is onderdeel van de grammaticawetenschap en bestudeert de abstractere,
cognitieve, psychologische en/of sociale aspecten van taalgeluid.
De fonologische ontwikkeling wordt gekenmerkt door een voortdurende uitbreiding van de
complexiteit van het gebruik van klanken:
Steeds minder fonologische vereenvoudigingsprocessen
Steeds meer onderscheid tussen klanken (contrasten)
Fronting: naar voren halen van de klank, terwijl hij eigenlijk achter in de mond gemaakt
moet worden. Toe= koe
Vocalisatie: alleen gebruik van vocalen. E – e= beker
Reduplicatie: herhaling van een klank of syllabe in een woord. Koekoe= koe
Stemhebbend maken: stemloze klanken worden stemhebbend gemaakt. Baba= papa
Assimilatie: verandering van een klankkenmerk. Gegen= regen
, Deletie van onbeklemtoonde syllaben: weglaten van onbeklemtoonde syllaben. Weest=
geweest.
Deletie finale consonant: weglating laatste consonant van een syllabe of woord. So= sok
Stopping: vervanging van een fricatief door een explosief. Tok= sok
Clusterreductie: medeklinker clusters reduceren tot een klank. Toel= stoel
Devoicing: stemhebbende klanken worden stemloos gemaakt. Tie= die
Gliding: liquidae /l/ en /r/ worden vervangen door een glijklank /w/ of /j/. Jaam= raam en
jopen= lopen.
Syllabestructuurprocessen:
Insertie van consonant voor Plaatsen van een Tlaat= laat
andere consonant medeklinker voor een
andere medeklinker
Deletie van cluster Weglating van een heel O-teen= schoorsteen
cluster van twee of drie
consonanten
Schwa insertie Plaatsing van een ‘stomme Kelas= klas
e’ in een woord
Deletie initiale consonant Weglating beginmedeklinker Gandere= andere
Coalescentie Twee aangrenzende Pama= pyjama
syllaben of twee
aangrenzende klanken
worden samengesmolten
Assimilatieprocessen:
Progressieve consonant Een medeklinker beïnvloedt Kottie= koffie
assimilatie het kenmerk van een of
meer van de volgende
consonanten
Substitutieprocessen:
Backing van stopklanken en Vervanging van een Kop= top
fricatieven anterieure klank (labiaal,
alveolair) door een
posterieure klank (velair,
uvulair, of glottaal)
Nasalisatie Niet-nasale klanken nasaal Mij= bij
uitspreken
Stopping (andere Andere klanken dan Pater= water
fricatieven) fricatieven (bijvoorbeeld
liquidae, nasale klanken of
glijklanken) worden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dorienusa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.97. You're not tied to anything after your purchase.