100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 1.5 Trias van Armoede $6.32   Add to cart

Summary

Samenvatting 1.5 Trias van Armoede

 108 views  5 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting blok 5 jaar 1 Social Work Rotterdam, blok 5 Trias van Armoede

Preview 3 out of 24  pages

  • No
  • Hoofdstuk 5 tm hoofdstuk 8
  • June 12, 2020
  • 24
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Begrip, persoon, voorbeeld, voordeel, nadeel
Engbergsen, G. (2017). De trias van ongelijkheid.

Ontwikkeling van westerse armoedewetgeving laat verschuiving zien van ‘absoluut’ fysiek bestaansminimum
naar een ‘relatief’ maatschappelijk bestaansminimum
- Ontwikkeling verzorgingsstaat van grote invloed

Armoede: in relatie tot gemiddelde welvaartspeil van bepaalde samenleving
- Relatieve armoede: zowel objectieve als subjectieve benaderingen hanteren om in kaart te brengen
o Subjectief: gedachte dat betrokkenen zelf het beste weten wat hun bestaansminimum is
o Objectief: minimum wordt gedefinieerd in termen van een aantal door anderen bepaalde
criteria (sociaal minimum, deprivatie indexen)
- Wetenschappelijke betekenis van armoede moet een relatie hebben met de maatschappelijke
betekenis van armoede
- 6 principes van armoede (Ringen)
o Gemakkelijker om vast te stellen wat armoede niet is dan wat het wel is.
o Eerste 3 hebben betrekking op wat armoede niet is
1. Sociale ongelijkheid resulteert niet noodzakelijkerwijs in armoede (ook de laagste 10 tot
20% van de inkomensverdeling hoeven niet arm te zijn, deze onderste 20% kan in een
zeer rijk land ook welvarend zijn)
2. Sociale problemen hoeven niet noodzakelijkerwijs te resulteren in armoede
(werkeloosheid, arbeidsongeschiktheid, drugsgebruik, verbroken relaties)
3. Armoede is niet hetzelfde als zich arm voelen
 In bepaling armoedegrens vaak gebruik gemaakt van subjectieve benadering. Men
lijkt geen armoede of bestaansonzekerheid te meten, maar tevredenheid rondom
inkomen of onduidelijke gevoelens van onzekerheid en relatieve achterstelling
o Laatste 3 betrekking op wat armoede wel is
4. Armoede is het resultaat van onvoldoende middelen
 Laag inkomen wel als noodzakelijke, maar niet als voldoende voorwaarde van
armoede beschouwd
 Ook andere bronnen relevant: kennis (cultureel kapitaal), bezit van
consumptiegoederen en communicatiemiddelen, (tv, auto, telefoon,
computer), sociale verbanden (familie, buurt verenigingen), profijt van
overheidsvoorzieningen (onderwijsparticipatie)
5. Armoede betekent uitsluiting van de samenleving
 Buitengesloten van dominante maatschappelijke instituties (arbeidsmarkt, sfeer van
vrije tijd, gemeenschapsverbanden) en worden ingesloten door zorginstituties
(sociale diensten, bedrijfsverenigingen, arbeidsprojecten).
6. Armoede is meervoudige deprivatie
 1 bijstandsuitkering per huishouden, schulden, geen werk, geen
toekomstperspectief, lage of geen scholing, slechte gezondheid, geen
ondersteunend sociaal netwerk
 Laag scoren op groot aantal van deze dimensies = situatie van armoede
- Moderne armoede = de structurele uitsluiting van burgers van maatschappelijke deelname, die
gepaard gaat met permanente afhankelijkheid van de armoede.
o Gevolgen hiervan komen naar voren in de zeven kenmerken van armoede
 Enerzijds meervoudige deprivatie, anderzijds accent verschoven naar materiele
dimensies van armoede
1. Weinig geld
 Prijskopen: heel de dag op pad zijn om elk product voor de laagst mogelijke prijs te
kopen
 Bij gebrek aan voldoende geld gaat men schulden aan om nodige zaken te kunnen
aanschaffen (kleding, vervanging duurzame gebruiksgoederen)  aflossing levert
vaak liquiditeitsproblemen op (geldtekort)  helft minimahuishoudens komen
terecht in proces van verschulding
2. Sociaal isolement

,  Verlies van werk en krappe financiële situatie  sociale netwerk krimpt
 Bezuinigen op sociale activiteiten, abonnementen of telefoon
 Familie is voor velen laatste bron van sociaal contact
 Familierelatie is ingrijpend veranderd
o Financiële zin: door toegenomen overheidszorg
o Emotionele zin: velen kunnen niet meer rekenen op
onvoorwaardelijke steun van familie
o Geografische mobiliteit: onderhouden van contacten met familie
gaat direct geld kosten als familie uit de buurt woont
 Zelfversterkend element: men raakt buitengesloten van anderen  verliest
daardoor informele bronnen van zorg en informele kanalen van informatie 
slechte bereikbaarheid geeft problemen bij arbeidsbureaus en uitzendorganisaties
 vanwege moeilijke bereikbaarheid niet gauw opgeroepen  geen
arbeidservaring  steeds kanslozer in concurrentiestrijd op arbeidsmarkt
3. Gering profijt van sommige overheidsvoorzieningen
 Voordeel met stelsel van sociale zekerheid, minder profijt van andere
overheidsvoorzieningen. (Onderwijsdeelname)
 Onzekere en onstabiele positie op arbeidsmarkt van lagere inkomensgroepen zet
zich meerdere generaties voort
4. Verstatelijking van de zorg = permanente staatsafhankelijkheid (cruciaal kenmerk
moderne armoede)
 Weerspiegelt deels winst- en verliesrekening van verzorgingsstaat
 Enerzijds vanzelfsprekend recht op voorzieningen, anderzijds vermindering
van zelfstandigheid vanwege permanente interventie van de staat in het
leven van uitkeringsafhankelijken
5. Moderne armen vormen een zeer heterogene groep
 Toegenomen groepsonderscheidingen (op grond van leeftijd, leefvorm, etniciteit en
soort uitkering) leiden tot onderlinge vergelijkingen en tot gevoelens van onvrede en
achterstelling
 Minima geven elkaar voor een deel de schuld van de slechte situatie waarin
ze verkeren
o Zondebokgroepen (met name buitenlanders)
6. Moderne armoede is geografisch lokaliseerbaar
 Met name in oude stadswijken van grote steden kan concentratie van
uitkeringsgerechtigden en langdurig werklozen worden aangetroffen
 Cumulatie van problemen waarneembaar
o Langdurige werkeloosheid, permanente bijstandsafhankelijkheid,
kleine criminaliteit, slechte huisvesting, verpauperde
woonomgeving, concentratie van allochtonen
7. Moderne armoede heeft betrekking op de culturele aanpassingen van burgers in hun
reactie op begrensde mogelijkheden
 Culture of poverty (cultuur van armoede): gebrek aan participatie in de belangrijkste
institutionele verbanden van een samenleving, de desintegratie van de
woonomgeving, het uiteenvallen van familiaire banden, gevoelens van
afhankelijkheid, minderwaardigheid en fatalisme (= houding waarbij men gelooft dat
het lot gebeurtenissen bepaalt en men daar zelf niks aan kan doen)
 Maakt het de armen onmogelijk om te ontsnappen aan armoede, ook als
zich omstandigheden voordoen die daartoe mogelijkheid bieden
 Kan ontstaan wanneer mensen langdurig (over meerdere generaties) zijn
blootgesteld aan economische bestaansonzekerheid
o Om bestaansonzekerheid tegen te gaan, ontwikkelen armen
aangepaste waarden, aspiraties en lokale instituties
 verweven op den duur een relatieve autonomie tov
maatschappelijke omstandigheden die hen hebben geproduceerd
 Bij sommige uitkeringsgerechtigden leidt langdurige werkeloosheid en
bijstandsafhankelijkheid tot grote financiële problemen, uitsluiting uit
sociale verbanden tot volledige afhankelijkheid van de overheid

, o Afhankelijkheid van overheidszorg wordt op den duur als
‘natuurlijk’ en vanzelfsprekend ervaren
 Moet niet als oorzaak van armoede beschouwd worden, maar als
realistische aanpassing aan begrensde mogelijkheden
- Relatie tussen overheidsbeleid en burger
o Murray: socialezekerheidsstelsel in Amerika heeft problemen van armoede niet verlicht maar
versterkt
 Oorzaak van voortduren van armoede wordt niet gezocht in de cultuur van de
armen, of de sociaaleconomische structuur, maar in de onbedoelde effecten van
sociaal beleid dat in de jaren 60 met goede bedoelingen is ontwikkeld
 Uitkeringsstelsel leidt tot een nietsdoende arme klasse
o Lipsky: street-level bureaucracy: openbare dienstverlenende organisaties, waar ambtenaren
werkzaam zijn die in face to face contact staan met burger (bureaus van Sociale Dienst,
wijkbureaus van politie, arbeidsbemiddelingsbureaus)
 Geven concreet inhoud aan het centraal geformuleerde sociaal beleid
 Uitvoering: institutionele benadeling van kansarmen, waardoor hun situatie van
armoede en afhankelijkheid wordt voortgezet
 Verklaard vanuit beperkte middelen van instanties: stroom cliënten en
begrensde mogelijkheden dwingen tot maken van keuzes, die meestal in
het voordeel van de relatief kansrijken uitkomen.
o Creaming: jet afromen van de meest geschikte kandidaten  druk
om streefcijfers te halen
- Meten van armoede is lastig: aan tijd en plaats gebonden  steeds opnieuw geconceptualiseerd
o Perspectief armoede vanuit naoorlogse verzorgingsstaat sterk te maken met ‘burgerschap’:
arm zijn diegenen die niet volwaardig kunnen participeren in de samenleving, omdat ze
buitengesloten zijn van belangrijke maatschappelijke instituties.
De modern armen zijn tweederangs burgers die hun sociale grondrechten onvoldoende
kunnen honoreren
o Intractable policy controvery: beleidsvraagstuk dat niet opgelost kan worden door simpel
beroep te doen op ‘de feiten’. Partijen en personen de erbij betrokken zijn, verschillen niet
alleen van mening over de vraag welke feiten relevant zijn, maar geven ook verschillende
interpretaties aan de feiten.
 Het feit dat lage inkomensgroepen die in bezig zijn van consumptiegoederen als
video of computer zijn, is voor de een het bewijs dat er geen armoede is, en voor de
ander een illustratie dat armoede niet zozeer een probleem is van de materiele
deprivatie, maar vooral van sociale deprivatie.
 Hoge aantal werklozen onder de armen de armen toont volgens de een dat
mogelijkheden tot het verrichten van betaald werk verdwijnen, terwijl het volgens
een ander bewijst dat de arbeidsmotivatie van uitkeringsgerechtigden afneemt
 De verschillende manieren waarop verschillende partijen feiten selecteren en
interpreteren vloeien voort uit een bepaald ‘frame’ dat zij hanteren.
 Frames = vanzelfsprekende, niet ter discussie staande vooronderstellingen
en geloofsovertuigingen die het handelen van personen, instituties en
groepen sturen.
o Armoedeparadigma’s = vormen geheel van overtuigingen,
vooronderstellingen en beleidsinstrumenten die een rol spelen in
de naamgeving, beoordeling en bestrijding van armoede.

Taal van armoede:
- Over armoede wordt op verschillende manieren gesproken.
o Talenstelsel verklaart de spraakverwarring rond armoede
1. Bureaucratische taal = komt tot uitdrukking in vaststelling van ‘armoedegrenzen’
o Hoogte van het sociaal minimum dat is vastgelegd in de Algemene Bijstandswet.
 Arm zijn zij die onder, op of net boven het sociaal minimum verkeren
o Abstract, technisch en quasi-neutraal

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annevanburen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.32. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76669 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.32  5x  sold
  • (0)
  Add to cart