100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Celbiologie samenvatting college, ICT module, leerdoelen, probleemtaak en oefentoets - week 2 $3.26   Add to cart

Summary

Celbiologie samenvatting college, ICT module, leerdoelen, probleemtaak en oefentoets - week 2

 79 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Celbiologie samenvatting college, ICT module, leerdoelen, probleemtaak en oefentoets - week 2

Preview 2 out of 9  pages

  • Unknown
  • July 29, 2020
  • 9
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Week 2: Cel compartimenten en enzymen
Alle eiwitten zijn opgebouwd uit 20 verschillende aminozuren

4 moleculaire structuren van eiwitten
• Primair (aminozuurvolgorde)
• Secundair (alfahelix, betasheet)
• Tertiair (motieven/domeinen/gehele peptide-keten)
• Quaternair (multimere eiwitten uit identieke of verschillende polypeptideketens

Eiwitvouwing gebeurt deels spontaan (helices en sheets), meestal met behulp van chaperon-
eiwitten
De volgorde van de aminozuren bepaalt de 3D structuur van het uiteindelijke eiwit

In waterig milieu clusteren de apolaire zijketens in een hydrofoob centrum --> zodat ze niet in
contact komen met water

Non-covalente bindingen die bepalend zijn voor eiwitvouwing Hoofdgroepen aminozuren:
• Elektrostatische interacties (+ & -) • Polaire
• Waterstofbrug (delta + & delta -) ○ Geladen
• Van der Waals interactie ▪ Positief
▪ Negatief
De alfa helix ○ Niet geladen
• Vouwt spontaan door de aminozuurvolgorde • Non-polaire (grootste
• Wordt gestabiliseerd door waterstofbruggen gedeelte)
• Restgroepen van de aminozuren aan de buitenkant van de helix
N-terminus = -NH2 = Amino
De betasheet C-terminus = -COOH = Carboxyl
• Kan parallel of antiparallel zijn Links naar rechts = N --> C

Zwavelbruggen
• Covalente binding in eiwit of tussen verschillende eiwitten --> enige covalente binding in
eiwitten
• Tussen 2 cysteïne --> heeft als enige -SH restgroep?

Enzymen
• Binden selectief aan een substraat (ligand)
• Door veel non-covalente bindingen te vormen kan een eiwit een specifiek ligand binden
○ Elektrostatische interacties
○ Waterstofbruggen --> dit is de meest belangrijke
○ Van der Waals interacties
• Enzymen versnellen het verloop van chemische reacties
○ Enzymen verlagen de activatie-energie, niet de ligging van het evenwicht
• 3 algemenen strategieën van katalyse door enzymen




Er worden zwakke verbinden
zoals waterstofbruggen
gebruikt, omdat het
uiteindelijk ook weer los
moet. Want dit kost minder
energie dan met covalente
bindingen.


• Lysozym: hydrolyse van polysacharideketens
○ Lysozym bindt aan polysacharideketen
○ Na binding wordt de keten gebogen
○ Hierdoor wordt de activatie-energie voor hydrolyse lager
○ Na hydrolyse dissocieert het product van het enzym

Veel voorkomende (de-)activatie mechanismen
• Fosforylatie
○ Protein kinases fosforyleren eiwitten en protein fosfatases defosforyleren eiwitten
De consequentie van fosforylatie kan activerend of deactiverend zijn, afhankelijk

CBI-10306 Pagina 1

, ○ De consequentie van fosforylatie kan activerend of deactiverend zijn, afhankelijk
van het enzym
• GTP of ATP binding
○ GTP bindende eiwitten worden moleculaire schakelaars genoemd: activatie door
een signaal

Motoreiwitten
• Conformatieveranderingen door ATP verbranding veroorzaken beweging
○ Energieverbruik zorgt er voor dat het eiwit steeds dezelfde kant op beweegt

Membranen
• Bestaan voornamelijk uit fosfolipiden --> moleculen met een hydrofiel- en een hydrofoob
einde
○ Een typisch fosfolipide heeft een hydrofiele polaire kop en twee hydrofobe
vetzuurstaarten
• Naast verschillende fosfolipiden bevatten membranen sphingolipiden en sterolen
○ Sphingolipiden: bevatten een sphingosine-groep in plaats van een glycerol groep
○ Sterolen: sterol cholesterol bestaat ook uit een polair en apolair gedeelte
▪ Cholesterol is een van de belangrijkste fosfolipiden
• De meeste membranen zijn unit-membranen
○ Bestaat uit 2 lagen van fosfolipiden die gerangschikt zijn met de hydrofobe staarten Cholesterol wordt
naar elkaar toe en de hydrofiele koppen aan de buitenkant gebruikt om een
○ Zowel de koppen als de staarten verschillen onderling membraan
○ De beide helften van een unit-membraan verschillen in fosfolipiden samenstelling vloeibaar te maken.
▪ Het enzym flippase kan fosfolipiden tussen de beide helften van de
membraandubbellaag uitwisselen
▪ Door selectieve flippase activiteit kunnen beiden zijden van een dubbellaag
een andere samenstelling hebben
▪ Flippases zijn ook belangrijk bij synthese van een membraan, de start vanuit
één helft van de unit-membraan in het ER
• Membraan 'flow': membraantransport
○ De herverdeling van membranen tussen organellen van het biosynthetische
systeem (ER, Golgi-apparaat, vesikels) en de plasmamembraan, of de
vacuoles/lysosomen
• Membranen houden dezelfde oriëntatie tijdens verplaatsing tussen compartimenten
• Membranen bevatten verschillende integrale membraan eiwitten
○ Transporters --> een porie in het membraan
○ Anker eiwitten
○ Receptors
○ Enzymen
• Permeabiliteit van een membraan




Lipiden organiseren zich in micellen en dubbellagen
• Lipiden organiseren zich zo dat de apolaire staarten bij elkaar liggen zonder dat ze in
contact komen met de polaire waterige omgeving

Osmose
• H2O gaat naar het compartiment met de hoogste concentratie suiker/zout/etc
• Dit proces gaat door tot er een evenwicht bereikt wordt
• De concentratie stoffen binnen een cel is onder normale omstandigheden hoger dan
buiten een cel
• Zonder maatregelen zouden cellen knappen, er zijn verschillende oplossingen


CBI-10306 Pagina 2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marlyverest. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62491 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.26
  • (0)
  Add to cart