De opdrachten die gemaakt zijn tijdens de werkcollege's van Privaatrecht A B, inclusief de antwoorden. Door deze vragen te oefenen haalde ik een 7 voor mijn tentamen.
Kijk onderstaande uitzending van de Rijdende Rechter tot aan de uitspraak van de rechter.
Noteer welke artikelen uit het Burgerlijk Wetboek in uw ogen relevant zijn bij het
beoordelen van de juridische complicatie die aan de Rijdende Rechter wordt voorgelegd.
Art. 6:228 BW Dwaling
Art. 6:217 BW ovk
Art. 7:18 BW
OPDRACHT 2
U krijgt een drietal situatieschetsen voorgelegd. Beoordeel steeds of er een geldige
overeenkomst tot stand komt tussen partijen. Let op, bij schets 3 wordt de casus aangepast.
Na de situatieschetsen volgt een vraag.
Schets 1
Schoenenwinkel Lemon houdt uitverkoop. Klanten kunnen online in de webshop schoenen
kopen voor de helft van de prijs. Lemon biedt in haar webshop pumps in verschillende
kleuren aan voor de prijs van € 50. Lieke wil zwarte pumps bestellen. Op de website vult zij
bij “kleur” “zwart” in. Een paar dagen na het plaatsen van de bestelling ontvangt Lieke
zwarte pumps met een acceptgiro voor € 50.
Ja, voor een overeenkomst is een aanbod en aanvaarding vereist (art. 6:217 BW) en daarvan
is hier sprake, want wil en verklaring van beide stemmen overeen (art. 3:33 BW).
Schets 2
Tim Mutten verzamelt vintage horloges. In november 2017 ziet hij een fraai exemplaar dat
hij graag aan zijn verzameling toe wil voegen op de website van verzamelaar Karel Heur.
Nee, op de website is een aanbod, maar Tim heeft het aanbod nog niet aanvaard. Voor een
overeenkomst is dat nodig (art. 6:217 BW) 6:225 lid 1 nieuw aanbod, oude aanbod vervalt
6:221. Geldige ovk 27 nov.
,Tussen hen ontspint zich een e-mailwisseling die u hier aantreft (Bijlage 1).
Schets 3
Lisa en Jelle zijn vrienden. Lisa vertelt Jelle dat zij een nieuwe tv wil kopen, maar tot nu toe
geen mooie heeft kunnen vinden. Jelle zegt dat hij bereid is om zijn tv aan haar te verkopen.
Jelle wil € 150 voor de tv hebben, maar Lisa wil maar € 125 euro betalen. Jelle twijfelt en
zegt dat hij er over na gaat denken.
Stelt u zich nu voor dat het gesprek via Whatsapp plaatsvond, maar Jelle niet op het bericht
van Lisa reageert. Is er in dat geval sprake van een overeenkomst?
Nee, voor een overeenkomst is een aanvaarding nodig (art. 6:217 BW). Niet reageren is geen
aanvaarding.
Vraag
In de bovenstaande situaties kunnen overeenkomsten op verschillende wijzen tot stand
komen. Welke vormen herkent u en zijn deze vormen juridisch van belang?
Ja, de vereisten zijn verschillend. Elektronisch, schriftelijk.
CASUS 1
Jos ziet bij de plaatselijke supermarkt een advertentie staan voor een mooie Seat Ibiza, 1.0
TSI 115PK FR Business Intense, 5-deurs uit het bouwjaar 2018. Er staan 2000 km op de
teller. In de advertentie staat ook: bieden vanaf €24.500,-. Jos neemt contact op met de
adverteerder en maakt een afspraak om de auto te bekijken. Hoewel hij helemaal weg is van
de auto wil hij er nog even een nachtje over slapen.
Na enig beraad besluit Jos de auto te gaan kopen. Hij mailt de adverteerder:
Beste Kevin,
Zoals afgesproken heb ik er even over nagedacht en ik heb besloten dat ik jouw Seat Ibiza
1.0 TSI 115PK FR Business Intense graag wil hebben. Ik bied je er €250.000,- voor.
Hartelijke groet,
Jos
Kevin opent het bericht en is blij verrast met dit hoge bod. Hij mailt gauw terug naar Jos dat
hij de auto graag aan Jos verkoopt voor €250.000,- en dat hij diezelfde dag nog kan
afspreken om alles in orde te maken. Jos schrikt zich wezenloos wanneer hij de mail van
Kevin ziet. Hij had bedoeld om €25.000,- te bieden voor de auto en niet €250.000,-. Hij
vraagt zich af of hij nu verplicht is de auto voor dit bedrag van Kevin af te nemen.
a. Wat zou u Jos adviseren wanneer hij zich met deze kwestie tot u wendt?
Beschermt tegen discrepantie wil en verklaring (art. 3:33 BW)
b. Stel dat niet Jos, maar Kevin bij u komt de vraag of hij Jos ertoe kan verplichten de
auto voor €250.000,- af te nemen. Wat zou u Kevin adviseren?
Escape (art. 3:35 BW)
, c. Verzin zelf een casus waarin sprake is van een verschrijving, maar waarbij de
uitkomst van het geschil over de vraag of de koper gebonden is door de
omstandigheden van het geval minder evident is.
Merel ziet een broek te koop hangen voor 4 euro en wilt deze door de goedkope prijs
afrekenen. De verkoopster geeft aan zich vergist te hebben en de prijs 40 is ipv 4. 40
euro is ook een aannemelijkere prijs voor een broek dan 4 euro.
CASUS 2
Nadat Roosmarijn en Marc uit elkaar zijn moeten zij allebei weer kleiner gaan wonen. Beiden
zijn genoodzaakt een deel van hun spullen weg te doen. Roosmarijn besluit enkele elpees en
haar oude platenspeler weg te doen.
Via via hoort Dennis, een studiegenootje van Roosmarijn, dat Roosmarijn van de spullen af
wil. Hij besluit op 12 augustus 2019 om 11:00 uur haar een berichtje te sturen via Facebook
Messenger waarin hij aangeeft graag de elpees van Roosmarijn over te willen nemen. Ook
informeert hij welke prijs zij daarvoor vraagt. Roosmarijn antwoordt diezelfde dag om 15:20
uur dat zij de in totaal negen elpees, plus platenspeler zou willen verkopen voor € 140 (€ 85
voor de platenspeler, € 55 voor de elpees). Dennis denkt er nog even over na, maar voelt al
gauw dat hij dit koopje niet kan weigeren. Hij stuurt haar – wederom via Messenger – op 13
augustus 2019 om 14:05 uur een bericht dat hij de elpees en de platenspeler graag koopt
voor € 140.
a. Komt er een overeenkomst tot stand tussen Roosmarijn en Dennis en zo ja,
wanneer?
Ja, 23 augustus 2019 om 14:05 uur zodra Dennis zijn aanvaarding verstuurt. Aanbod
+ aanvaarding is namelijk een overeenkomst art. 6:217 BW.
Stel, anders dan hiervoor, dat Dennis na het nachtje slapen besluit dat hij alleen de elpees
van Roosmarijn wil kopen, aangezien hij zelf nog een goede platenspeler heeft. Hij stuurt
haar op 13 augustus om 14:05 uur dat hij de elpees graag voor € 55 wil kopen, zonder de
platenspeler.
b. Komt er een overeenkomst tot stand tussen Roosmarijn en Dennis en zo ja,
wanneer?
Dennis komt met een nieuw voorstel en dus een nieuw aanbod art. 6:225 BW.
Roosmarijn moet deze nog aanvaarden om de overeenkomst tot stand te laten
komen.
, College 2
CASUS 1
Matraco B.V. is een slaapspeciaalzaak. Zij verkoopt bedden en toebehoren, waaronder
matrassen, kussens, dekens en beddengoed. Matraco koopt daarvoor regelmatig materialen
in bij een leverancier, Bedspecialist B.V. Bedspecialist is gespecialiseerd in de vervaardiging
en levering van grondstoffen speciaal voor de beddenbranche.
Matraco B.V. sluit een overeenkomst met Bedspecialist met betrekking tot door Matraco in
haar producten te verwerken veren. Drie weken later wordt de eerste bestelling bij de
fabriek van Matraco afgeleverd. Bij opening blijkt – tot grote schrik van Matraco – dat
Bedspecilaist pakketten donsveren heeft geleverd. Matraco heeft echter springveren nodig.
Matraco spreekt Bedspecialist aan op de levering, stellende dat Bedspecialist springveren
dient te leveren. Bedspecialist stelt dat Matraco gehouden is de koopprijs te betalen.
Matraco weigert echter hieraan te voldoen, nu zij niet donsveren, maar springveren wilde.
Is Matraco gehouden de koopprijs te betalen?
Nee, hij vroeg namelijk om veren. Matraco houdt zich bezig met matrassen, kussens etc. en
dan is het niet gek dat Bedspecialist “veren” aanziet voor donsveren. Donsveren is namelijk
in die industrie ook een logische keuze, evenals springveren. Beiden konden daardoor op
hun begrip van veren vertrouwen dus is er geen overeenkomst tot stand gekomen. Ook
moet er gekeken worden naar de eerdere bestellingen; welke veren zijn toen steeds bestelt?
Laten we er vanuit gaan dat Matraco meer mocht vertrouwen op zijn betekenis, dan zou
Bedspecialist de goede veren moeten leveren en hoeft Matraco dan pas te betalen. Als je
meer op Bedspecialist mocht vertrouwen, dan is Matraco gebonden de prijs te betalen van
de verkeerde veren.
CASUS 2
Amanda is trouwfotograaf. Zij is geboekt voor de bruiloft van Ivo en Yaleesa die plaats moet
vinden 14 september 2019. Amanda krijgt op 10 september een uitnodiging voor een last-
minute klus op Ibiza, waar ze veel liever gaat fotograferen. Ze zegt de bruiloft van Ivo en
Yaleesa af.
In het contract tussen het bruidspaar en Amanda staat het volgende beding
Artikel 5
Indien de opdracht wordt afgezegd, dient de boeker een extra bedrag van € 1.500 te
betalen.
Amanda stelt zich op het standpunt dat Ivo en Yaleesa haar €1.500 moeten betalen. Het
bruidspaar is het daar niet mee eens. Zij stellen dat zij alleen €1.500 moeten betalen als de
opdracht niet door gaat als zij de opdracht afzeggen.
Stel u bent rechter in deze zaak, wat zou uw oordeel zijn?
Er is een onduidelijk beding in de overeenkomst. Er hoeft niet alleen worden gekeken naar
de taalkundige uitleg, maar ook naar de bedoeling. (Haviltex) Ze hoeven dus niet te betalen.
Wel afgesproken, maar onaanvaardbaar 6:248
Onduidelijkheid Haviltex
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vayaxs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.