Dit is een complete maar beknopte samenvatting van alle kennisclips van het vak Nieuws & Journalistiek aan de VU (). Ik heb het vak afgerond met een 8.
Inleidende Kennisclip en Kennisclip 00 - Nieuwswaarden
Nieuws gaat over het ‘ongewone’ en is selectief.
Dit roept 2 vragen op:
- Wat is het aan een verhaal dat het nieuws maakt?
- Waarom wordt de ene gebeurtenis wel en de andere niet nieuws?
Nieuwswaarden: poging om kenmerken van een nieuwsgebeurtenis
te vangen.
Klassiek artikel over nieuwswaarden: Galtung & Ruge 1965.
1. Frequentie (stampt af van de radio metafoor): kan de
nieuwsorganisatie berichten over de gebeurtenis -> tegenwoordig zijn
deze praktische zaken door het internet geen probleem.
2. Drempelwaarde: hoe omvangrijker en sensationeler een gebeurtenis,
hoe eerder het nieuws wordt.
3. Ondubbelzinnigheid: duidelijk interpreteerbare gebeurtenis.
4. Betekenis: hoe meer voorkennis en culturele verwantschap we met
een gebeurtenis hebben, hoe eerder het nieuws wordt.
5. Harmonie: komt de gebeurtenis overeen binnen ons
verwachtingspatroon.
6. Uitzonderlijkheid: onverwachte en zeldzame gebeurtenissen.
7. Continuïteit: eenmaal verschenen, blijft een gebeurtenis nieuws.
8. Compositie: samenstelling en verhouding van verschillende
gebeurtenissen (genoeg afwisseling)
9. Elitelanden
10. Elitepersonen
11. Personificatie: nieuws dat terug te voeren is tot bepaalde personen.
12: Negativiteit
Hoe meer criteria een gebeurtenis scoort, hoe groter de kans dat het
nieuws wordt.
Nieuwswaarden hebben veel verschillende lijsten -> worden opgesteld
vanuit de nieuwsgebeurtenis -> weinig aandacht voor de ideologische
achtergrond van het gebruik van nieuws.
Nieuwswaarden geven inzicht waarom iets nieuws is -> maar niet
zaligmakend.
Recentere nieuwswaarden:
Harcup & O’Neill 2001:
1. Verwijzingen naar elite: 4. Verrassing: een verhaal met
individuen, organisaties, landen. een verassend element.
2. Verwijzingen naar 5. Slecht nieuws: conflict,
beroemdheden. tragedie.
3. Entertainment 6. Goed nieuws
, 7. Omvang: impact of veel 9. Follow-up: wat is het nieuws is,
mensen zijn betrokken. zal weer nieuws worden
8. Relevantie (continuïteit)
10. Newspaper agenda: zelfde als
frequentie.
Hetherington 1985: hoofdredacteur Guardian.
1. Interesse 5. Seks, scandalen en misdrijf
2. Drama 6. Nummers
3. Verrassing 7. Nabijheid
4. Personen
Eilders 2006: 5 categorieën voor meerdere nieuwswaardecriteria
1. Stabiele nieuwsfactoren
2. Extra journalistieke focus
3. Extra publieke focus
4. Minder aandacht voor follow-up nieuws
5. Extra nieuwsfactoren
Nieuwsproducten: bijzondere producten
- Symbolische waarde: informatie krijgt pas bij gebruik waarde; geen
intrinsieke waarde
- Informatie is (mede)deelbaar; verliest niet in waarde bij delen.
- Doorgegeven informatie stijgt in waarde naarmate hij meer gedeeld
wordt.
- Materiële waarde: fysiek product zoals een krant.
Kenmerken van nieuwsproducten bepalen de economische
mogelijkheden van die producten.
Mediaproducten: economische kenmerken
Algemeen:
- Niet-rivaliserend: informatie raakt niet op, geen schaarste.
- ‘First copy costs’: kosten eerste exemplaar zijn het hoogte:
investeren van verzamelen van informatie.
- Duaal product: opereren op 2 markten -> publiek (interesseert in
symbolische waarde) en adverteerder (interesseert in de aandacht
van het publiek).
- Ervaring product: naast inhoud ook beleving van belang
Algemene kenmerken toepassen om economisch een product op de markt
te zetten
VB -> relatief nieuw medium gratis dagbladen:
- Inhoud van het nieuws staat los van drager
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nienkewolfers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.47. You're not tied to anything after your purchase.