Ultimate guide to Nederlandse spelling en grammatica
A. WERKWOORDSPELLING
- Verkleinwoorden hebben altijd het lidwoord ‘het’
- Als “jij” achter de persoonsvorm staat, schrijf je alleen de ik-vorm (Werk jij?)
- Soms staat “je” achter de persoonsvorm; alléén als je dit kan vervangen door “jij” schrijf je de
ik-vorm, anders niet. Soms kan “je” namelijk ook iets anders betekenen, bijvoorbeeld een
bezittelijk voornaamwoord (Vindt je vader dit goed?)
- Hij heeft / hij kan / hij mag / hij wil / hij zal
- Bovengenoemde werkwoorden kan bij de jij-vorm op twee manieren gevormd worden: jij
hebt/heb, jij kunt/kan, jij wil/wilt, etc. Houdt de officiële vorm maar aan: ik-vorm + t.
- Gebruik ’t exkofschip bij zwakke/regelmatige werkwoorden. Het voltooid deelwoord wordt
vaak geschreven als ge + stam + d/t
- Sterke/onregelmatige werkwoorden veranderen van klinker en het voltooid deelwoord eindigt
vaak op -en
- Missen als in: ik heb jou gemist, schrijf je in verleden tijd: ik miste. Mist in de lucht kan ook als
werkwoord gebruikt worden, dit schrijf je in de verleden tijd als: het mistte.
- Gebiedende wijs schrijf je altijd ik-vorm (tenzij ouderwetse gevallen). Je herkent een
gebiedende wijs als een opdracht en bevel en er zit geen onderwerp in de zin. (Doe de deur
dicht.)
- Bij aanvoegende wijs moet je de “n” van het hele werkwoord afhalen. Bij een aanvoegende
wijs druk je een wens of aansporing uit. (Lang leve of men neme.)
- Weet je niet wat het is: een infinitief of een persoonsvorm in de verleden tijd? Vervang het
woord door “verrassen”, dan wordt het vaak duidelijker. Blijft het verrassen -> infinitief, komt
er een “t” bij -> verleden tijd. Zie test 13 op bladzijde 27 in Vlekkeloos Nederlands. Vaak is het
zo als het werkwoord “moesten” of “wilden” in de zin staat dan is het infinitief -> Wij wilden
haar verrassen / Hoelang moesten we wachten? / Wij wisten niet hoe we haar moesten
troosten.
- De regel die we aanhouden bij bijvoeglijk naamwoorden is: zo kort mogelijk. Maar er zijn
uitzonderingen:
- Stoffelijke bijvoeglijk naamwoorden eindigen op -en (maar: plastic beker)
- Als het voltooid deelwoord eindigt op -en, dan schrijf je het bijvoeglijk naamwoord ook met -
en -> een gebakken ei, een gevonden oplossing.
- Na het woordje “te” gebruik je altijd het hele werkwoord bij bnw: de te beantwoorden brief.
- Leenwoorden leen je uit een andere taal. Engelse werkwoorden worden vervoegd als zwakke
werkwoorden in het Nederlands. Voorbeelden:
• Barbecueën – barbecuet – gebarbecued
• Bingoën – bingoot – bingode – gebingood
• Bridgen – bridge – bridget – gebridged
• Deleten – deletet – deletete – gedeletet
• E-mailen – e-mailt – e-mailde – ge-e-maild
• Lay-outen – lay-out – lay-outte – gelay-out
• Leasen – leaset – leasete – geleaset
• Sms’en – sms – sms’t – sms’te – ge-sms’t
• Updaten – updatet – updatete – geüpdatet
• Promoten – promoot – gepromoot
B. SPELLING
, - ‘Au’ of ‘ou’:
• Aubergine Aanschouwen
• Grauw Berouw
• Kabeljauw Brouwen
• Klauteren Camouflage
• Laurier Carrousel
• Taugé Houweel
• Verpauperen Mouw
• Wenkbrauwen Clou
• Rauw Rouw
- ‘Ei’:
• Bakkeleien Meineed
• Beitel Ongebreideld
• Beits Pastei
• Contreien Pleidooi
• Dreinen Pleiten
• Greintje Veinzen
• Heibel Weids
• Heinde en verre Zeis
- ‘IJ’:
• Accijns Mijmeren
• Chagrijnig Pijler
• Ijlen Schrijnend
• Kopij Festijn
- Alle sterke werkwoorden zijn met ij geschreven (zoals begrijpen, ontbijten, snijden.) Zwakke
werkwoorden kan zowel met ei als ij geschreven zijn (zoals benijden, uitbreiden.)
- Deze achtervoegsels schrijf je met ij: -ij, -lijk, -nij en -rij (zoals hopelijk, burgerij, voogdij.)
- Leiden = besturen
- Lijden = pijn lijden
- Peil = niveau
- Pijl =
- Steil = schuin, bijna loodrecht (de weg gaat steil omhoog of steil haar)
- Stijl = manier van schrijven/handelen
- Uitweiden = uitvoerig spreken (en eigenlijk een beetje afdwalen..)
- Uitwijden = wijder maken/worden
- ‘c of ‘k’:
• Actie Akte
• Actueel Kopie
• Aspect Elektriciteit
• Commissie Seksueel
- ‘kw’ of ‘qu’:
• Kwadraat Antiquair
• Kwalificatie Quatsch
• Kwantificeren Quasi
• Kwintet Querulant
• Kwitantie Quarantaine
- Wanneer ‘i’?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anouk50. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.