100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Palliatief redeneren $6.89   Add to cart

Essay

Palliatief redeneren

1 review
 204 views  11 purchases
  • Course
  • Institution

Het verslag palliatief redeneren. Onderdeel van de keuzecursus palliatieve zorg. Cijfer 8,9 Bestaande casus is uitgewerkt volgens de stappen van palliatief redeneren

Preview 5 out of 44  pages

  • November 4, 2020
  • 44
  • 2020/2021
  • Essay
  • Unknown
  • Unknown

1  review

review-writer-avatar

By: wmverhoef • 2 year ago

avatar-seller
26-10-2020



Palliatief
redeneren
Keuzecursus palliatieve zorg




Studenten:
 Romy de Ruiter: 1747665
 Rosanne de Graaf: 1746358
 Sharon Douma: 1747668
Studiegroep: GKO-PALLIAT-A
Cursuscode: GKO-PALLIAT-17_2020
Docent: Petra van Jaarsveld
Inleverdatum: 26-10-2020
Aantal woorden: 6235

0

,Voorwoord
Mijn naam is Sharon Douma. Momenteel volg ik de opleiding bachelor verpleegkunde aan de
Hogeschool van Utrecht. In Juni 2017 heb ik mijn mbo-diploma verpleegkunde behaald aan het ROC
van Amsterdam te Hilversum en sinds Juli 2017 ben ik werkzaam in Tergooi ziekenhuis locatie
Hilversum. Hier ben ik werkzaam op de afdeling long/ interne geneeskunde.

Voor de opleiding tot hbo-verpleegkundige wordt er een keuzecursus gevolgd. Dit verslag is een
onderdeel van de keuzecursus palliatieve zorg. In dit verslag is een bestaande casus uitgewerkt
volgens de vier stappen van palliatief redeneren. Vervolgens wordt als onderdeel van de toets
opdracht een demonstratie gegeven over complementaire zorg.

Dit verslag is in groepsverband gemaakt. Graag wil ik Romy de Ruiter en Rosanne de Graaf bedanken
voor de fijne samenwerking.




1

,Inhoudsopgave
Voorwoord.................................................................................................................................................... 1

Fase 1:........................................................................................................................................................... 3
Anamnese.............................................................................................................................................................3
Lichamelijk, psychisch en sociaal gebied.........................................................................................................3
Spirituele en morele aspecten.........................................................................................................................3
Beïnvloedende factoren op gebied van kwaliteit van leven en sterven.........................................................3
De prioriteiten van de zorgvrager...................................................................................................................4
Somatische en psychische palliatieve symptomen.........................................................................................4

Fase 2:........................................................................................................................................................... 5
Symptoomregistratie............................................................................................................................................5
Werkhypothese...............................................................................................................................................5
Doel van het beleid..........................................................................................................................................8
Kritische beslismomenten.............................................................................................................................11
Symptoommanagement....................................................................................................................................12
Medicatie.......................................................................................................................................................12
Meetinstrumenten........................................................................................................................................15
Gezamenlijke besluitvorming........................................................................................................................16
Interventies....................................................................................................................................................16
Muziek als complementaire interventie........................................................................................................19

Fase 3:......................................................................................................................................................... 20
Afspraken over evaluatie van het beleid............................................................................................................20

Fase 4:......................................................................................................................................................... 20
Bijstellen en evalueren.......................................................................................................................................20

Literatuurlijst............................................................................................................................................... 21

Bijlagen:...................................................................................................................................................... 25
Bijlage 1. Anamnese...........................................................................................................................................25
Bijlage 2. Methodische beschrijving ziektebeeld...............................................................................................29
Nierfunctiestoornis........................................................................................................................................29
Ovariumcyste.................................................................................................................................................31
Elektrolytenstoornis/ hypokaliëmie..............................................................................................................34
Bijlage 3. Meetinstrumenten..............................................................................................................................36
Utrecht Symptoom Dagboek (USD)...............................................................................................................36
Lastmeter.......................................................................................................................................................37
Delirium Observation Scale (DOS).................................................................................................................38
Bijlage 4. Demonstratie complementaire interventie in de palliatieve context.................................................39
Bijlage 5. Peerassessment ‘’ samenwerking’’....................................................................................................41




2

,Fase 1:
Anamnese
In de tekst worden verschillende aspecten uit de anamnese benadrukt. Voor de volledige anamnese
zie bijlage 1.

Lichamelijk, psychisch en sociaal gebied
Mevrouw R. is een vrouw van 89 jaar oud. Mevrouw woont sinds begin 2020 samen met haar man bij
hun zoon in huis. Haar echtgenoot is dementerend. Voorheen woonden meneer en mevrouw samen
in Den Haag. In januari 2020 is de man van mevrouw lang opgenomen geweest in Tergooi Blaricum in
verband met een pneumonie. Na deze ziekenhuisopname zijn mevrouw en haar man bij hun zoon
ingetrokken, waarbij ze beide zorg krijgen van thuiszorg Careyn. Mevrouw kreeg hulp bij het douchen
en bij het aan- en uitkleden. Mobiliseren doet mevrouw met een looprek, omdat zij wankel ter been
is. Het huis van hun zoon is gelijkvloers en geeft de mogelijkheid om aangepaste voorzieningen te
installeren. Mevrouw is 28 september 2020 opgenomen op de gastro-enterologische chirurgie
afdeling in Tergooi Hilversum in verband met een drainage van een cyste waarvoor zij een
laparotomie zou krijgen.

Mevrouw is een opgewekte vrouw en helpt graag in huis. Vroeger was zij huisvrouw en zorgde graag
voor het gezin. Haar sociale netwerk is in de loop van de jaren flink afgenomen. Familie en vrienden
van dezelfde leeftijd zijn weggevallen door overlijden. Hierdoor is mevrouw haar sociale kring niet
groot meer en heeft zij voornamelijk contact met haar echtgenoot en zoon. Bij opname is mevrouw
niet ernstig ziek en heeft een normale voedselinname. Hierdoor scoort zij laag risico op de
ondervoedingsscore. Omdat mevrouw last heeft van geheugenproblemen en de afgelopen 24 uur
hulp nodig heeft gehad bij de zelfzorg wordt een delirium observation score (DOS) bijgehouden.

Spirituele en morele aspecten
Mevrouw is katholiek opgevoed en hecht hier waarde aan. Samen met haar echtgenoot bezochten ze
elke zondag de kerk, maar door achteruitgang van beide is het bezoek aan de kerk niet altijd
haalbaar.
Mevrouw kent spiritualiteit met betrekking tot liefde. Mevrouw en haar echtgenoot zijn al 64 jaar
getrouwd. Hier haalt mevrouw veel voldoening uit. Het doet mevrouw pijn dat haar echtgenoot
dementerend is en daarom zijn geest en lichaam hard achteruitgaan. Er gaat veel liefde uit naar hun
zoon. Mevrouw waardeert het enorm dat zij en haar man bij hun zoon mogen wonen.

Beïnvloedende factoren op gebied van kwaliteit van leven en sterven
Mevrouw is in het ziekenhuis opgenomen met oog op genezing. Echter, namen haar klachten vrijwel
alleen maar toe en werd zij hierbij delirant en steeds meer afhankelijk. Voordat mevrouw in een
wisselend delirante staat raakte vertelde zij het belangrijk te vinden snel op te knappen en weer naar
huis te kunnen. Onder opknappen verstond mevrouw aansterken, en de hulp zoals voor de opname
voortzetten voor zich. Tijdens de opname is mevrouw al snel erg afhankelijk van hulp tijdens de
Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) en tijdens transfers, zij is verzwakt onder het
ziektebeeld. Als mevrouw tijdens de opname ook nog delirant raakt moet zij bij de ADL, transfers,
eten en drinken en psychische regulatie volledig geholpen worden. Al deze factoren zorgen ervoor
dat de kwaliteit van leven voor mevrouw sterk verminderd is.




3

, In de periode dat mevrouw delirant was, werden beslissingen rondom het beleid door haar zoon
genomen. Al snel gaat haar gezondheid zo achteruit dat genezing niet meer mogelijk is. De chirurg en
geriater zijn samen in gesprek gegaan met de zoon van mevrouw. De artsen hebben aangegeven dat
er na een aantal dagen geen verbetering en alleen maar functionele achteruitgang werd
geconstateerd. De levensverwachting van mevrouw werd op 1-2 weken gesteld en de artsen stelde
een palliatief beleid voor. De zoon werd erg emotioneel en vond een palliatief beleid nog niet gepast.
Er werd besloten ‘’kleine dingen’’ nog te behandelen en verder te richten op comfort. Dit betekende
dat mevrouw nog vocht toegediend kreeg via het infuus, gesproken werd over het eventueel starten
van sondevoeding en gestart werd met antibiotica bij een hospital acquired pneumonia (HAP). Dit
heeft een negatief effect gehad op de kwaliteit van sterven. Na een aantal dagen werd het beleid
geëvalueerd met de artsen en zoon. De artsen gaven aan dat behandelen medisch zinloos was
geworden en de zoon stemde in met het palliatieve beleid, hierbij is het zorgpad stervensfase
gestart. Mevrouw heeft tijdens haar laatste levensfase te maken gekregen met verschillende
palliatieve symptomen, zoals: pijn, delier, vermoeidheid, droge mond, angst en misselijkheid. In het
begin van de opname waren de klachten er niet of waren in veel betere mate onder controle.

Mevrouw R. heeft altijd de wens gehad thuis in het bijzijn van haar familie te overlijden. Palliatieve
thuiszorg werd geregeld, waardoor mevrouw de volgende dag naar huis naar haar echtgenoot kon.
Dit heeft een positief effect gehad op de kwaliteit van sterven voor mevrouw (zie fase 4).

De prioriteiten van de zorgvrager
Door het delier wat mevrouw doormaakte, was het lastig te achterhalen welke prioriteiten mevrouw
had. Aan het begin van de opname, toen mevrouw nog niet delirant en wel aanspreekbaar en
adequaat was, kwam de liefde voor haar dementerende echtgenoot veel ter sprake. Mevrouw gaf
aan snel op te willen knappen, zodat zij terug naar huis kon om bij haar echtgenoot te zijn. Bij
opname had mevrouw aangegeven niet meer gereanimeerd te willen worden. Daarnaast had
mevrouw aangegeven geen wens meer te hebben om naar de intensive care te gaan indien dit nodig
zou zijn. Toen werd mevrouw tijdens de opname delirant en versuft. De artsen merkte al snel dat
mevrouw dit zomaar eens niet zou kunnen halen. Haar zoon gaf aan dat mevrouw in haar gehele
leven altijd alle kansen aanpakte en dus ook nu nog zo lang mogelijk een conservatief beleid zou
willen. Daarnaast gaf haar zoon aan dat mevrouw net als haar moeder 95 jaar zou willen worden. Op
het moment dat de artsen het beleid opnieuw met de zoon bespraken gaf hij aan de behandeling
niet te kunnen stoppen, aangezien hij zijn moeder had beloofd dat alles wat kon nog gedaan zou
worden. Toen meerdere specialisten aangaven dat behandelen medisch zinloos was geworden werd
in overleg met de zoon besloten het palliatieve traject te starten (maximale comfort) samen met het
zorgpad stervensfase. Tegelijkertijd vertelde de zoon dat mevrouw altijd anti-morfine is geweest en
dat hij daarom liever niet wilde starten met morfine. Echter, hadden de artsen dit wel aangeraden
om comfort te bevorderen. Ook gaf de zoon aan dat het haar wens was geweest om thuis in het
bijzijn van familie te overlijden. Hierdoor werd er palliatieve zorg voor thuis geregeld, zodat aan de
wens van mevrouw kon worden voldaan.

Somatische en psychische palliatieve symptomen
Bij mevrouw zijn er verschillende problemen met verschillende oorzaken aanwezig, zoals het ervaren
van een bolle en zware buik, misselijkheid en braken, droge mond, vermoeidheid, angst, pijn en
obstipatie. Deze symptomen kunnen onder anderen komen door onderliggende ziektebeelden (zie
bijlage 2 voor de uitwerking hiervan). Uit de hier boven beschreven symptomen zijn drie symptomen
gekozen, twee somatische en een psychosomatisch symptoom. De gekozen somatische symptomen
zijn vermoeidheid en een droge mond, het gekozen psychosomatische symptoom is angst. Deze
symptomen zijn uitgewerkt in fase 2.


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sharondouma2. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.89. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76669 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$6.89  11x  sold
  • (1)
  Add to cart