100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Veilig ontwerpen, inrichten en beheren samenvatting colleges $3.33
Add to cart

Summary

Veilig ontwerpen, inrichten en beheren samenvatting colleges

 0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document zijn de verschillende colleges van het vak veilig ontwerpen, inrichten en beheren, onderdeel bestuursrecht, samengevat. Het is een goede en overzichtelijke samenvatting met een oefening erin verwerkt. Ook zijn vele wetsartikelen in deze samenvatting opgenomen. ...

[Show more]

Preview 4 out of 25  pages

  • December 7, 2020
  • 25
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting filmpjes week 1

Filmpje 1

Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat  de overheidstaken worden uitgevoerd door
het openbaar bestuur. De centrale overheid voert zelf taken uit en heeft een deel van de taken
overgeheveld aan decentrale (lagere) overheden die deze taken met eigen bevoegdheden op eigen
gezag uitvoeren. Enkele voorbeelden hiervan zijn:

 Jeugdwet;
 Participatiewet;
 Waterschappen;
 Provincie;
 Gemeente;
 Sociale verzekeringsbank en
 Het UWV.

Het openbaar bestuur is onder te verdelen in:

 A-organen (overheidsorganisaties);
 B-organen (andere organisaties/personen met overheidstaken).

Je mag alleen maar een bestuurstaak uitvoeren als in de wet hier een grondslag voor is neergelegd
(legaliteitsbeginsel).

Overheidsorganisaties kunnen niet zelf bestuurlijk handelen, dat doen hun organen 
bestuursorganen (art. 1:1 lid 1 Awb  lid 2 geeft hier een uitzondering op wie er niet onder
bestuursorganen worden gerekend).

Titel 1.1 Awb  definities begrippen.

Het college van Burgemeester en Wethouders (college van B&W) is wel een bestuursorgaan  het is
een a-orgaan.
Aan een a-orgaan is gesteld dat het een orgaan van een publiekrechtelijke rechtspersoon moet zijn.
College van B&W valt onder de gemeente (art. 125 Gw)  gemeente is een publiekrechtelijke
rechtspersoon (art. 2:1 lid 1 BW).
De conclusie die hier dus uit getrokken kan worden is dat het college van B&W een bestuursorgaan is
(a-orgaan).

In onderstaande afbeelding staan de a-organen weergegeven.

,Een gemeente is geen orgaan. De gemeente is een organisatie die zelfstandig drager is van rechten
en verplichtingen. Uiteindelijk is het de gemeente die bijvoorbeeld een koopovereenkomst sluit of
die aansprakelijk gesteld kan worden voor gemaakte schade. De organen van de gemeente zijn de
gemeenteraad, het college van B&W en de burgemeester.

Een ander voorbeeld is de staat. De staat is geen bestuursorgaan. De regering, ministerraad,
ministers en staatssecretarissen allemaal wel, met eigen bevoegdheden.

B-organen (met enig (ze hebben dus ook nog (heel veel) andere taken) openbaar gezag bekleed).
Denk hierbij aan:

 Privaatrechtelijke rechtspersonen (stichtingen, verenigingen, etc. (art. 2:3 BW) en personen
met enig openbaar gezag bekleed);
 Niet krachtens publiekrecht ingesteld, wel een wettelijke grondslag;
 Ze behoren niet tot de overheid;
 Alleen voor bestuurstaken die ze uitvoeren, treden ze op als bestuursorgaan!;
 Ze zijn voor een specifieke taak in het leven geroepen om te besturen;

Vb. APK-keurder, CBR, examencommissie.

Zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s): zijn zowel rechtspersoon als bestuursorgaan tegelijk.

 ZBO, tevens a-orgaan: UWV;
 ZBO, tevens b-orgaan: CBR.

Een b-orgaan heeft alleen maar met het bestuursrecht te maken als het die specifieke taak uitvoert.
Op al het handelen van die a-organen (ook al gaat het helemaal niet over besturen), dan zijn er toch
bepaalde regels uit de Awb van toepassing. Een a-orgaan heeft in zijn algemeenheid met het
bestuursrecht te maken.

Alleen bestuursorganen bezitten bevoegdheden op basis waarvan ze burgers bindende besluiten
kunnen laten nemen.
Burgers (en andere overheden) moeten zich hieraan houden.

In de meeste gevallen staat bezwaar en beroep open tegen besluiten van bestuursorganen
(rechtsbescherming burgers).
Alleen als je belanghebbende (art. 1:2 Awb) bent kan je bezwaar maken tegen een beslissing van een
bestuursorgaan.

Belanghebbende (art. 1:2 Awb): het belang van de burger wordt rechtstreeks geraakt door een
besluit.

Concreet:

 De geadresseerde van het besluit;
 Derde-belanghebbenden

Burger: natuurlijke personen (‘echte’ personen) en rechtspersonen
Overheid: bestuursorganen.

Natuurlijke persoon (art. 1:2 lid 1 Awb)  de volgende stappen kun je doorlopen om te bepalen of
er een rechtstreeks belang is:

1. Eigen belang;

, 2. Objectief bepaalbaar belang (een ieder moet in diezelfde situatie hetzelfde belang hebben).
Als iets heel persoonlijk is dan is het een subjectief bepaalbaar belang);
3. Actueel belang (het moet een nu actueel belang zijn en niet een in de toekomst onzeker
belang);
4. Persoonlijk belang (nabijheids- en zichtcriterium bij vergunningen omgevingsrecht);
5. Direct geraakt belang (stel subsidie muziekschool wordt stopgezet  muziekleraar op straat
 indirect gevolg (geen direct gevolg), vanwege stopzetten subsidie muziekschool).

Stel dochter maakt bezwaar voor vader  dit mag in eerste instantie niet  vader moet dochter dan
machtigen om bezwaar te maken namens hem  machtiging moet worden overlegd samen met het
bezwaarschrift  dan is het weer een eigen belang.

Ook rechtspersonen (zijn in het leven geroepen voor een bepaald onderwerp) kunnen
belanghebbende zijn: art 1:2 lid 3 Awb:
eigen belangen van rechtspersonen worden beschouwd als algemene en collectieve belangen die zij
krachtens hun doelstelling en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen.

 Het in het bijzonder behartigen van deze belangen moet normaliter blijken uit de doelstelling
van de rechtspersoon in notariële akte/statuten.

Stel een milieustichting wil optreden tegen de komst van een fabriek, dan moet wel duidelijk
blijken dat ze dat doel ook behartigen. Een andere vereniging (bv. behartigen sport) kunnen hier
dan niet tegen optreden, omdat die een ander doel behartigen.

Dit moet blijken uit de doelstelling van de rechtspersoon (staat meestal in notariële akte en
statuten weergegeven).

Informele vereniging aanmerken (art. 2:30 BW):
Groeperingen die niet zijn opgericht bij notariële akte, kijk in de jurisprudentie:

 Voldoende ledensubstraat;
 Voldoende organisatiestructuur/gericht op bepaald doel;
 Neemt deel als eenheid aan het rechtsverkeer.

Voldoet het hier eigenlijk niet aan  ontvankelijke verklaring  wordt helemaal niet in
behandeling genomen.

Handelingen van de overheid = bestuurshandelingen.

Feitelijke handelingen  niet gericht op rechtsgevolg  onrechtmatige daad is ook een feitelijke
handeling.
Rechtshandelingen  wel gericht op rechtsgevolg.

Alleen publiekrechtelijke rechtshandelingen kunnen besluiten zijn. Een besluit in de zin van art. 1:3
lid 1 Awb.

Besluit in de zin van de Awb als:

 Schriftelijk = brief/notulen/elektrisch (een e-mailtje bijvoorbeeld);
 Beslissing = bewuste wilsuiting (ook afwijzing);
 Van een bestuursorgaan: art. 1:1 Awb;
 Rechtshandeling = gericht op het ontstaan van een rechtsgevolg;
 Publiekrechtelijk van aard = publieke taakcriterium (algemeen belang).

, Bovenstaande is van belang, omdat je dan als burger in bezwaar kunt gaan.

Art. 6:2 Awb: voor bezwaar en beroep gelijkgesteld met een besluit!

Er zijn verschillende soorten besluiten:

 Beschikkingen (art. 1:3 lid 2 Awb)  een besluit in een concreet geval;
 Op verzoek of ambtshalve;
 Voor burger en bestuursorgaan ontstaan rechten en/of plichten;
 Specifiek geregeld in hoofdstuk 4 Awb;
 Een schriftelijke afwijzing van een aanvraag is ook een beschikking (art. 1:3 lid 2
Awb);
 Er zijn verschillende soorten beschikkingen;
 Ook een zaakcriterium kan hier onder vallen (bv. monumentaal pand);
 Gaat het om een specifieke club (hier kunnen meerdere personen onder vallen), dan
gaat het alsnog over een beschikking.
 Besluiten van Algemene Strekking (BAS)  niet gericht naar 1 persoon/naar 1 zaak;
 Algemeen verbindende voorschriften (avv);
 Plannen met rechtsgevolg;
 Beleidsregels;
 Concretiserende normen/BAS.

Filmpje 2

Algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb)  fatsoensnormen die bestuursorganen in acht
moeten nemen bij het bestuurlijk handelen (voor a-organen ook als ze privaatrechtelijk handelen).

Functies abbb:

 Rechtsnorm voor het bestuur;
 Beroepsgrond voor de burger;
 Toetsgrond voor de rechter.

Binnen algemene beginselen van behoorlijk bestuur kan er onderscheid worden gemaakt tussen:

 Formele abbb:
 Normen m.b.t. de voorbereiding van besluiten en m.b.t. besluitvorming en inrichting
van besluiten.
 Materiële abbb:
 Normen die de inhoud van besluiten betreffen.

Abbb: gelijke beginselen moet je gelijk behandelen.

Abbb bevat geschreven en ongeschreven regels (Awb), de ongeschreven regels zijn ook
toetsingskader op grond van art. 8:77 lid 2 Awb.

abbb


Formeel: Materieel:

Procedureel; Inhoudelijk

Hoe; Wat?

Totstandkoming en uitvoering Herstel doorgaans niet mogelijk.
besluiten;

Herstel mogelijk.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ENIJ. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.33. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71250 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.33
  • (0)
Add to cart
Added