Inleiding tot de Economie
1. Openingscollege Hilde Crevits
1.1. Economie voor Corona
1.1.1. Open Economie
- Centrale ligging Vlaanderen/België Poort tot Europa
Export > Import (1/3 jobs Vlaanderen)
o VL = 80 % Export België
o = Open Economie
- Export daalt met 30% Toeleveringsketens haperen, tekorten aan essentiële (medische)
producten
- Harde Brexit: bedreigt 28.000 banen
1.1.2. Krappe arbeidsmarkt
- Per vacature slechts 2 personen beschikbaar (vergrijzing)
Aantrekkelijk aanbod doen voor werkzoekenden
Werkzoekenden zonder juiste diploma + knelpuntberoepen (mismatch)
- Werkloosheid stijgt (8,6%) + vangnet werkloosheid (1 milj. op hoogtepunt crisis)
1.1.3. Hoge Producti viteit
- Groei productiviteit moet terug hoger (limieten v hard werken en gewone technologie
bereikt)
- Hele grote krimp, gevolgd door (verwachte) enorme stijging
1.1.4. Hoge Scholingsgraad
- 50% v 25-40 jarigen heeft hoger diploma
- Levenslang leren
- Sluiting scholen en universiteiten (leerachterstand) extra aandacht naar kwetsbaren
1.1.5. Innovati e-gedreven
- Hoge uitgaven R&D, sterke onderzoekscentra & universiteiten
- Innovatie aanvragen kwart meer dan anders boost door onduidelijkheid Corona.
- Kenniscentra en onderzoekers blijven aan top (vb. VIB)
1.2. Economie in tijden van Corona
Zie rode tekst
1.3. Relance na Corona
1.3.1. Relance part 1: EHBO
- 1,5 miljd coronapremies voor bedrijven en ondernemingen (Verplichte sluiting
Omzetverlies)
1.3.2. Relance part 2: investeren
,- Deficit spending (Keynes) Investeringen voor groei en dynamiek in bedrijfsleven
1. Veerkracht voor mensen op de arbeidsmarkt
Levenslang leren (achter op Europees gemiddelde) Boost geven aan online leren
Gebrek aan motivatie
Zeer veel inactieven en veel werkzoekenden
o Werkbare jobs
o Matching op de arbeidsmarkt
2. Sprong in digitalisering
Iedere Vlaming digitaal
Grote en kleine bedrijven digitaal
Voorsprong nemen met artificiële intelligentie en cyberveiligheid (AI impuls-programma)
o Ethische kwesties?
3. Sprong in duurzaamheid (klimaat en circulaire economie)
Circulaire economie
CO2 neutraal
Hefboom 1: Investeren in innovatie
Hefboom 2: Ondernemend handelen (Jongeren)
Vragenronde: (verder bekijken!)
- Begrotingsdiscipline: zorgvuldig omspringen, maar het is het moment om te investeren (heel
lage rente
- Belastingsdruk: aangelegenheid van alle regeringen Taxshift gebeurde reeds op federaal
niveau
- Jobbonus: extra bedrag voor laagste inkomens om werken aantrekkelijker te maken + extra
trigger om toch te gaan werken.
2. Welvaart en marktevenwicht
2.1. Economisten en welvaart
- Economie: “oikos nemein” (orde van het huishouden)
- ‘Het economische gebeuren’ ‘de economie’
= Complex systeem van productie en consumptie met beperkte middelen, waarin gezinnen,
bedrijven en overheid een rol spelen
- Studiedomein dat economisch gebeuren bestudeert (‘economische wetenschappen’)
= Inhoudelijke focus op creatie van welvaart, methodologische focus op het rationele handelen
van mensen in situaties van schaarste
Schaarste: vraag > aanbod (mogelijke aanwendingen > beschikbaarheid)
o Maatschappij kan niet alle goederen en diensten produceren die mensen
wenden omdat de hoeveelheid middelen schaars is (=/= zeldzaam)
, Welvaart: mate waarin behoeften binnen maatschappij worden bevredigd via schaarse
middelen Welzijn: mate waarin behoeften worden bevredigd via schaarse EN niet-
schaarse middelen (vb. Liefde)
o Typische concretisering: BBP (= optelsom v alle goederen en diensten die in een
jaar worden geproduceerd binnen de landsgrenzen en niet als input worden
gebruikt om verder afgewerkte producten mee te maken)
o Enorme stijging welvaart sinds I.R. 19e eeuw maar ook meer divergentie.
Opkomst kapitalisme
Productie binnen bedrijven
Ruil van producten via markt (handel) i.p.v. ruil
Private eigendom kapitaalgoederen
o Welvaart helpt met het ervaren van welzijn
2.2. Marktevenwicht
2.2.1. Markt
- Enkel via schaarse middelen welvaart doordachte inzet v.d. schaarse middelen cruciaal
(allocatie)
o Economist: best via ‘markt’
Arbeidsmarkt, milieumarkt, kapitaalmarkt (allocatie van productiefactoren)
Markten voor geproduceerde goederen en diensten
= Ontmoeting van kopers en verkopers, kopers bepalen de vraag (bereidheid tot kopen), verkopers
het aanbod (bereidheid tot verkopen).
Verhogen behoeftebevrediging via ruil.
- Voorstelling van de markt is meestal een vereenvoudigde versie van de werkelijkheid
o Factor, goed of dienst wordt homogeen verondersteld
o Veronderstelling veel kopers en verkopers: prijs exogeen (geen invloed)
2.2.2. Vraag
- Hoeveel bereid te betalen voor een bepaalde hoeveelheid
- Hoeveel bereid te kopen voor een bepaalde prijs
= Wet van de vraag
Bepaalt dat de gevraagde hoeveelheid van een goed of dienst daalt indien de prijs stijgt
(Ceteris Paribus = alle andere grootheden blijven hetzelfde, ongewijzigde
omstandigheden)
o Negatieve relatie vraagcurve
Verschuivingen: links = vraagafname, rechts = vraagtoename
Veranderingen door andere factoren
Prijsdaling goed A leidt tot daling vraag naar goed B
substitutiegoederen (Yogurt & chocolademousse etc…)
Prijsdaling goed A leidt tot toename vraag naar goed B
complementaire goederen (Yogurt & bosvruchten etc….)
2.2.3. Aanbod
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mvdberghe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.