Geschiedenis:
Romeinen:
Twaalftafelenwet: ontstond na opstand volk onduidelijke regels
Justinianus!: oprichter van het Romeinse recht
Wet (codex) van justinianus: alle oude wetten golden niet meer (privaatrecht)
Interpetacio: uitleg
Middeleeuwen:
Karel de Grote: omringde zich met geestelijk geleerde uit Europa en oorspronkelijke
Latijnse literatuur werd weer gelezen.
1100: eerste universitaire rechtenopleiding in Bologna (Italië)
Recidive: herhaling voorkomen
Preventie: bescherming
Een verdachte kon god laten getuigen
Landheren hadden veel macht op het platteland: kozen de schout, op die manier
hadden ze ook in de steden veel macht
Franse revolutie:
Napoleon: dictator, grondlegger van onze staatsinrichting
Montesquiu: Trias Politica
Uitvoerende macht: regering
Wetgevende macht: regering + parlement
Rechtsprekende macht: rechter
Napoleon kreeg de uitvoerende macht
Legaliteitsbeginsel: iemand kan alleen om grondige reden gestraft worden (nulla
poena)
1806: Franse wetten doorgevoerd in Nederland (koninkrijk Holland)
Code napoleon / civiel: frans wetboek waar ons burgerlijk wetboek op gebaseerd is
19e eeuw:
Carl von Savigny heeft een boek geschreven
Staatsregeling 1789: 1e grondwet ooit
1814: 1e NL-grondwet, maar deze was niet democratisch. Willem| had 50%(rechten),
het volk heeft 50% (plichten)
1848: laatste grondwetherziening
1901: leerplicht
Oorlog:
Hoge Raad accepteerde Duitse bezetting en Duitse wetgeving
Politieke minesteriele verantwoordelijkheid: minister verantwoordelijk voor de
uitspraken/ daden van de koning
Code penal: op dit Frans wetboek is ons wetboek van strafrecht gebaseerd
, Objectieve recht: rechtsregels die door de overheid zijn vastgesteld of erkend met het doel
de samenleving te ordenen
Materiel recht: regels die rechten verlenen en verplichtingen opleggen tussen burgers
onderling en tussen burgers en overheid, maar ook tussen overheden onderling
Formeelrecht: regels die aangeven hoe het materieel recht gehandhaafd kan worden
(procesrecht)
Objectief recht: regels/ normen, geheel van geldende rechtsregels
Subjectief recht: bevoegdheid of plicht
Rechtssubjecten: personen die deelnemen aan het subjectieve recht
Rechtsobject: het voorwerp van een wet
Dwingend recht: je mag er niet vanaf wijken (signaalwoord nietig)
Nietigheid: een rechtsgevolg wordt geacht nooit te hebben bestaan
Aanvullend recht: zelf invulling geven, binnen de grenzen van de wet
Semidwingend recht: partijen mogen van de wettelijke regels afwijken, binnen bepaalde
grenzen
Rechtsbronnen: de Wet, gewoonterecht, jurisprudentie en verdragen
Interpretatie: de rechter moet in een concreet geval vaststellen wat de betekenis van de
toepasselijke regel.
Rangorde: grondwet, wetten in formele zin, algemeen maatregelen van bestuur,
minesteriele regelingen, provinciale verordeningen, gemeentelijke verordening
Recht: het geheel van geldende rechtsregels
Subjectief recht: bevoegdheid die iemand kan ontlenen aan een regel ui het objectieve recht
Rechtssubjecten zijn dragers van rechten en plichten die ontstaan als gevolg van
rechtsfeiten
Interpretatie: de rechter stelt vast wat de betekenis is van de toepasselijke regel van het
objectieve recht
Blote rechtsfeiten: geboorte en dood
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliavanlaanen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.43. You're not tied to anything after your purchase.