1.1 theorieën over menselijk gedrag
Menselijk gedrag is een complex gegeven, waarvoor geen eenduidige verklaring te geven is. sinds
de psychologie zich als erkende wetenschap heeft verworven in de samenleving en binnen de
wetenschappelijke wereld, hebben zich verschillende stromingen of scholen ontwikkeld, die
allemaal een andere invalshoek hanteren voor het verklaren van het menselijk gedrag.
Hier volgt een korte uiteenzetting van drie belangrijke psychologische stromingen. De
systeemtheorie wordt in dit kader als vierde stroming opgevat.
1.1.1 de psychoanalyse
Sigmund Freud wordt wel gezien als de vader van de psychologie. Freud heeft de grondslag gelegd
voor de psychoanalyse. Een definitie van de psychoanalyse dient de volgende twee componenten
te bevatten:
1. de psychoanalytische theorie;
Deze behandelt de dynamiek van de psychische processen van de mens, die voor een
belangrijk deel onbewust zijn en worden bepaald door verdringing en afweermechanismen.
De voorwerpen van de afweer worden gevormd door onaanvaardbare, pijnlijke of angst
verwekkende bewustzijnsinhouden, die vaak te maken hebben met seksuele of agressieve
driften.
2. de psychoanalytische therapie;
Dit is de vorm van therapeutisch handelen waarbij uitsluitend psychische
beïnvloedingsmiddelen worden aangewend om stoornissen op het spoor te komen en op te
heffen, met het doel om ziekten te genezen.
Als eerste benoemde Freud een aantal fasen die de mens doorloopt van pasgeborene tot
volwassene. De lichamelijke, seksuele en psychische ontwikkeling van mensen hangen volgens
hem nauw met elkaar samen.
Freud onderscheidt drie ontwikkelingsfasen: de orale fase, de anale fase en de fallische en genitale
fase. Wanneer een kind een bepaalde fase niet goed doorloopt, zal het de niet volledig
doorgewerkte elementen uit deze fase meenemen naar de volgende fase. Deze erfenis kan zich
later aandienen als een persoonlijkheidsstoornis of een psychische aandoening als angst of
depressie. Het is dus van belang elke fase goed af te ronden, alvorens tot een volgende over te
gaan.
Een belangrijk gegeven uit de psychoanalyse is het persoonlijkheidsmodel van Freud. Hierin
worden drie elementen onderscheiden: het Über-Ich, het Ich en het Es. Het Ich heeft een sturende
en coördinerende functie. Het moet laveren tussen het Es en het Über-Ich. In het Es verblijven de
driften, de impulsen en de seksualiteit, die voortdurend de aandacht van de persoon vragen.
Doordat het individu de waarden, normen, geboden en verboden van de samenleving heeft
verinnerlijkt in zijn Über-Ich, kan de samenleving door middel van het Über-Ich toezicht houden op
het gedrag van het individu. Door het Über-Ich oefent de persoon zelf de sociale controle uit met
betrekking tot al die voorschriften, regels en verboden die hem geleerd zijn door ouders,
familieleden, onderwijzers, politie, justitie en andere maatschappelijke instanties die als taak
hebben mensen te socialiseren en in het gareel te houden.
De verhouding tussen het Es en het Über-Ich was in de tijd van Freud zeer problematisch, omdat
hij leefde in een zeer preutse periode. In die tijd kwamen ‘normale’ mensen met hun ‘gezonde’
driften en verlangens in conflict met de maatschappelijke normen die hun veel te weinig vrijheid
boden voor het uitleven van die driften.
Een derde aspect van de theorie van Freud – naast de genoemde ontwikkelingsfasen en het
persoonlijkheidsmodel – is zijn aandacht voor het onbewuste. Met name door zijn onderzoek naar
het droomleven van mensen ontdekte Freud dat er naast ons kennende bewustzijn van de
werkelijkheid ook heel veel in ons leeft waarvan we ons niet bewust zijn.
De essentie van Freuds theorie is als volgt weer te geven: de mens moet tijdens zijn leven in het
reine zien te komen met twee principes: het lustprincipe, dat stelt dat je in het leven zo veel
mogelijk moet zien te genieten, en het realiteitsprincipe, dat ons duidelijk maakt dat het in het
leven niet altijd feest kan zijn en dat de samenleving allerlei grenzen stelt aan de realisering van
het lustprincipe. Laveren tussen het lustprincipe en het realiteitsprincipe is dus geboden. Dit
laveren is de taak van het Ich.
1.1.2 het behaviorisme
, 2
Anders kijken
Zoals men de psychoanalyse kan omschrijven als de psychologie van het innerlijk, van de
processen die zich binnen iemands persoonlijkheid voltrekken, kan het behaviorisme worden
omschreven als de psychologie van het uiterlijk waarneembare gedrag.
Het behaviorisme is een theorie over de wijze waarop mensen leren. De mens wordt gezien als een
lerend wezen. Alle menselijk gedrag is aangeleerd. De mens komt als een tabula rasa, een
onbeschreven blad, ter wereld. Vanaf zijn geboorte doet hij ervaringen op en leert hij. Veel van wat
de mens nog niet kan, kan alsnog worden aangeleerd, en ongewenst gedrag kan worden afgeleerd.
Binnen het behaviorisme bestaan theorieën over de verschillende manieren waarop mensen leren.
Begrippen als conditionering, stimulus, respons en bekrachtiging verwijzen naar de onbewuste en
bewuste leerprocessen die aan het menselijk gedrag ten grondslag liggen.
Ivan Petrovitsj Pavlov deed experimenten met honden. Hij gaf honden een stuk vlees en liet
tegelijkertijd een bel gaan. De honden reageerden daarop steeds met een sterke
speekselafscheiding. Pavlov ontdekte dat deze speekselafscheiding zich ook voordeed wanneer hij
na verloop van tijd wél de bel liet rinkelen, maar geen vlees meer gaf aan de dieren. Dit
verschijnsel wordt klassieke conditionering genoemd.
Burrhus Frederic Skinner die als belangrijkste vertegenwoordiger van het behaviorisme wordt
gezien, was in staat ratten te programmeren een hendel in te drukken, wat tot gevolg had dat ze
te drinken kregen. Ook wanneer de beloning uitbleef, gingen de ratten door met het aangeleerde
gedrag. Dit verschijnsel werd aangeduid met het begrip operante conditionering.
De therapievorm die gebaseerd is op het behaviorisme wordt gedragstherapie genoemd. Dat is een
therapievorm die beoogt gewenst gedrag aan te leren en ongewenst gedrag af te leren. Het is
bekend dat fobieën vaak goed door middel van gedragstherapie behandeld kunnen worden.
Het uitgangspunt van het behaviorisme is dat we niet in het binnenste van de mens kunnen kijken
en dat we het moeten doen met wat we kunnen zien: het waarneembare menselijk gedrag.
Wensen, behoeften en gevoelens zijn geen hanteerbare grootheden voor deze psychologische
benaderingswijze, omdat ze niet waarneembaar zijn. Dit uitgangspunt deelt het behaviorisme met
de systeemtheorie.
1.1.3 de humanistische psychologie
Binnen deze richting ligt de nadruk op de menselijke mogelijkheden, de mogelijkheid van de mens
om te kiezen en zich te ontplooien. De verwante filosofische stroming, het existentialisme, waarvan
Sartre de belangrijkste vertegenwoordiger was, benadrukt de vrijheid van de mens als
bestaansgrond en stelt dat voor de mens het maken van keuzes in zijn leven zijn belangrijkste
mogelijkheid en tegelijkertijd zijn belangrijkste plicht is. Hij mag niet allen kiezen, hij moet ook
kiezen. Hij mag belangrijke keuzes niet uit de weg gaan.
Volgens de humanistische psychologie hebben mensen een aangeboren behoefte aan groei en
zelfontplooiing of zelfverwerkelijking. Abraham Harold Maslow, de theoreticus van deze stroming,
heeft zich vooral beziggehouden met de vraag wat mensen kunnen en wat de grenzen van deze
menselijke mogelijkheden zijn. Hij komt daarbij tot een onderverdeling van de menselijke
behoeften in vijf typen. Deze behoeften vormen een oplopende reeks, in die zin dat de behoefte
van het ‘lagere’ type eerst bevredigd moet zijn voordat de behoefte van een ‘hoger’ type zich ter
realisering kan aandienen. Zijn behoeftenhiërarchie omvat in volgorde de volgende vijf typen:
1. fysieke behoeften, als eten, drinken en seksualiteit.
2. Behoefte aan veiligheid: een dak boven je hoofd, de zekerheid dat je ouders voor je zorgen
en zich verantwoordelijk voor je voelen, de afwezigheid van oorlog en een politiek klimaat
dat wordt gekenmerkt door de afwezigheid van bedreiging, geweld en politieke willekeur.
3. Behoefte aan liefde, affectie en de behoefte om bij andere mensen te horen.
4. Behoefte aan achting en waardering. Voor de ontwikkeling van hun zelfrespect hebben
mensen nodig dat ze worden gewaardeerd, dat men hen prijst, bevestigd en respecteert.
Als aan al deze behoeften is voldaan, dient de behoefte aan zelfverwerkelijking zich aan. Volgens
Maslow komt de mens pas bij de bedoeling en zin van zijn bestaan als hij deze behoefte serieus
neemt.
De eerste vier behoeften noemt Maslow ‘deficiëntiebehoeften’. Het zijn behoeften die te maken
hebben met ervaren tekorten en die steeds weer opnieuw slechts tijdelijk bevredigd kunnen
worden. De laatste behoefte, de behoefte aan zelfverwerkelijking, is van een geheel andere aard,
aangezien deze niet echt bevredigd kan worden. Als mensen zich met hun zelfverwerkelijking gaan
bezighouden, stappen ze in een proces dat geen einde kent. Maslow denkt dan aan zelfkennis,
psychologisch inzicht in de eigen persoonlijkheid, aan passieve en actieve kunstbeoefening. Het
belangrijkste is in zijn optiek de belangstelling voor spiritualiteit, religie en zingeving.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jessicakruidhof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.