Hoofdstuk 1,2,9,11,12,13 en 15
January 25, 2021
11
2017/2018
Summary
Subjects
psychologie
sociologie
theoriëen
groepen
conflicten
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool van Amsterdam (HvA)
Sociaal Juridische Dienstverlening
Gedrag En Samenleving
All documents for this subject (22)
Seller
Follow
elviravtw
Content preview
Gedrag en samenleving samenvatting
Hoofdstuk 1: Gedrag en invloeden op gedrag
- Psychologie= de wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van gedrag van mensen, van de
mentale processen die aan dat gedrag ten grondslag liggen en van de factoren die op gedrag van
invloed zijn
bestudeert het gedrag van de mens als individu (eigenschappen)
- Sociale psychologie= de psychologie die de wisselwerking tussen het individu en zijn sociale omgeving
bestudeert
Houdt zich bezig met sociale beïnvloeding, macht en leiderschap en met het gedrag van mensen in
groepen
- Sociologie= bestudeert de manier waarop mensen samenleven binnen bepaalde gemeenschappen of
samenlevingsverbanden
Bestudeert het gedrag van mensen in grotere groepen
Psychologie is gericht op individu (micro) en sociologie op groepen (macro)
- Het gaat allemaal over gedrag
Gedrag= alle waarneembare handelingen en reacties van een persoon
Psychologen onderzoeken ook innerlijke processen die het (waarneembare) gedrag beïnvloeden
Bewust en onbewust gedrag:
Gedrag wordt beïnvloed door bewuste gedachten en gevoelens, voor langere termijn en je moet er
over nadenken (5%)
Gedrag wordt beïnvloed door onbewuste gedachten en gevoelens, dagelijkse routine (95%)
Reflexmatig gedrag:
Natuurlijke reflexen (reactie van spieren)
Aangeleerde reflexen (automatisch gedrag) klassieke conditionering
Gedrag wordt bepaald door erfelijke factoren en omgevingsfactoren
- Opvoeding en sociale omgeving bepalen hierbij sterk of een bepaalde aanleg tot uiting komt
Lichamelijke factoren: de genen/het wel of niet goed functioneren van de hersenen en, of
zenuwstelsel -> beïnvloed het psychisch functioneren
Psychische factoren: vermogens en
leerervaringen/persoonlijkheidseigenschappen/drijfveren/attitudes/zelfbeeld -> beïnvloed het
lichamelijk functioneren
Sociale factoren: je gedrag wordt beïnvloed door andere mensen/primaire groep: ouders, broers en
zussen, kinderen, partner/secundaire groep: vrienden, oom en tante etc./ imitatiemodel/ rolgedrag
Culturele en spirituele factoren: waarden en normen (cultuur) /geloof (spiritueel)
Fysische en geografische factoren: jaargetijde en klimaat (fysische)/ stad, platteland, dorp
(geografisch)
- Psychologische visies
De eerste stroming de psychoanalyse (Freud): stelt dat onbewuste krachten als driften van de mens
bepalen. De driften moeten gekanaliseerd en gesublimeerd worden
De tweede stroming het behaviorisme: richt zich alleen op gedrag, en niet op het innerlijk. Elk gedrag
is aan en af te leren
De derde stroming de humanistische psychologie: ziet wel een zekere aanleg bij mensen, maar de
omgeving zorgt voor vruchtbare grond. Mensen hebben behoefte om zich te ontwikkelen
De vierde stroming de cognitieve psychologie: richt zich niet alleen op gedrag, maar ook op de
innerlijke processen die het gedraag beïnvloeden. Mensen gaan actief en betekenisvol met situaties
om.
De positieve psychologie: nieuwe stroming die zich richt op het bestuderen en bevorderen van welzijn
en geluk
Hoofdstuk 2: Persoonlijkheid
- Persoonlijkheid= de verzameling van duurzame eigenschappen die iemand kenmerken. Die
eigenschappen bepalen hoe iemand denkt, voelt en zich gedraagt
Wordt bepaald door: erfelijke factoren en door omgevingsfactoren
Persoonlijkheid komt tot uiting in gedrag
Hoe iemand geneigd is zich te gedragen
, Het is uniek
Het is relatief duurzaam
- Psychoanalyse (visie 1) -> Freud stelt dat de persoonlijkheid bestaat uit drie delen:
Het id: een reservoir vol met driften of lusten (seksuele of agressieve aard) -> vanaf de geboorte en in
je opvoeding word je geleerd hoe er mee om te gaan
Het ego: centrale, besturende deel van de persoonlijkheid -> houdt het id onder controle en zorgt dat
de driften op een gezonde acceptabele manier tot uiting kunnen komen
Het superego: ontwikkeld zich uit het ego en is te beschouwen als een soort geweten, de verinnerlijkte
ouderlijke geboden en verboden. Bovendien bestaat het uit de idealen die je voor jezelf hebt
De theorie is samen te vatten in drie stellingen:
1. De mens is een conflictwezen
2. De mens is een driftwezen
3. De mens is een psychisch gedetermineerd
De persoonlijkheid is gevormd na de eerste 6 jaar van je leven. Essentiële veranderingen zijn op latere
leeftijd niet meer mogelijk
- Het oedipuscomplex (= het kind ontwikkeld gevoelens met liefde voor de ouder van het andere
geslacht en reageert met vijandigheid en ambivalentie op de ouder van hetzelfde geslacht) bestaat uit
drie fases:
De orale fase; lust of onlust. Kind leert vertrouwen op verzorgende volwassene(n), hecht zich aan hen
en zoekt veiligheid bij hen
De anale fase; beleeft plezier aan poepen en plassen. kind ontwikkelt een eigen wil en een zekere
zelfstandigheid
De fallische fase; het kind ontdekt de geslachtsorganen en kan daar lust aan beleven.
Volgens Freud is het oedipuscomplex opgelost als het kind een duidelijke sekserol heeft gekozen en
zich is gaan identificeren met personen van hetzelfde geslacht
Verder is er volgens Freud ook nog de latente fase, een periode waarin de seksuele lust ondergronds
gaat, daarna komt de genitale fase, hierin is de adolescent in staat een betekenisvolle relatie aan te
gaan met een persoon van het andere geslacht
- Freud stelt dat onbewuste drijfveren hebben een belangrijke invloed op onze persoonlijkheid en ons
gedrag
Hij ziet in het onbewuste negatieve, bedreigende krachten
- De theorie beschrijft driften en onbewuste krachten. Het ego en het superego ontwikkel je als verweer
tegen ongewenste driften en lusten uit het id. Vroege jeugdervaringen ziet Freud als zeer bepalend
voor de persoonlijkheid. Een centraal thema in de ontwikkeling van het kind in het oedipuscomplex.
- Neofreudianen en andere psychoanalytische visies
Neofreudianen Erikson en Horney vinden dat ontwikkeling je hele leven door plaats vindt en niet
alleen de eerste 6 jaar van je leven.
Horney: basisangst, het gevoel van onveiligheid is belangrijker dan seksuele drift. Wijkt af van Freud
met haar visie op vrouwelijke seksualiteit. Vrouwen zijn niet afgunstig voor het geslachtsdeel, maar
voor de positie van de man in de maatschappij. Mannen zijn jaloers omdat zij geen kinderen kunnen
baren. Zij wijst op negatieve gevolgen voor het kind van ouderlijke onverschilligheid.
Erikson: ontwikkeling na de jeugd gaat sterk door, als er iets beschadigt is kun je dit nog herstellen in
de toekomst. Een mens kan in het latere leven minderwaardigheidsgevoelens uit zijn jeugd kwijtraken.
Ook de identiteitscrisis kan op latere leeftijd worden opgelost.
De ontwikkelingsfasen volgens Erikson:
1. Vertrouwen tegenover wantrouwen (0-1)
2. Zelfstandigheid tegenover schaamte en twijfel (1-3)
3. Initiatief tegenover schuldgevoel (3-6)
4. Vlijt tegenover minderwaardigheid (6-11)
5. Identiteit tegenover rolverwarring (12-20)
6. Intimiteit tegenover isolatie (18-30)
7. Generativiteit tegenover stagnatie (30-60)
8. Integratie tegenover wanhoop (60 en ouder)
Anna Freud, de dochter van Freud stelt dat afweermechanismen tot de onbewuste invloeden behoren
(Afweermechanismen= onbewuste, automatische reacties die je beschermen tegen het ervaren van te
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elviravtw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.71. You're not tied to anything after your purchase.