Studenten blijven thuis
Iedere zomer gaan duizenden kersverse
studenten op zoek zijn naar een kamer. Veel
studenten verlaten het warme nest en slaan
de vleugels uit. Dit hoort toch immers bij het
studentenleven? Dit blijkt niet langer het geval
te zijn.
Uit cijfers van het Kenniscentrum voor
Studentenhuisvesting Kences is gebleken dat
studenten liever bij hun ouders willen blijven dan dat ze op kamers gaan. Ook
tweedejaarsstudenten kiezen er steeds meer voor om thuis te blijven wonen.
Waarom?
ONS NIEUWE LEENSTELSEL
Sinds september 2015 kennen we in Nederland een studievoorschot. Vanaf het
collegejaar 2014-2015 krijgen nieuwe studenten van een bachelor- of
masteropleiding geen basisbeurs meer. Voorheen kregen studenten geld van de
overheid om hun studie te kunnen financieren. Na het behalen van een diploma
binnen een termijn van tien jaar, kreeg de student de eerste vier jaren van zijn studie
als gift. Studenten hoefden het collegegeld niet terug te betalen na het afronden van
hun opleiding.
In 2015 is de basisbeurs afgeschaft en dit is in het nieuwe leenstelsel vervangen
door het studievoorschot. Dit betekent dat studenten tegen gunstige voorwaarden
geld kunnen lenen van de overheid. Er wordt niet langer een onderscheid gemaakt
tussen thuis- en uitwonende studenten zoals wel werd gedaan in het oude
leenstelsel. Thuiswonende studenten kregen vóór de invoering van het nieuwe
leenstelsel een basisbeurs van ongeveer 100,25 euro per maand. Voor uitwonende
studenten was dit maandelijkse bedrag zelfs 279,14 euro. Deze maandelijkse
bedragen zijn nu weggevallen.
Uit het onderzoek van Kences is gebleken dat het aandeel uitwonenden de
afgelopen twee jaar is gedaald van 53% naar 49% procent, en dit terwijl de helft van
die studenten nog onder het oude leenstelsel valt. Onderstaand figuur laat duidelijk
het onderscheid zien tussen thuis- en uitwonende studenten vóór het nieuwe
leenstelsel, en de studenten die vallen onder het nieuwe leenstelsel.
Iedere zomer gaan duizenden kersverse
studenten op zoek zijn naar een kamer. Veel
studenten verlaten het warme nest en slaan
de vleugels uit. Dit hoort toch immers bij het
studentenleven? Dit blijkt niet langer het geval
te zijn.
Uit cijfers van het Kenniscentrum voor
Studentenhuisvesting Kences is gebleken dat
studenten liever bij hun ouders willen blijven dan dat ze op kamers gaan. Ook
tweedejaarsstudenten kiezen er steeds meer voor om thuis te blijven wonen.
Waarom?
ONS NIEUWE LEENSTELSEL
Sinds september 2015 kennen we in Nederland een studievoorschot. Vanaf het
collegejaar 2014-2015 krijgen nieuwe studenten van een bachelor- of
masteropleiding geen basisbeurs meer. Voorheen kregen studenten geld van de
overheid om hun studie te kunnen financieren. Na het behalen van een diploma
binnen een termijn van tien jaar, kreeg de student de eerste vier jaren van zijn studie
als gift. Studenten hoefden het collegegeld niet terug te betalen na het afronden van
hun opleiding.
In 2015 is de basisbeurs afgeschaft en dit is in het nieuwe leenstelsel vervangen
door het studievoorschot. Dit betekent dat studenten tegen gunstige voorwaarden
geld kunnen lenen van de overheid. Er wordt niet langer een onderscheid gemaakt
tussen thuis- en uitwonende studenten zoals wel werd gedaan in het oude
leenstelsel. Thuiswonende studenten kregen vóór de invoering van het nieuwe
leenstelsel een basisbeurs van ongeveer 100,25 euro per maand. Voor uitwonende
studenten was dit maandelijkse bedrag zelfs 279,14 euro. Deze maandelijkse
bedragen zijn nu weggevallen.
Uit het onderzoek van Kences is gebleken dat het aandeel uitwonenden de
afgelopen twee jaar is gedaald van 53% naar 49% procent, en dit terwijl de helft van
die studenten nog onder het oude leenstelsel valt. Onderstaand figuur laat duidelijk
het onderscheid zien tussen thuis- en uitwonende studenten vóór het nieuwe
leenstelsel, en de studenten die vallen onder het nieuwe leenstelsel.