- Niet alle geneesmiddelen zijn op eenzelfde manier toe te dienen bv: door onderscheid in oplosbaarheid (een
onoplosbare stof kan niet intravasculair toegediend worden).
- Niet alle geneesmiddelen zijn voor een bepaald zelfde doel samengesteld en zijn onwerkzaam of zelfs toxisch
wanneer zij op een andere wijze worden toegediend.
- Sommige geneesmiddelen worden afgebroken in sommige organen bv insuline wordt onwerkzaam in de maag.
- Geneesmiddelen moeten soms onder verschillende vormen beschikbaar zijn omwille van de ziektetoestand van
de patiënt bv een brakende patiënt een suppo toedienen.
1.1. Lokale vs systemische werkzaamheid
Lokale werkzaamheid = toediening direct op de plaats waar het effect moet hebben, het farmacon moet dus kunnen
vrijkomen.
Systemische werkzaamheid = wanneer het farmacon in de bloedbaan of lymfebaan terechtkomt en langs hier in het
lichaam verdeeld wordt, de werking treedt niet op vanuit plaats van toediening.
- Oraal toegediende preparaten komen 80% voor. Ze komen in de algemene circulatie terecht via het hepatisch
poortaderstelsel.
- Verschillende vormen: tabletten, poeders, capsules, siropen, dranken, …
- Werking door passieve diffusie doorheen gastro-intestinale membranen. Vanuit de darmen via de darmwand
naar de bloedbaan. Meeste geneesmiddelen worden in de dunne darm geresorbeerd.
, - Soms worden geneesmiddelen tegen afbraak in de maag beschermt aan de hand van een Enteric Coating dat
enkel oplost in een alkalisch milieu.
- Er bestaan ook preparaten met gecontroleerde vrijgifte om constante plasmaspiegels te verkrijgen.
De resorptie wordt beïnvloed door fysiologische factoren:
- Maaglediging
- Darmmobiliteit
- Toestand van de patiënt
- Gelijktijdige opname met andere voedingsstoffen bv sinaasappelsap, pompelmoes sap en drop
- Verblijfsduur in de maag
Als het maagdarmstelsel wordt stilgelegd gaat de resorptie minder goed lukken als bv het lichaam veel aandacht
moet geven aan vitale functies.
2. Rectale toediening
- Suppo of klysma voor lokale of systemische aandoeningen.
- Passage rectale mucosa door dezelfde mechanismen als op andere plaatsten in het gastro-intestinaal stelsel
(vanuit de onderste hemorroïdale venae rechtstreeks in de systemische circulatie via passieve diffusie waarbij
het poortaderstelsel wordt vermeden).
Nadelen:
- Veel kleiner resorptie-oppervlak dan de darm
- Slecht voorspelbare biologische beschikbaarheid
- Moeilijk bij verstoorde functie van het gastro-intestinaal stelsel
3. Sublinguale toediening
Korte verblijfsduur van farmacon in de mondholte waar het oplost in het speeksel en doorheen het mondslijmvlies
in de algemene circulatie terechtkomt.
Het geneesmiddel moet dus goed oplosbaar zijn in het speeksel om werkzaam te zijn via deze weg.
1.2.2. Parenterale toediening
1. Intravenzeuze toediening
- Geen resorptie, het geneesmiddel komt rechtstreeks in de venen van de bloedbaan terecht.
- Snelle toediening en het geneesmiddel heeft snel effect.
- Bij slechte biologische beschikbaarheid na orale toediening. Geeft aan in welke mate de werkzame stoffen
van een geneesmiddel beschikbaar komen op de bedoelde plek.
- Toedieningssnelheid kan worden aangepast om de plasmaconcentratie binnen bepaalde grenzen te houden
bv infuuspomp.
Nadeel: risico op complicaties (anafylactische reacties, plotse massieve antigeen-antilichaam reactie)
,2. Intramusculaire toediening
Resorptie afhankelijk van:
- Doorbloeding van het spierweefsel (hoe hoger de doorbloeding hoe beter de resorptie)
- Volume van de spier
- Viscositeit van het farmacon
- pH van het farmacon
- Buffercapaciteit van het farmacon
Waterige oplossingen worden in 10 à 30 minuten geresorbeerd.
Depot-preparaten = onoplosbare en olieachtige oplossingen vormen een depot (bewaarplaats) in het spierweefsel
met trage resorptie.
3. Subcutane toediening
- Toediening via inspuiting in het onderhuidse bindweefsel (onder opperhuid en lederhuid)
- Veel minder snelle resorptie van de medicatie omdat er minder bloedvaten aanwezig zijn.
- Grotere spreiding van de medicatie door de trage resorptie.
- Enkel isotonische oplossingen toedienen via subcutane inspuitingen.
4. Intradermale toediening
- Mantoux test = TBC-screening
- Inbrengen van een zeer kleine hoeveelheid in de lederhuid.
Tuberculine wordt ingespoten, daardoor ontstaat er een papel. Na 3 dragen wordt er afgelezen of de papel groter
wordt of verdwijnt.
5. Pulmonaire toediening
- Lokale en systemische werking
- Resorptie van het geneesmiddel in de long wordt vergemakkelijkt door zeer grote oppervlakte van alveolaire
membranen en het hoge debiet.
- Gasvormige of vluchtige stoffen: anesthetica en meestal gebruikt voor systemische werking.
- Grootte van deeltjes is bepalend voor de mate van penetratie in de luchtwegen. Hoe kleiner de deeltjes hoe
dieper ze in het pulmonale systeem doordringen.
Aërosols = vaste of vloeibare deeltjes gesuspendeerd in de lucht die meestal worden gebruikt voor lokale werking.
6. Transdermale toediening
- Bv zalven, crèmes, poeders, …
, - Lokale behandeling, systemische werking wordt zo veel mogelijk beperkt.
- Diffusiesnelheid doorheen de huid wordt bepaald door de vetoplosbaarheid van het farmacon.
- Resorptie doorheen de huid is slecht voorspelbaar. Vooral de hoornlaag vormt een barrière voor de snelle
resorptie. De hoornlaag bestaat uit een dicht aan elkaar geplakte celstructuur en een verminderde
hoeveelheid intracellulair vet.
2. Materialen bij inspuitingen
- Geneesmiddel
- Oplosmiddel
- Spuit
- Naald
2.1. Geneesmiddel en oplosmiddel
2.2. Naalden
Naalden kunnen opgedeeld worden in:
- Gebruikswijze
- Lengte in mm
- Diameter in G (gauche). Hoe hoger de G, hoe smaller de naald.
- Adhv kleurencodes
Optreknaalden 16 – 19 G 38 – 50 mm
IV afname 19 – 20 G 38 – 50 mm
IM 21 – 22 – (23) G 38 – 40 mm
IM kinderen 23 – 24 G 24 – 25 mm
IV toediening 22 – 23 G 38 – 50 mm
Intradermaal 26 G 10 mm
5 – 12 mm (loodrecht)
Subcutaan 23 – 26 G 5 – 12 mm (kinderen loodrecht)
19 – 32 mm (hoek 45°)
3. Soorten spuiten en hun doeleinden
3.1. Basisvorm spuit
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lenavd001. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.57. You're not tied to anything after your purchase.