H8 STOFWISSELING VAN LIPIDEN
Vertering en absorptie van lipiden
Zie tekening 1
Grootste aandeel van lipiden in onze voeding = vrije vetzuren en hun esters met glycerol
Lipiden = Apolair
vooraleer ze kunnen worden afgebroken dienen ze in het waterige milieu van de
darmen “opgelost te worden”
o alleen zo kunnen de aanwezige enzymen (eiwitten) de lipiden bereiken en ze in
stukjes breken
Binnenkomen dunne darm: lipiden komen in contact met galvloeistof deze bevat
galzouten die de lipiden emulgeren, of ze verdelen in kleine lipidedruppeltjes
o Lipase breekt dan de aanwezige glyceriden af tot monoglyceriden en vrije
vetzuren
o Nog steeds blijven lipofiele bestanddelen omringd door galzouten houdt ze in
oplossing = micel
Monoglyceriden en vrije vetzuren passeren zonder veel moeite het lipofiele luminale
membraan van de enterocyt
Eens in de cel :
Lange keten vetzuren en monoglyceriden worden opnieuw veresterd tot triglyceriden, die
dan verpakt worden in chylomicronen deze deeltjes in de lymfebaan gebracht en
bereiken zo de algemene bloedsomloop
Vetzuren met een kortere ketenlengte (<12-14C) kunnen niet tot triglyceriden worden
veresterd en komen via diffusie terecht in de bloedbaan
Cholesterol uit de voeding passeert het luminale membraan via cholesterol-transporteiwitten
eens in de enterocyt wordt cholesterol veresterd met vetzuren
zowel cholesterol als cholesterolesters worden dan verpakt in chylomicronen, en kome
via de lymfe in de algemene circulatie terecht
Vettransport doorheen het lichaam: lipoproteïnen
Lipiden komen NOOIT afzonderlijk voor in het plasma omwille van hun geringe oplosbaarheid in
water
- Vrije vetzuren kunnen in plasma worden vervoerd gebonden aan albumine
- Triglyceriden worden gebonden aan zeer specifieke en welbepaalde
plasmaproteïnencomplexen, de lipoproteïnen
o Binnenste = cholesterolesters, TG
o Buitenste = fosfolipiden, cholesterol, eiwitten
Lipoproteïnen zijn vet-eiwitcomplexen die zorgen voor het vervoer van vetten in het organisme
Transportpartikels bestaande uit:
o Een eiwitgedeelte (plasmaproteïne), het apoproteïne
o Een vetgedeelte bestaande uit een mengsel van verschillende lipiden zoals
Triglyceriden
cholesterol(esters)
fosfolipiden
, Er kunnen 5 verschillende groepen onderscheiden worden op basis van een verschil in gewicht en
dus samenstelling:
- Chylomicronen transport van TG vanuit darmstelsel
- Very Low Density Lipoproteïnen (VLDL) endogeen transport van TG
- Intermediate Density Lipoproteïnen (IDL)
- Low Density Lipoproteïnen (LDL) transport cholesterol naar weefsel
- High Density Lipoproteïnen (HDL) transport cholesterol terug naar lever
Lipoproteïnen
- Bol of schijfvormige aggregaten van lipiden en apoproteïnen
- Kern van apolaire lipiden
o TG
o Cholesterolesters
- Omhulsel van amfipatische lipiden (fosfolipiden en cholesterol) en apoproteïnen
- Kunnen tot 75% gewichtsprocent aan VZ bevatten
- Merendeel aan VZ worden in bloed getransporteerd ovv lipoproteïne
Lipoproteïnen worden aangemaakt door de lever en darmmucosa, maar er is een intense uitwisseling
van hun bestanddelen tijdens hun verblijf in de BB
Elk worden ze getypeerd door hun eigen specifieke set apoproteïnen
o De rol van de apoproteïnen is tweevoudig:
1. Als polaire eiwitten helpen ze het lipidencomplex in het bloed in oplossing te
houden
2. Ze fungeren als signaalstoffen die ervoor zorgen dat de lipiden naar hun juiste
bestemming geraken (transport doorheen de bloedbaan, binding op specifieke
receptoren ter hoogte van weefsels, en opname door de cel)
Elke groep lipoproteïnen beschikt over eigen kenmerkend set apoproteïnen, aangepast aan zijn
functie
Functie apoproteïnen
o Belangrijk voor vorm en structuur van lipoproteïnen
Wateroplosbare mantel rondom vetten
o Herkenningsteken voor welbepaalde cellen die verantwoordelijk zijn voor
lipidenmetabolisme binden aan welbepaalde eiwitten, receptoren op die
welbepaalde cellen
o Activeren de enzymensystemen voor afbraak getransporteerde lipiden, in die cellen
waarop ze gebonden zijn
zie p. 126
Bij het transport van de lipiden in het bloed moet onderscheid gemaakt worden tussen het exogeen
en het endogeen transport
Exogeen transport = het vervoer van lipiden vanuit het darmkanaal naar het lymfevocht en
de bloedbaan door de chylomicronen
Endogeen transport = het vervoer van in het organisme gesynthetiseerde cholesterol en
triglyceriden van:
o de lever naar de perifere weefsels
o de perifere weefsels naar de levercellen
Dit gebeurt door VLDL, LDL en HDL lipoproteïnen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariedeclercq1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R67,81. You're not tied to anything after your purchase.