1. Inleiding
1.1 Celtheorie
De moderne vorm van de celtheorie omvat de volgende drie concepten die altijd kloppen
als we spreken over cellen:
1. Alle organismen zijn opgebouwd uit één of meer cellen, waarin de levensprocessen
en overerving plaatsvinden.
2. Cellen zijn de kleinste levende eenheden: een cel is de basiseenheid van organisatie
van alle organismen.
de celgrootte is dan ook gelimiteerd. In de cel gebeuren verschillende
processen, wanneer de cel groeit zullen de inwendige processen niet meer
even vlot verlopen als voordien. (BV: proteïnesynthese)
3. Cellen ontstaan enkel door deling van een bestaande cel. Hoewel leven spontaan
ontstond in een waterstofrijke omgeving zoals die toen op aarde aanwezig was, wordt
algemeen aangenomen dat cellen op dit moment niet spontaan ontstaan. Alle
levende wezens op aarde zijn afstammelingen van deze eerste cellen.
1.2 Algemene structuur
Een typische cel is samengesteld uit de volgende drie elementen:
- Een celmembraan of plasmamembraan die de cel omgeeft, opgebouwd uit een
dubbele fosfolipide laag
- Een kern of nucleus (nucleoid) met het genetische materiaal
- Een semi-vloeibare matrix, het cytoplasma, bevindt zich tussen de kernzone en de
celmembraan.
1
,1.3 Celtypes
Hebben een celkern
2. De Prokaryote cellen (Bv: Bacteriën of Archaea)
Twee typen van prokaryoten:
Archaea - Geen peptidoglycaan in celwand
Bacteria - Celwand bestaat uit peptidoglycaan
- Gram positief of Gram negatief
2.1 Kenmerken van de prokaryote cel
- Geen echte kern, genetisch materiaal aanwezig in nucleoid of kernzone genoemd
- Cytoplasma is aanwezig
Het cytoplasma vormt één eenheid en bijgevolg hebben DNA en proteïnen
(waaronder enzymen) toegang tot alle delen van de cel.
- Plasmamembraan (soms organel-achtige functies bvb pigment voor fotosynthese) en
Celwand
- Ribosomen met als functie eiwitsynthese
- Geen membraan-omgeven organellen
- Heel eenvoudig cytoskelet
- Roterend flagellum (beweging)
Pilli
DNA
Ribosomen
Flagel
Capsule
Celwand
Plasma
membraan
2
,3. De Eukaryote cel
3.1 Kenmerken van de Eukaryote cel:
- Membraan-omgeven nucleus
- Complexer dan prokaryote cellen
- Cellulaire functies gecompartimentalizeerd door organellen en het endomembranair
systeem → Deze organellen hebben als doel om compartimentjes in de cel te maken
zodat ze een specifieke functie toegewezen krijgen.
- Cytoskelet voor steun en behoud van celstructuur
4. De verschillende intracellulaire onderdelen
4.1 De plasmamembraan: een dubbele fosfolipidenlaag
De plasmamembraan bestaat uit een dubbele laag van lipiden. Deze membraan omgeeft
de cel en alles wat binnenkomt of buitengaat moet via de membraan passeren. In de
lipidenlaag zitten verschillende proteïnen verankerd die de interacties van de cel met zijn
omgeving reguleren:
• kanaalvormende proteïnen: vormen kanalen door de membraan die specifieke
moleculen doorlaten (bvb ionen, glucose..).
• receptoren: geven informatie door en induceren veranderingen in de cel als
bepaalde moleculen (specifiek voor deze receptoren) erop binden. Tal van
hormonen induceren veranderingen in de cel via hun membraanreceptoren.
• merkers markeren de cel. Dit is belangrijk bij multicellulaire organismen omdat
cellen van een zelfde weefsel elkaar moeten herkennen om een weefsel te
vormen en correct te functioneren.
koolhydraatketen
cholesterol
fosfolipide
dubbellaag kanaal vormend
proteïne
glycoproteïn
hydrofobe
hydrofiele regio’s
regio’s
3
, Plasmamembraanjuncties
Voeren drie functies uit:
1. Communicatie tussen cellen → gap junctions
2. Cellen vastmaken aan elkaar/ aanhechting → desmosomen
3. Barrière creëren, voorkomt dat er transport is tussen de cellen → Tight junctions
4.2 De Nucleus (= celkern)
De kern is omgeven door een dubbel membraan (= nucleaire enveloppe).
Hierin bevinden zich poriën, de nucleaire poriën. In deze poriën liggen proteïnen
verankerd die het transport toelaten van volgende moleculen:
- Bepaalde proteïnen van het cytoplasma naar de kern, waar ze geïncorporeerd
worden in kern-structuren of dienst doen om bepaalde processen in de kern te
katalyseren (bvb. transcriptiefactoren).
- RNA en proteïne-RNA complexen die in de kern gevormd worden en
getransporteerd moeten worden naar het cytoplasma
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sarac2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R137,51. You're not tied to anything after your purchase.