Biopsychosociale perspectieven op de psychopathologie
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Abnormal Psychology
Samenvatting voor het vak BPOP dat gegeven wordt in het tweede jaar van psychologie aan de Universiteit Utrecht. De samenvatting is gebaseerd op het boek Abnormal Psychology van Barlow en Durand (2016, achtste editie). De samenvatting bevat hoofdstuk 1 t/m 15 en de artikelen van Rothfusz en Schemer...
biopsychosociale perspectieven op psychopathologie
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
More summaries for
Download the official test bank for Abnormal Psychology An Integrative Approach,Barlow,7e
Abnormal Psychology An Integrative Approach, Barlow - Exam Preparation Test Bank (Downloadable Doc)
Abnormal Psychology An Integrative Approach - Complete Test test bank - exam questions - quizzes (updated 2022)
All for this textbook (12)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Psychologie
Biopsychosociale perspectieven op de psychopathologie
All documents for this subject (26)
10
reviews
By: lrvanbreukelen • 5 year ago
By: noudkemps • 5 year ago
By: levisylvan • 5 year ago
By: sebastiaan_terlouw • 5 year ago
By: lucavanbaaren • 5 year ago
By: cleokeijzer • 4 year ago
By: laakargbo • 5 year ago
Show more reviews
Seller
Follow
mvankraanen
Reviews received
Content preview
Biopsychosociale perspectieven
op psychopathologie (BPOP)
Hoofdstuk 1 t/m 15 + de artikelen over ethiek (Rothfusz)
en ziek / gezond (Schemer)
Samenvatting voor het vak BPOP dat gegeven wordt in het
tweede jaar van psychologie aan de Universiteit Utrecht. De
samenvatting is gebaseerd op het boek Abnormal Psychology van
Barlow en Durand (2016, achtste editie). De samenvatting bevat
hoofdstuk 1 t/m 15 en de artikelen van Rothfusz en Schemer,
behorende tot de tentamenstof. Alle belangrijke begrippen zijn
gemarkeerd en waar nodig zijn er verduidelijkende plaatjes
toegevoegd.
,BPOP H1 – Abnormaal gedrag in historische context
Psychologische stoornis= psychologische disfunctionering die ervoor zorgt dat
een persoon belemmerd wordt in functioneren en reageren. Een fobie is een
psychologische stoornis die gekarakteriseerd wordt door de persistente angst
voor een object of situatie.
Wat is een psychologische stoornis?
Een psychologische stoornis is problematisch abnormaal gedrag. Er zijn 3 criteria:
1) psychologische disfunctionering. Dit zorgt voor het verzwakken van
cognitieve, emotionele of gedragsfunctionering.
2) benauwdheid of verslechtering. Het gaat er hierbij om dat een individu
extreem van streek is en dat men erg verslechterde vaardigheden heeft in een
bepaald gebied, zoals sociale vaardigheden.
3) atypische of niet cultureel verwachte reacties. Hierbij gaat het om het verschil
met de gemiddeld mens. Toch is dit wel gebonden aan de cultuur, in sommige
werelddelen is het normaal om stemmen te horen, terwijl dat in andere culturen
als abnormaal wordt gezien.
Defnitie psychologische stoornis: gedrags, psychologische of biologische
disfunctionering die niet verwacht wordt in de culturele context en geassocieerd
wordt met verslechtering, verminderd functioneren of een grotere kans op de
dood en pijn.
De wetenschap van de psychopathologie
Psychopathologie= wetenschappelijke studie van psychologische stoornissen.
Psychiaters krijgen eerst een M.D. graad op de medische school. Ze onderzoeken
de natuur van stoornissen en stellen diagnoses.
Veel gezondheidsmedewerkers hebben een wetenschappelijke benadering op het
klinische werk en worden daarom ook wel wetenschapper-beoefenaar genoemd.
Ze kunnen op meerdere manieren functioneren: 1) ze houden de laatste
wetenschappelijke ontwikkelingen bij. 2) ze evalueren hun eigen beoordelingen
en behandelingen. 3) ze doen onderzoek.
Bij het bestuderen van psychologische stoornissen wordt er vooral gekeken naar
klinische descriptie, oorzaak (etiologie) en behandeling en uitkomsten.
1) Klinische descriptie
Het voorgelegde probleem beschrijven is de eerste stap om een klinische
descriptie op te stellen. Een functie van de descriptie is dat het specifceert wat
het probleem anders maakt dan normaal gedrag. Daarbij wordt er ook gekeken
naar de prevalentie van de stoornis en de incidentie (waar het voorkomt). De
meeste stoornissen hebben een verschillend verloop. Sommige stoornissen
verdwijnen weer met de tijd, deze zijn tijd gelimiteerd. De geanticipeerde koers
van een stoornis heet de prognose. Etiologie is de oorzakelijke studie van
stoornissen. De behandeling van een stoornis kan ook inzicht geven in de
oorzaken van een stoornis.
Het bovennatuurlijke model
In het laatste deel van de 14de eeuw begon de gemeenschap steeds meer te
geloven in bovennatuurlijke krachten, zoals magie. Personen met psychologische
stoornissen werden gezien als heksen en demonen. Deze mensen werden
weggedreven (exorcisme) om de demonen te verjagen.
In deze tijd werd steeds duidelijker dat psychische stoornissen een natuurlijk
fenomeen waren, veroorzaakt door mentale of emotionele stress.
Oresme stelde in dezelfde tijd dat depressie niet door demonen werd veroorzaakt,
maar een bron was van vreemd gedrag. Hij stelde dat psychische mensen alleen
maar toegaven dat ze een heks of demon waren, wanneer ze gemarteld werden.
Charles VI, een belangrijke koning in de Middeleeuwen was zelf ook psychisch niet
, in orde. Verschillende behandelingen werden er op hem uitgevoerd, waaronder
rust en hydrotherapie.
Massa hysterie is een fenomeen, waarbij er bij een hele groep mensen ineens
grote paniek uitbreekt, zonder dat er echt reden voor is. Een moderne massa
hysterie is bv. een groep mensen die allemaal ineens mysterieus ziek worden. Het
gaat hierbij om een soort besmetting van emotie.
Paracelsus: stelde dat de stand van de maan en de sterren een uitwerking heeft
op het psychologisch functioneren van mensen. Hij stelde dat de zwaartekracht
veroorzaakt door de maan de oorzaak is van psychologische stoornissen.
De biologische traditie
Hippocrates stelde dat psychologische stoornissen net als elke andere ziekte
behandeld konden worden. Hij dacht dat stoornissen veroorzaakt konden worden
door hersenpathologie of een trauma aan het hoofd en door genetica beïnvloed
konden worden.
Galen nam later de ideeën van Hippocrates over en breidde ze uit. De
Hippocratische-Galenische benadering is de humorale theorie van stoornissen.
Hippocrates stelde dat normale hersenfunctionering gerelateerd was aan
lichaamssappen, ofwel humors: bloed (hart), gele gal (lever), zwarte gal (milt) en
slijm (hersenen). Hij geloofde dat ziekte kwam door te veel of te weinig van de
humors. Hierbij ging het om een chemische onbalans. Flegmatische
persoonlijkheid (slijm): apathie. Optimistische persoonlijkheid (bloed): rossig,
optimistisch. Melancholische persoonlijkheid (zwart gal): depressief. Cholerische
persoonlijkheid (geel gal): heet getemperd.
Er werden 2 behandelingen ontwikkeld: aderlating en overgeven.
Hippocrates nam de term hysteria over van de Egyptenaren, die geloofden dat
somatische symptomen werden veroorzaakt door de baarmoeder, die in het lijf
van de vrouw ging zwerven, op zoek naar bevruchting. Als behandeling werd het
huwelijk aangedragen.
In de 19de eeuw werden de ideeën van Hippocrates en Galen nieuw leven
ingeblazen, door de ontdekking van de natuur en oorzaak van syflis en sterk
bewijs van Grey.
Syflis: gedrags- en cognitieve symptomen veroorzaakt door een seksueel
overdraagbare ziekte. Men krijgt hallucinaties en/of wanen, verlammingen en
gaat vaak binnen 5 jaar dood. Personen met syflis die in aanraking kwamen met
malaria verbeterden in toestand. Later werd penicilline uitgevonden.
Grey: Amerikaans psychiater. Hij stelde dat de oorzaak van krankzinnigheid altijd
fysiek is. Grey zorgde ervoor dat de condities verbeterden voor de cliënten.
De ontwikkeling van biologische behandelingen
Door de interesse in de biologie werd ook steeds meer bekend over stoornissen
en dit zorgde voor nieuwe behandelingen. Benjamin Franklin ontdekte dat een
milde shock zorgt voor amnesie (geheugenverlies), maar ook voor
opgetogenheid. Zo ontstond het idee dat het wellicht een behandeling kon zijn
voor depressie.
Von Meduna: personen met epilepsie hebben geen schizofrenie. Het idee kwam
op dat door in de hersenen connecties kapot te maken, schizofrenie opgelost zou
kunnen worden.
In de jaren ’50 werden de neuroleptische medicijnen uitgevonden, evenals
benzodiazepines.
Kraepelin was een van de eersten die onderscheid maakte tussen verschillende
psychologische stoornissen.
De psychologische traditie
, Plato dacht dat sociale en culturele invloeden en het leren in de omgeving de 2
oorzaken zijn van maladaptief gedrag. Psychosociale behandeling kijkt niet alleen
naar psychologische factoren, maar ook naar sociale en culturele factoren.
In de 19de eeuw werd morele therapie steeds invloedrijker. Dit gaat om
emotionele en psychologische factoren. Pinel voerde veranderingen door in de
onderkomens waar psychologische zieken verbleven.
In het midden van de 19de eeuw nam de humanitaire behandeling af door
meerdere factoren. 1) morele therapie werkt het best met minder dan 200
patiënten en na de wereldoorlog waren er veel te veel mentaal zieken. 2) Dix
startte de mentale hygiëne beweging en probeerde instituties te hervormen.
Nantucket werd vroeger gebruikt als eiland voor de asielzoekers en arme boeren,
omdat men dacht dat asielzoekers net zo behandeld moesten worden als mentaal
zieken. Op het eiland konden de mensen werken en waren ze in een gezonde
omgeving.
20ste eeuw: psychoanalyse (Freud) en behaviorisme kwamen steeds meer op
(Skinner, Pavlov en Watson).
Psychoanalytische theorie
Mesmer: hypnotisme/ mesmerisme. Mesmer dacht dat problemen kwamen door
diergeesten die vanuit de hersenen losgelaten werden. Franklin liet met een
dubbelblind experiment zien dat het mesmerisme niks meer was dan suggestie.
Breuer observeerde 2 belangrijke zaken tijdens hypnose: 1) patiënten werden
extreem emotioneel en opgelucht en knapten op na de hypnosesessie en 2) ze
hadden geen begrip van de relatie tussen emotionele problemen en de
psychologische stoornis. Breuer en Freud ontdekten zo het onbewuste. De
vrijlating van emotioneel materiaal heet catharsis.
Zaak Anna O. (Freud) legde de basis voor zijn psychoanalytische model. Dit model
bestaat uit 3 delen: structuur van de geest en persoonlijkheid,
verdedigingsmechanismen en fasen van vroege psychoseksuele ontwikkeling.
De structuur van de geest
Freud stelde dat de geest bestaat uit het id, het ego en het superego. Het id is de
bron van seksuele en agressieve impulsen. Het wordt aangedreven door libido.
Thanatos is het doodsinstinct. Het id opereert aan de hand van het
bevredigingsprincipe, dit is een primair proces.
Het ego zorgt voor de interactie met de realiteit. Het opereert via het
realiteitsprincipe. Het gaat om logisch denken, een secundair proces.
Het superego houdt zich bezig met morele zaken en opereert via het
moraliteitsprincipe. Wanneer het ego niet goed medieert tussen het id en het
superego, ontstaan er intrapsychische problemen.
Defensieve mechanismen
Conflicten tussen het superego en het id leiden tot angst. Deze angst wordt
tegengegaan door defensieve mechanismen. Bv. vervanging (displacement) is
wanneer je niet schreeuwt op je leraar, maar wel op je hond om iets gedaan te
krijgen. Sublimatie kan zijn wanneer iemand woede omzet in werken. Andere
voorbeelden: ontkennen, projectie (false attributies geven aan onacceptabele
gevoelens), rationalisatie (verbergt de echte motieven), reactieformatie (vervangt
onacceptabel gedrag met het tegenovergestelde) en repressie (blokkeert).
Psychoseksuele fasen van ontwikkeling
Freud stelde de psychoseksuele fasen van ontwikkeling op. De volgorde is: oraal,
anaal, fallisch, latency en genitaal. In de fallische fase kan het Oedipal complex
ontstaan. Jongens zijn dan bang dat hun vader ze zal castreren, omdat ze verliefd
zijn op hun moeder. Dit heet castratieangst. Deze angst zorgt dat de jongen zijn
impulsen niet uit tegenover de moeder. Meisjes hebben te maken met een Electra
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mvankraanen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R127,57. You're not tied to anything after your purchase.