Samenvatting Handboek gedrag op school deel 2 - Kennis passend onderwijs (2215KENPOZ) - hoofdstuk 9 en 12
13 views 0 purchase
Course
Kennis passend onderwijs (2215KENPOZ)
Institution
Hogeschool InHolland (InHolland)
Book
Handboek gedrag op school deel 2
Deze samenvatting is geschreven voor de toets kennis passend onderwijs. Alleen hoofdstuk 9 en 12 komen in deze samenvatting aan bod. Kijk op mijn account voor de andere hoofdstukken.
Samenvatting Handboek gedrag op school deel 2 - Kennis passend onderwijs (2215KENPOZ) - hoofdstuk 6 en 7
Kennisbasistoets Passend onderwijs - Hoofdstuk 6,7,9 en 12 - Handboek gedrag op school - Deel 2
All for this textbook (3)
Written for
Hogeschool InHolland (InHolland)
Leraar Basisonderwijs PABO
Kennis passend onderwijs (2215KENPOZ)
All documents for this subject (30)
Seller
Follow
jackyscheltus
Reviews received
Content preview
Toets POIB
Hoofdstuk 9. Faalangst
Kenmerken
Faalangst is de angst die optreedt op het moment dat je een taak moet
verrichten en weet dat je beoordeeld wordt. Daarbij ben je bang om negatief
beoordeeld te worden. Faalangst beïnvloed je denken, emoties en gedrag.
Kenmerkend is dat kinderen met faalangst daar ook lichamelijk last van hebben
(zweten, blozen, buikpijn, hyperventileren) en vaak onmogelijke eisen aan
zichzelf stellen. Ook vinden zij dat ze pas meetellen als zij hoge cijfers halen.
Faalangst treedt op in 3 dimensies:
1. Denken (‘ik weet dat antwoord nooit’, ‘ik ben de enige die het niet
begrijpt’);
2. Gevoel (angst, onzekerheid, machteloosheid);
3. Gedrag (van bevriezen tot de aanval kiezen).
Er zijn 2 varianten van faalangst:
1. Positieve faalangst: de angst om te falen pakt soms positief uit, want de
resultaten zijn door de extra inspanning goed te noemen. Voor het kind
voelt het niet zo positief. De term verwijst echt naar de uitkomst, niet naar
hoe je je voelt.
Deze kinderen stellen zich geregeld onmogelijke eisen. Bovendien
onderschatten ze hun eigen kunnen. Op school merk je hier in eerste
instantie weinig van. Omdat deze kinderen zelf zelden tevreden zijn,
bereiken ze uiteindelijk een punt waarop ze vastlopen. Het helpt als ouders
een maximale studietijd instellen. Op school kan de leerkracht praten met
het kind wat een realistisch cijfer is.
2. Negatieve faalangst: de prestaties zijn slecht doordat het kind blokkeert.
Ondanks de inspanning die hij levert, mislukt de taak keer op keer.
Je kunt faalangst op 3 gebieden hebben:
- Cognitieve faalangst: hiervan hebben de kinderen last als ze nieuwe
leerstof aangeboden krijgen, iets leren of een toets moeten maken. Ze
schatten van tevoren in dat het toch niet gaat lukken. Door hun zorgen
blijft er weinig leerruimte over.
- Sociale faalangst: de angst om negatief beoordeeld te worden door
anderen. Het kind is ervan overtuigd dat anderen hem stom vinden. er is
een grote overlap met de sociale angststoornis. Het kind durft
waarschijnlijk geen vragen te stellen in de klas en bijvoorbeeld geen
spreekbeurt te houden.
- Motorische faalangst: deze vorm speelt als een kind een motorische taak
moet uitvoeren, bijvoorbeeld voor een gymles. Doordat je van angst je
spieren aanspant, wordt het uitvoeren van motorische taken moeilijker of
zelfs onmogelijk.
2 reacties
- Actieve faalangst: deze kinderen werken hard om zo goed mogelijk
resultaten te behalen. De resultaten zijn echter nooit genoeg. Ze leren zo
, veel mogelijk uit het hoofd en nemen niet genoeg afstand van de stof. Ze
steunen erg op hun geheugen. Als de hoeveelheid leerstof toeneemt, lopen
ze vast.
- Passieve faalangst: deze kinderen merken dat hun inspanningen geen
effect hebben. Hoe meer ze zich inspannen, hoe groter de teleurstelling
elke keer is. Daarom doen zij juist niks meer. Ze gaan dagdromen of
vertonen opstandig en clownesk gedrag.
Oorzaken
- Negatieve ervaringen op school: er ligt te veel nadruk op wat het kind fout
doet, of hij beschikt over onvoldoende vaardigheden waardoor hij steeds
faalt. Leerkrachten en kinderen scheppen een sfeer van competitie, het
kind vergelijkt zichzelf met slimmere kinderen of er is een gebrek aan
positieve verwachtingen door alle partijen.
- Overbeschermde opvoeding of juist verwaarlozing: kinderen die te
beschermd worden opgevoed, krijgen vaak veel zonder er iets tegenover
te hoeven stellen. Ze kunnen nooit wat terugdoen. Bij mislukkingen
hebben ze geen idee hoe ze dit kunnen veranderen. Daardoor kan
aangeleerde hulpeloosheid ontstaan.
- Zelfbeeld: faalangst heeft alles te maken met het zelfbeeld van een
leerling.
- Onmogelijke eisen: kinderen met faalangst zijn erg perfectionistisch en
stellen onmogelijke eisen aan zichzelf. Sommige kinderen zijn bang om te
falen, omdat ze dan hun ouders teleur stellen.
Een kind met faalangst zal bij een lesje of toets meteen kijken naar wat hij niet
kan. Dit negatieve denken bepaalt ook wat het kind hoort. Het kind hoort de
negatieve opmerkingen en interpreteert zelfs positieve opmerkingen zelfs zo, dat
die ook negatief worden.
Attributie en negatieve gedachten
Vanuit de attributietheorie wordt verklaard waar leerlingen succes aan
toeschrijven. De manier waarop leerlingen succes of falen verklaren, wordt
attributie genoemd. Attributie is onder te verdelen in 2 typen:
1. Externe attributie: bij externe attributie schrijft de leerling het succes of
falen toe aan iets buiten de eigen invloed. De leerling zegt eigenlijk: ‘ik kon
er niets aan doen’.
2. Interne attributie: hier schrijft de leerling het succes of falen toe aan iets
wat binnen de eigen invloed ligt. De leerling zegt eigenlijk: ‘dit is mijn
prestatie’.
Of een leerling intern of extern attributeert, kan maken dat een mislukking
omgebogen wordt tot een leerervaring of dat leerlingen de moed verliezen. Voor
leraren is het dus belangrijk om feedback te geven die verwijst naar factoren
waaraan leerlingen iets kunnen veranderen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jackyscheltus. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R69,38. You're not tied to anything after your purchase.