Preview 8 out of 33 Flashcards
Benoem het verschil tussen somatoforme stoornissen en psychosomatische ziekten.
Benoem het verschil tussen somatoforme stoornissen en psychosomatische ziekten.
Bij psychosomatische ziekten is wél sprake van organische pathologie of verstoorde lichaamsprocessen die de lichamelijke klachten kunnen verklaren.
In de relatie tussen lichaam en geest onderscheidt Sanders (1981) 2 stromingen. Welke zijn dit?
In de relatie tussen lichaam en geest onderscheidt Sanders (1981) 2 stromingen. Welke zijn dit?
1. Er is een interactie (wederzijdse beïnvloeding) tussen ziel en lichaam.
2. Parallellisme (het lichamelijke spiegelt zich in het psychische en omgekeerd).
Wat zegt de praktijk over het dualisme?
Wat zegt de praktijk over het dualisme?
Het ziektegedrag (illness behavior) hoeft niet overeen te komen met de ziekte of met het ziektegevoel. Niet iedereen die ziek is voelt zich ook zo, of iemand die niet ziek is kan zich toch ongezond voelen.
Waar verwijst hypochondrie naar in de klinische psychologie en psychiatrie?
Waar verwijst hypochondrie naar in de klinische psychologie en psychiatrie?
De angst of de (onjuiste) overtuiging een ernstige ziekte te hebben. (In de volksmond zwaarmoedigheid genoemd)
Wat is afonie?
Wat is afonie?
Het onvermogen met verstaanbaar stemgeluid te spreken.
Bijv. bij een heftige ruzie komt een onbewust conflict tot uitdrukking over het uiten van woede. Men wil wel boos worden, maar mag dat om de een of andere reden niet van zichzelf.
Leg de somatisatiestoornis uit.
Leg de somatisatiestoornis uit.
Patiënten kennen een lange ziektegeschiedenis met veel verschillende lichamelijke klachten, die medisch niet volledig te verklaren zijn. De klachten beginnen meestal i/d adolescentie en houden te minste verscheidene jaren aan.
Wat doen patiënten met een nagebootste stoornis en waarom?
Wat doen patiënten met een nagebootste stoornis en waarom?
Veroorzaken opzettelijk lichamelijke (of psychische) verschijnselen of zij doen alsof deze verschijnselen er zijn. 
Dit gedrag wordt ingegeven door de intrapsychische behoefte de rol
van ‘zieke’ op zich te nemen. Het heeft een chronisch verloop.
Wat leidde tot de introductie van het nieuwe begrip 'perseveratieve cognitie'? En hoe wordt het door Brosschot omschreven?
Wat leidde tot de introductie van het nieuwe begrip 'perseveratieve cognitie'? En hoe wordt het door...
Het inzicht dat aanhoudende psychofysiologische activiteiten en de neurohormonale gevolgen cruciaal zijn bij het verklaren van de invloed van stress op lichamelijke ziekte. 
Wordt omschreven als aanhoudend gespannen denken aan bedreigende onderwerpen.