Preview 3 out of 54 Flashcards
HvJ EU Infopaq I
HvJ EU Infopaq I
Werktoets, strikte uitleg beperkingen

1) Het HvJ heeft de werktoets zoals we die van de HR in NL kennen min of meer hier bevestigd. Het HvJ heeft in deze zaak gezegd dat het werkbegrip iets is wat Europees geharmoniseerd is. Lage drempel voor auteursrechtelijke bescherming: de werktoets is dus soepel.

Individuele woorden komen geen bescherming toe, maar grotere geheel, de combinatie van woorden komen wel bescherming toe. In heel veel auteursrechtelijke zaken is het de hamvraag of iets in voldoende mate blijk geeft van creatieve keuzes. Dus ga je op zoek naar de ruimte die de maker had om creatief om te gaan met zijn materiaal. Het is de vraag of iets creatief genoeg is als je keuze maakt uit 11 woorden uit de NL taal en die rangschikt op een bepaalde manier, zodat dit auteursrechtelijk beschermd kan worden. 

Het hof zegt hierover: ja er is een werktoets, we moeten nagaan of de creatie wel oorspronkelijk genoeg is. Het hof heeft het over de werktoets "eigen intellectuele schepping" (EIS), die auteursrechtelijke bescherming rechtvaardigt. Hof komt tot de conclusie dat auteursrechtelijke bescherming hier niet kan worden uitgesloten. 

Conclusie: basiseis = oorspronkelijkheid, EIS.
Zinnen of zinsneden kunnen bescherming genieten. 

2) Het woord ‘kunnen’ is het belangrijkste element van de overweging van het HvJ. Het is niet zo dat een fragment van 11 woorden altijd automatisch bescherming geniet, het HvJ zegt alleen het kan zo zijn. 

3) Verder is het HvJ kritisch over beperkingen van het auteursrecht: in beginsel enge uitleg. Er wordt een restrictief Europees Kader gehanteerd. De driestappen toets kan een nationale Nederlandse regeling dus beperken.
HvJ EU Marco Del Corso
HvJ EU Marco Del Corso
De tandarts Marco del Corso speelt in zijn wachtkamer muziek via de radio. De SCF (Italiaanse variant van SENA) stelt dat de tandarts hiervoor vergoeding moet betalen. Er werden door de SCF aanvankelijk pogingen ondernomen om een collectieve regeling te treffen met de Italiaanse tandartsorganisatie. Deze pogingen liepen op niets uit. De SCF ging er vervolgens toe over om Del Corso te dagvaarden. De vraag waar het hier om draait is of er sprake is van een mededeling aan het publiek van fonogrammen. 

Ten aanzien van de bezoekers wordt opgemerkt dat zij een geheel van personen vormen waarvan de samenstelling grotendeels stabiel is en dat zij dus een bepaald geheel van potentiële luisteraars uitmaken. Ander personen hebben geen toegang tot zorgverlening bij die specifieke tandarts. De omvang van de groep bijzonder klein. Het feit dat veel patiënten elkaar opvolgen maakt ook niet echt uit want klanten horen niet iedere keer dezelfde fonogrammen. Klanten hebben ook helemaal niet gevraag om uitzending van de fonogrammen.
Het publiek is te kleinschalig (zowel in omvang als in tijd opeenvolgend) en er is onvoldoende kans reden om regelrecht een winstoogmerk aan het uitzenden te koppelen. Dus ook geen winstoogmerk. Tandarts Marco del Corso doet geen mededeling aan het publiek. 


HR Suske Wiske
HR Suske Wiske
Vrije bewerking art. 13 Aw, parodie, noodzakelijkheidstoets

Verkuil publiceert Suske en Wiske parodieën. Gebruikt daarbij tekeningen die erg op de originele tekeningen lijken. Dialogen en verhalen zijn echter geheel anders. Scriptoria/Vandersteen doet beroep op auteursrecht om parodieën te verbieden. 

Deze parodie aan te merken als een vrije bewerking art. 13 Aw. 

HR zegt: deze parodie is niet aan te merken als een vrije parodie. Als we spreken van een nieuw oorspronkelijk werk, dat is niet de algemene werktoets. We moeten een strikte maatstaf hanteren. 

Noodzakelijkheidstoets: Het gaat om de vraag of meer elementen van het originele werk zijn overgenomen dan noodzakelijk is voor een succesvolle parodie. 

HR: de vrijwel exacte nabootsing van de onderhavige stripfiguren veel verder gaat dan voor de hiervoor bedoelde herkenbaarheid noodzakelijk is, terwijl 'ook op andere wijze dan door een vergaande nabootsing in een stripverhaal die herkenbaarheid bereikt (kan) worden'.

Een parodie is niet mogelijk als je niet een aantal typische kenmerken van het originele werk overneemt. Het gaat om een restrictievere toets dan de werktoets. Praktisch gesproken kan je zeggen dat deze laatste zinsnede van artikel 13 welke niet als een nieuw, oorspronkelijk werk kan worden aangemerkt, loopt in praktijk meestal leeg. Je komt bijna altijd tot inbreuk.