Jurisprudentielijst Collectief Arbeidsrecht 2020-2021, rechtsregels
1. CAO-recht
FTA/CBA: Uit de rechtstreeks werkende erkenning van het stakingsrecht in art. 6 aanhef en
onder 4 ESH vloeit voort dat in de rechtsorde van het Koninkrijk de onbelemmerde uitoefening
van het recht op collectief onderhandelen gewaarborgd is. Een beperking op het recht van
collectief onderhandelen is niet gerechtvaardigd onder artikel 31 ESH.
VVMC/NSR: Toegang weigeren tot cao-overleg kan onrechtmatig zijn. Indien een vakvereniging
voldoende representatief is en belangen behartigt die niet of onvoldoende door wel toegelaten
overlegpartners worden behartigd dan kan toegang weigeren aan deze vakvereniging
onrechtmatig zijn. De rechter moet een belangenafweging maken met het belang van
contractsvrijheid.
FNV Bondgenoten/Hema: Een vakvereniging kan geen cao sluiten indien deze consequenties
heeft voor werknemers waar de vakvereniging niet voor optreedt. In de statuten moet
omschreven worden welke werknemers de vakvereniging vertegenwoordigt. De cao is wel
rechtsgeldig tot stand gekomen, maar kan geen consequenties hebben voor de werknemers die
niet vertegenwoordigt waren door de vakvereniging.
ABVA KABO FNV/Kinderopvang: Toegang weigeren tot cao-overleg kan ook onrechtmatig zijn
indien een kleine vakbond die lang partij bij de cao is geweest, toegang wordt geweigerd bij
nieuwe cao-onderhandelingen. Een terughoudender toets vindt plaats als de vakbond toegang
wordt geweigerd tot cao-onderhandelingen over de aanpassing van een bestaande cao waar de
vakbond geen partij bij is.
De Palm/Curacaose Dok Maatschappij: Een beloning, opgenomen in CAO, mag alleen gelden
voor gebonden werknemers. Het gaat namelijk om bevoordeling van gebonden werknemers,
niet om benadeling van ongebonden werknemers. Ongebonden werknemers profiteren
daarnaast ook van de inspanningen van de vakbonden. Extra belonen is in beginsel
gerechtvaardigd, maar het beloningsverschil mag niet te groot worden.
CHC helikopters/NVLT: Het hof acht het geenszins ondenkbaar dat de afzonderlijke
behartiging van de belangen van één specifieke groep tot angst voor achterstelling – en daarmee
onrust binnen de onderneming – zal leiden. Een vakbond die enkel één specifieke groep
vertegenwoordigt hoeft dus niet te worden toegelaten aan de cao-onderhandelingen als deze
groep al voldoende vertegenwoordigd wordt.
Duschka/Robert Bosch: Er is geen geldige CAO tot stand gekomen, vanwege het ontbreken van
het schriftelijkheidsvereiste. Zelfs bij een rechtsgeldige CAO is werkgever niet bevoegd om
wijzigingen door te voeren in de aok van een individuele werknemer zonder diens instemming,
indien werknemer niet gebonden is aan de CAO. Dan mag er geen eenzijdige wijziging in de aok
van de werknemer gebracht worden.
Kuypers I: Partijen bij een CAO kunnen aan die CAO terugwerkende kracht verlenen met als
gevolg dat alsnog rechtsgevolg wordt ontnomen aan de tussen haar reeds gesloten
overeenkomst. Iedere belanghebbende kan zich op nietigheid van tussentijds gesloten
overeenkomsten ex artikel 12 Wet CAO beroepen en nietigheid is absoluut.
Kuypers II: Er is geen mogelijkheid dat een nietige afspraak na afloop van de cao opeens wel
geldig zou worden. Een nietige afspraak kan niet converteren in een geldige afspraak, als het
eenmaal nietig is dan blijft dat zo.
, Boonen/Quicken: Het gunstigheidsbeginsel bepaalt dat gunstigere bepalingen in individuele
arbeidsovereenkomst werking behouden. Een afspraak in een individuele aok die gunstiger is
dan de cao is in principe wel geldig. Je mag wel betere afspraken maken. Hangt wel af van wat
voor soort afspraken er in de cao staan. Als er in de cao staat dat je er niet van mag afwijken, of
dat het een maximum-bepaling is, dan gaat het niet op. Het gunstigheidsbeginsel is alleen van
toepassing als er sprake is van een minimum-cao. Hierbij stelt de HR dat je beding voor beding
moet bekijken wat gunstiger is, de cao of de andersluidende afspraak in de aok. Je mag dus niet
naar het totaalpakket van arbeidsvoorwaarden kijken om te kijken of een andersluidende
afspraak geldig of nietig is op grond van het gunstigheidsbeginsel.
Bollemeijer/TPG Post: Ook al is de CAO niet rechtstreeks van toepassing (door lidmaatschap of
avv) dan kan toch een bepaling uit een CAO worden opgenomen waarin wordt afgeweken van
driekwartdwingend recht. Door betrokkenheid van vakbonden bij het tot stand komen van de
CAO is voldoende in de bescherming van de werknemer voorzien. Gelet op art. 6:248 lid 2 BW
zou alleen dan kunnen worden geoordeeld dat de overeengekomen beëindiging van rechtswege
niet van toepassing is, indien dit in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van
redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn.
ABN Amro/Teisman: De binding aan de cao van artikel 14 werknemers geldt alleen ten aanzien
van arbeidsvoorwaarden. Een bepaling waarin arbitrage werd verplicht kan ook via incorporatie
van een CAO-bepaling doorwerken in de aok indien de artikel 14 werknemer met incorporatie
van de CAO heeft ingestemd. Arbitrage ziet op een arbeidsvoorwaarde.
FNV Bondgenoten/Campina: Indien een CAO niet is aangemeld zoals bedoelt in artikel 4 Wet
op Loonvorming, dan betekent dit niet dat er geen binding is. De CAO heeft dan geen werking als
cao, maar kan wel werking hebben als derdenbeding en werking hebben ten aanzien van leden
van de vakvereniging in individuele arbeidsovereenkomsten.
FNV Bondgenoten/H&M: Indien een incorporatiebeding doet zorgen voor doorwerking van
een CAO in de individuele arbeidsovereenkomst, dan mogen werknemers er vanuit gaan dat zij
alleen gebonden worden aan toekomstige CAO’s afgesloten door grote vakbonden. Als een kleine
vakbond een nieuwe CAO afspreekt, waar de grote vakbonden niet achter stonden, dan zijn de
werknemers niet gebonden door het incorporatiebeding aan de nieuwe CAO.
AbvaKabo/KPN: Van werknemers mag niet worden verwacht dat zij begrepen dat de geldende
CAO in het incorporatiebeding gelezen moest worden als de geldende CAO, ook van een
opvolgende werkgever. Een werknemer is niet gebonden aan de CAO van de opvolgende
werkgever door het ‘oude’ incorporatiebeding. (arrest kwam niet in HC voor)
Teunissen/Welter: Bevestiging van Boonen/Quicken. Je mag geen pakketvergelijking doen,
maar moet per beding bekijken wat gunstiger is voor de werknemer, CAO of aok.
Fondsen metaal en techniek: De HR bekijkt twee cao’s en oordeelt aan de hand van de CAO-
norm (de tekst van de bepaling is doorslaggevend). Beide cao’s zijn zo geformuleerd dat
overlapping van de werkingssfeer zoveel mogelijk wordt voorkomen. Werkingssfeer bepalingen
die wel overlappen mogen niet algemeen verbindend worden verklaard. (arrest kwam niet in
HC voor)
Grafische projecten: Als er een OR-regeling is getroffen (op de juiste wijze volgens de CAO)
waarin een bepaalde uitkering wordt afgeschaft dan is deze regeling onderdeel van de CAO en
kan deze regeling dus als CAO doorwerken in de arbeidsovereenkomst van aan de CAO
gebonden werknemers.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur trippenzeedanielle. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.