Psychiatrische stoornissen: algemeen
Definitie
Psychiatrische ziekte
• ziekte met psychische klachten en/of verschijnselen bv. verwardheid, geheugenproblemen,
hallucinaties…
➔ gepaard met lijden en/of sociaal disfunctioneren
• Psychiaters= psychische klachten en verschijnselen = symptomen v stoornissen in
zogenaamde psychische functies vd hersenen
• Als wij uitgaan v abnormaal functioneren vd hersenen => ziekte
➔ MAAR probleem: in psychiatrie (nog) niet altijd mogelijk om stoornissen in
hersenfuncties en oorzaken ervan objectief vast te stellen bv a d h v hersenscan
Psychiatrische stoornis
• Vr diagnosticeren subj ervaringen en sociale disfunctioneren vd patient ook belangrijk
➔ Daarom spreekt men in de psychiatrie liever niet van ziekten, maar van stoornissen
• Def: psychiatrische stoornis = stoornis in psychische functies die gepaard gaat met significant
lijden en/of sociaal disfunctioneren.
• Let op: veel psychiatrische stoornissen met lichamelijke klachten of verschijnselen bv. bij
depressie. Deze klachten dan echter niet gevolg v lichamelijke ziekte
Psychische functies
• 3 hoofdgroepen
➔ Cognitieve functies: bv. bewustzijn, aandacht, orientatie, aandacht, geheugen,
waarneming (“denken”)
➔ Affectieve functies: emoties (“voelen”)
➔ Conatieve functies: bv. psychomotoriek, motivatie, gedrag (“willen”)
• Al deze functies betreffen wisselwerking tssn individu en omgeving.
Psychiatrische diagnostiek
Doel
• Vaststellen of er sprake is v stoornis
• zo ja, welke dat is en wat het beloop is
• wat mogelijke oorzaken zijn
• en wat aangewezen behandeling is
Stellen v psychiatrische diagnose
• Kern = in kaart brengen en verhelderen v klachten en vaststellen v verschijnselen
• Hoe? Via anamnese
➔ ook gebruikt in gewone geneeskunde mr hier veel uitgebreider zal zijn, met relatief veel
aandacht vr gedachten, gevoelens en gedragingen v patient
• Terwijl somatische specialist begint met anamnese en daarna overgaat tot lichamelijk
onderzoek, doet psychiater zijn onderzoek terwijl hij anamnese opneemt.
• De dr patient gerapporteerde en/of bij patient waargenomen symptomen w vervolgens
geclusterd tot ziektebeelden of stoornissen
,Psychiatrisch onderzoek: anamnese
• Speciële anamnese: geschiedenis v psychiatrische aandoening waarvr patient w onderzocht
• Algemeen psychiatrische anamnese: screening andere psychiatrische stoornissen
• Psychiatrische voorgeschiedenis persoonlijk en familiaal
• Somatische anamnese = bevraging over lichamelijke ziekten vroeger en nu.
• Sociale anamnese: drie milieus (thuis, opleiding/werk en vrije tijd)
• Biografische anamnese: gezin van oorsprong, levensgeschiedenis, zelfbeschrijving
Psychiatrisch onderzoek: onderzoek
• Exploratie: gericht vragen nr subjectieve psychiatrische symptomen, aansluitend bij hetgeen
patient spontaan vermeld
• Observatie: observeren objectieve psychopathologische verschijnselen
• Eventueel gebruik v gestructureerde interviews en vragenlijsten
➔ essentieel vr wetensch onderzoek en opleiding mr in dagdagelijkse praktijk tijdrovend
Psychiatrisch diagnostiek
• Dus = anamnese + onderzoek
• Rosenhan exp
➔ 8 gezonde pseudo patiënten met als aanmeldingsklacht ‘stemmen’ (‘empty’, ‘hollow’,
‘thud’) opgenomen in versch psychiatrische ziekenhuizen
➔ Na gem verblijfsduur v 19 dagen ontslagen met diagnose
o schizofrenie (n=11)
o bipolaire stoornis (n=1)
• probleem: vaak onvoldoende, onvolledige of onbruikbare informatie verkregen v patient zelf
➔ dr psychiatrische stoornis (oordeelsvermogen vaak verstoord)
➔ Of patient vertelt niet altijd waarheid
• Vandaar: heteroanamnese (gesprek met derden) of collaterale informatie: belangrijk in
psychiatrie, zeker in forensische psychiatrie
• Psychologisch onderzoek: gestandaardiseerde tests ontw om versch psychische functies
betrouwbaar te meten
➔ bv. intelligentietest of tests om kenm v persoonlijkheid vast te stellen.
➔ toenemend belang :neuropsychologische testen bv. om aandacht en geheugen te meten.
• Aanvullend onderzoek: bestaat geen aanvullend onderzoek om diagnose te bevestigen of te
verwerpen bv. dr bloedonderzoek
➔ Waarom toch doen? lichamelijke oorzaak uit sluiten, als ondersteuning vr keuze v
bepaalde behandeling, om bijwerkingen v medicatie op te volgen
• Beeldvormend onderzoek hersenen (“brain imaging”)? structureel en functioneel:
➔ Enkel op indicatie om bv. neurologische aandoeningen op te sporen die oorzaak zijn vr
de psychiatrische symptomen
➔ Voor wetensch onderzoek
• Twee typen diagnose:
➔ Syndroomdiagnose of descriptieve diagnose: symptomen geordend tot stoornis
deze diagnose is puur beschrijvend
➔ Structuurdiagnose: beschrijft naast symptomen ook waardoor en op welke wijze stoornis
is ontstaan (etiopathogenese)
Is er een onderliggende kwetsbaarheid (predisponerende factoren?
Zijn er factoren die de stoornis uitlokken (luxerende factoren)
Zijn er factoren die de stoornis onderhouden of versterken? (onderhoudende
factoren)
Vb “Een matig ernstige depressie met melancholische kenmerken bij een
lichamelijk gezonde man met een belaste psychiatrische famileanamnese en
met narcistische persoonlijkheidstrekken. Dit beeld is reactief ontstaan na
veranderingen op het werk en na een forse griep. Als gevolg hiervan zijn
, problemen ontstaan in relatie en belemmeringen in sociaal functioneren
Classificatie
• Huidige psychiatrische classificatiesystemen berusten grotendeels op syndroomdiagnosen =
descriptieve classificatie, voornamelijk gebaseerd op beschrijven symptomen
• Belgie classificatiesysteem = DSM
➔ gaat uit v categoriale classificatie, waarbij er onderscheid gemaakt tssn “ziek” en
“gezond” obv afgesproken grenswaarde.
• Idealiter = classificatie gebaseerd op beschrijving syndroom, oorzaken, ziekteproces en
prognose ziektebeeld.
➔ deze zaken in psychiatrie niet met zekerheid zijn vast te stellen, berusten huidige
classificatiesystemen grotendeels op syndroomdiagnosen.
DSM bijbel v d psychiater?
• Engelse titel “Diagnostic and Statistical Manuel of Mental Disorders” (suggereert meer dan
een classificatiesysteem)
➔ Ned. vertaling: ”Handboek vr classificatie psychische stoornissen”
• DSM = classificatie v psychische stoornissen en bijhorende criteria, bedoeld om deze
stoornissen op betrouwbaardere wijze te kunnen diagnosticeren
• ontwikkeld tot standaardnaslagwerk vr professionals in geestelijke gezondheidszorg
• DSM1/2: gebaseerd op etiologische theorieen zoals de psychoanalyse
• DSM3/4: grotendeels descriptief van aard met expliciete diagnostische criteria
• Gebruikt door clinici en onderzoekers die verschillende benaderingen aanhangen
(neurobiologisch, psychodynamisch, systeemtherapeutisch…)
• Streven nr gemeenschappelijke taal
DSM historiek
• 106 stoornissen in DSM-I => 357 stoornissen in DSM-5
• In DSM-III/DSM-IV multi-axiaal systeem
➔ As 1: Syndromale stoornissen : stoornissen ontstaan na tevoren gezonde toestand
➔ As 2: Persoonlijkheidsstoornissen: van jongsaf aan in minder of meerdere mate aanwezig
➔ Kritiek
syndromale stoornissen ontstaan dikwijls in jeugd en hebben vaak chronisch
of recidiverend beloop, beinvloeden ook persoonlijkheid
, persoonlijkheidsstoornissen vaak minder stabiel dan men aanvankelijk dacht.
Ze kunnen recidiverend karakter hebben of verergeren met leeftijd.
• In DSM-5 multi-axiaal systeem verlaten
Waarschuwing bij forensisch gebruik DSM
• bewust zijn v risico’s en beperkingen
• Het is niet omdat iemand een DSM-5 diagnose heeft, dat dit ook betekent dat iemand
voldoet aan wettelijke criteria vr aanwezigheid ve psychische stoornis of aan een specifieke
wettelijke standaard (bv. over wilsbekwaamheid of toerekeningsvatbaarheid)
• extra info nodig over beperkingen in het functioneren en manier waarop deze beperkingen
specifieke vermogens die aan de orde zijn, aantasten
• En zelfs als verminderde controle over eigen g kenmerk is v stoornis, toont classificatie nog
niet aan dat bep persoon op bep tijdstip niet in staat was om g onder controle te houden
DSM classificatie
• Agressie staat niet in DSM
Is geen “ziektebeeld”
Komt wel voor als één van de symptomen bij een aantal ziektebeelden
Relatie psychische stoornis - delict
• Binnen forensische context → twee vragen heel belangrijk
• Is er sprake ve psychiatrische stoornis?
• Is er een relatie tussen de psychiatrische stoornis en het delict?