Epilepsie: een neurologische aandoening. Het is een verzamelnaam voor en hele grote groep
uiteenlopende paroxysmale aandoeningen die zich heel verschillend kunnen presenteren en
waaraan heel verschillende oorzaken ten grondslag kunnen liggen. Epilepsie is altijd een
symptoom van het onderliggende probleem. Net zoals koorts, koorts heeft namelijk ook altijd
onderliggende oorzaken is op zichzelf niet veelzeggend.
Het is een paroxysmale aandoening (aanvalsgewijs) aanvallen van epilepsie ontstaan door
plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektronische prikkeloverdracht in de hersenen. (Bijv. als
alle neuronen tegelijkertijd gaan vuren dan ontstaat er een aanval vanwege de kortsluiting)
1 aanval is geen epilepsie!
ILAE Operational (practical) clinical definition of epilepsy
Wanneer geef je de diagnose?
Tenminste TWEE (niet geprovoceerde) aanvallen. Met geprovoceerd wordt bedoeld dat
je sommige aanvallen kan provoceren door bijvoorbeeld lichtflitsen (op een festival).
Geprovoceerde aanvallen tellen dus niet!
Een derde aanval binnen een realistische termijn na de eerste twee, bv. 10 jaar
Diagnose van een epilepsie syndroom
Epilepsie wordt verondersteld ‘genezen’ te zijn als mensen een leeftijd hebben bereikt
waarop je kunt zeggen dat ze over het specifieke type epilepsie zijn heen gegroeid,
tenminste 10 jaar aanvalsvrij zijn waarvan 5 jaar zonder medicatie
o Soms zijn er kinderen die te vroeg geboren zijn en nog in de baby tijd zitten, die
zijn veel gevoeliger voor epilepsie dan op latere leeftijd. Dus als jij in de
kinderleeftijd 2 aanvallen hebt gehad en die diagnose is gesteld en je bent
behandeld of niet en je wordt ouder en ouder, dan op een gegeven moment verlies
je de diagnose dan ben je er overheen gegroeid.
In een studie met 850 kinderen met aanvallen en waarvan de ouders een vermoeden hadden dat er
sprake was van epilepsie werd er onderzocht of er inderdaad een diagnose wordt gesteld. Van die
850 kinderen worden er uiteindelijk 412 gediagnosticeerd met epilepsie. 121 bleken heel iets
anders te hebbe, 178 was de diagnose onzeker en een heel klein clubje daarvan bleek wel
epilepsie te hebben. Bij 139 bleef het een eenmalig insult waarvan bij 70 kinderen een tweede
keer een insult kwam en bij die kinderen werd er nog epilepsie diagnose gesteld. Zo’n 50% kreeg
dus uiteindelijk de diagnose!
Classificatie van aanvallen. Het begint altijd met het type aanval, waar heb je mee te maken?
Hier kan je achter komen door heel gedetailleerde vragen te stellen aan de ouders. Dus het
verhaal is het allerbelangrijkst! En daarna komt pas alles wat je aanvullend wil doen (EEG).
1. Waar in de hersenen de aanval(len) beginnen?
a. Focaal: plaatselijk in het brein. Kunnen bij het bewustzijn blijven, maar krijgen
bijvoorbeeld een niet te onderdrukken trilling van het oog of er gaat een
mondhoek zakken of een arm of been bewegen. Vaak aan 1 kant, dan weet je al:
het gaat niet door het hele brein maar het begint in de linkerhemisfeer (als de
rechter arm begint te bewegen).
, b. Gegeneraliseerd: tegenovergesteld van focaal is diffuus = door het hele brein, dan
is het altijd zo dat het bewustzijn daalt. Vaak zie je dan aan de ogen en de blik dat
er een daling in het bewustzijn is. Alertheid is dus even weg.
c. Onbekend: of je kan er niks van maken. Je weet dus niet waar het vandaan komt.
Sommige aanvallen beginnen focaal maar gaan dan in een splitsecond door het
hele brein heen.
2. Doet het bewustzijn mee? Zie je een schommeling in het bewustzijn of de
aandacht/alertheid?
3. Zijn er extra symptomen (motorisch/niet motorisch)?
ILAE 2017 classificatie van aanvalstypen – basis!
1:
eenvoudige partiële aanval
2: complexe partiële aanval
Intacte gewaarwording: oriëntatie blijft en alertheid ook.
Verminderde gewaarwording: dan is het wat minder.
Een gegeneraliseerd begin heeft altijd een verminderde gewaarwording. Als er een motorisch
component is heb je tonisch clonische aanvallen. (Tonisch = verhoogde spierspanning, Clonisch
= spierslapte tonisch-clonisch geeft schokken, alle spieren doen hier aan mee (dus ook tong,
mond, ontlasting/plassen laten lopen)) + verminderd bewustzijn. Je hebt ook niet-motorische
aanvallen en de meest bekende daarvan is de absence: dan zitten de kinderen gewoon en als je er
niet op getraind bent kun je het niet altijd herkennen maar dan is er voor een paar seconden een
verminderd bewustzijn. Dit geeft heel makkelijk leerproblemen in de schooltijd je bent er en
dan weer niet en dan weer wel en dan weer niet.
Bij een onbekend begin heb je eigenlijk hetzelfde, maar ook een groep aanvallen die je totaal niet
kan classificeren. Na de diagnose weet je eigenlijk nog steeds niet waar je tegenaan zit te kijken
en je weet niet waar het vandaan komt. Dus dat is heel lastig.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur psychologiestud. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.