Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting medische kennis en verpleegkundige kennis 2.1 €5,39   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting medische kennis en verpleegkundige kennis 2.1

 41 vues  3 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Voor periode 3 jaar 1 worden de vakken medische kennis en verpleegkundige kennis gekoppeld. Ik heb hiervoor een samenvatting gemaakt aan de hand van de leerdoelen die in de lesbeschrijving per week beschreven stonden.

Aperçu 4 sur 76  pages

  • Non
  • Inconnu
  • 28 mars 2021
  • 76
  • 2020/2021
  • Resume
avatar-seller
Medische kennis week 1:
De student kan benoemen hoe de fysiologie van pijn in elkaar steekt en weet daarbij aan te geven
welke soorten en oorzaken van pijn bestaan.
Daarbij aangeven welke categorieën pijn er bestaan, hoe het eigen pijn stillingssysteem van het
lichaam werkt, welke vormen van hoofdpijn er bestaan, aangeven welke hersengebieden/
neurotransmitters betrokken zijn bij pijn waarneming

Gewaarwording van pijn:
Weefselschade ontstaat bijvoorbeeld door een trauma. Er ontstaat een wond en in deze wond
komen er verschillende stoffen vrij. De zogenaamde ontstekingsmediatoren. Zoals: prostaglandines.
Deze stoffen zorgen ervoor dat de zenuwuiteinden in dat gebied een signaal gaan afgeven. Met
behulp van neurotransmitters wordt dit pijnsignaal via de perifere zenuwbanen eerst naar het
ruggenmerg en vanuit daar naar de hersenen gestuurd. Daar wordt de pijn dan ‘waargenomen’. Er
wordt als het ware dus ALARM geslagen.

Gewaarwording van pijn in het kort:
Eerst nociceptoren -> geleiding naar het CZS -> verwerking d.m.v. neurotransmitter naar ruggenmerg
en brein -> perceptie (waarneming) -> gedrag

Pijn route:
Er is sprake van weefselschade waardoor er dus hormoonachtige
stoffen vrijkomen die de zenuwuiteinden prikkelen. Die noem je de
nociceptoren.

De rode lijn in de afbeelding is de route van de sensorische
zenuwbaan de afferente, ofwel de aanvoerende baan van perifeer
naar het centraal zenuwstel. Daar wordt de pijn geïnterpreteerd.

De blauwe lijn is de motorische zenuwbaan, de efferente, de
afvoerende baan van centraal zenuwstelsel naar perifeer en stuurt daarbij de spieren aan.

Denk bijvoorbeeld bij het wrijven van een pijnlijke plek als je je gestoten hebt. De snelle altha-deltha
vezels en de langzame C-vezels transporteren de pijnprikkel. En als iemand je een speldenprik geeft.
Dan speelt bij deze prik eerst een stekende pijn op, door de actie van die snelle vezels. Daarna volgt
een wat branderig gevoel door de activiteit van de langzame vezels.

Pijn route in het kort:
Hitte/ trauma chemische prikkeling -> cel beschadiging -> lysomen lek -> enzymen -> prostaglandines
-> pijnreceptoren -> ruggenmerg -> bewustwording -> interpretatie

De hoeveelheid pijn die je voelt is niet alleen afhankelijk van hoe erg je lichaam beschadigd is. Er
spelen meer factoren mee bij pijn en bij pijnbeleving. Als je
bijvoorbeeld moe bent en stress hebt dan ervaar je meer pijn,
bijvoorbeeld in je nek. Dan wanneer relaxt en rust hebt in de
vakantie.


Cirkel van Loeser:
Loeser, een Amerikaanse pijn specialist ontwikkelde een model
over pijn en pijnbeleving. Het model bevat 4 cirkels.

Nociceptie=

,De eerste cirkel representeert de ‘dreigende’ verwonding, waarin pijnprikkels omgezet worden in
een zenuwsignaal. Dit is dus een lichamelijk proces. Je bent op dit moment nog niet bewust van de
pijn (nocicepcus).

Pijngewaarwording=
De tweede cirkel representeert de gewaarwording van pijn. Dit is het resultaat van de verwerking,
van de hersenen, dat de pijnprikkel uit cirkel 1 aangekomen is.

Pijnbeleving=
De derde cirkel representeert de pijnbeleving. Hier geef je betekenis aan de pijn, door eerdere
ervaringen, door angst en door stemming wordt de pijnbeleving beïnvloedt. Wanneer je heel erg
gefocust of neerslachtig bent, dan kan dit de pijn verergeren, daarentegen afleiding juist
verminderen.

Pijngedrag=
De vierde cirkel representeert het pijngedrag. Pijnbeleving leidt tot pijngedrag. De pijn kenbaar
maken aan de omgeving, zowel verbaal als non-verbaal is wat wij als verpleegkundigen zullen gaan
zien en horen. Maar ook had afzeggen van bijvoorbeeld het werk of het innemen van pijnmedicatie
valt allemaal onder het ‘pijngedrag’.

Pijn is dus een multifactorieel gezondheidsprobleem. Waarbij lichamelijke, psychische en sociale
factoren een rol spelen bij pijnbeleving en pijngedrag. Er kan sprake zijn van minder lichamelijk
functioneren en het ervaren van verminderd kwaliteit van leven. Pijn aan de rechterzijde. Wordt links
cerebraal verwerkt. Door de thalamus en de sensorische schors.

Indelingen soorten pijn:
1. Nociceptieve pijn
2. Neuropatische pijn
3. Acute pijn
4. Chronische pijn

Nociceptieve pijn:
Oorzaak valt vaak te achterhalen,
behandeling eenvoudiger. Wordt veroorzaakt door weefselschade, maar NIET door weefsel van het
centraal of perifeer zenuwstelsel. Weefselschade in huid, bindweefsel, spieren, bot. Weefselschade
ontstaat door stoten, ontsteking, zuurstofgebrek, hitte of chemische stoffen.

Nociceptieve pijn kan worden onderscheiden in:
 Weefsel of somatische pijn
Somatische pijn is pijn die uitgaat van de huid, de spieren of het bot. Meestal is die pijn duidelijk
gelokaliseerd. De pijn voelt aan als scherp, stekend en soms wat kloppend.
 Viscerale pijn
Viscerale pijn is pijn die uitgaat van de organen, de borstholte of de buikholte. Deze pijn is meestal
niet duidelijk gelokaliseerd. De pijn wordt over een groter diffuus gebied aangegeven en wordt vaak
als wat drukkend of krampend ervaren. Pijn linksonder in de buik kan duiden op een ontstoken
blindedarm. En pijn recht boven in de buik kan duiden op een galsteen die niet goed passeert.

Referred pain=
Soms wordt viscerale pijn in een andere plaats gevoeld dan waar de weefselschade plaatsvindt. Dit
wordt ook wel uitstralende pijn genoemd. Een sensorische zenuwcel ontvangt namelijk van meerder
structuren in ons lichaam signalen. Hierbij wordt er onderscheidt gemaakt door oppervlakkige
structuren zoals de huid, maar ook dieper gelegen structuren zoals organen. De sensorische

,zenuwcel geeft zijn informatie door aan de hersenen. Het is voor de hersenen zo af en toe lastig om
onderscheidt te maken of de prikkel nou uit het oppervlakkige gelegen of uit de dieper gelegen
structuren komt.

De meest bekende referred pain is pijn in de linker kaak en de linkerarm: hartproblemen.
Bijvoorbeeld bij mensen die een myocard hebben doorgemaakt of mensen met angina pectoris
hebben hier wel eens last van. Je kan ook pijn in je rechterschouder ervaren als je een ontstoken
galblaas hebt.

Neuropatische pijn:
De pijn die veroorzaakt wordt door primaire beschadiging of disfunctie van het somato- sensorische
zenuwstelsel. Het is een chronische pijn zonder waarschuwingsfunctie voor het organisme als geheel.
De pijn ontstaat doordat er een beschadigde zenuw zelf een prikkel/ actiepotentiaal afgeeft.
Hierdoor ontstaat er een pijnprikkel, die eigenlijk helemaal geen functie meer hebben.
Neuropatische pijn wordt ook wel zenuwpijn genoemd en kan dus ontstaat door het beschadigen van
een zenuw, maar ook door het beschadigen van het ruggenmerg of van de hersenen.
- Oorzaak vaak onbekend
- Oorzaak niet reversibel
- Behandeling heel lastig

Neuropatische pijn gaat ook wel eens gepaard met sensibiliteitsstoornissen zoals:
- Verminderde sensibiliteit, pijn gewaarwording vermindert
- Hyperalgesie: verhoogde gevoeligheid voor pijnlijke prikkels
- Allodynie: normaal niet pijnlijke prikkels worden als pijnlijk ervaren

Neuropatische pijn wordt nog onderscheiden in pijn in het:
 Centrale zenuwstelsel
Bij centrale zenuwbeschadiging of functieverlies moet je dus denken aan de grote hersenen, de
hersenstam en het ruggenmerg. Aandoeningen die passen bij deze neuropatische pijn is pijn die
ontstaan na bijvoorbeeld een herseninfarct of een hersenbloeding, maar ook pijn die wordt
aangegeven na een dwarslaesie. Of bij schade van compressie van een tumor op het ruggenmerg.
 Perifere zenuwstelsel
Bij perifeer zenuwbeschadiging of functieverlies wordt bedoeld: alle zenuwen die vanuit het
ruggenmerg naar de armen en benen lopen. Denk hierbij aan radicunaire klachten als gevolg van een
hernia of fantoompijn.

Dus neuropatische pijn:
1. Wordt veroorzaakt door beschadiging of een functiestoornis van het somato sensorische
zenuwstelsel
2. Wordt veroorzaakt door compressie, irritatie of beschadiging van de perifere zenuw,
zenuwplexus, wortel, ruggenmerg of de hersenen (centraal zenuwstelsel)
3. Beschadiging of functiestoornis leidt tot spontante elektrische activiteit
4. Pijn is schietend, stekend, brandend of tintelend.

Acute pijn:
Een pijn die plotseling oorzaak en heeft een aanwijsbare oorzaak. Namelijk weefselschade met
daarna ook weefselherstel. Pijn na het verstuiten van je enkel bijvoorbeeld.
Chronische pijn:
Pijn is langer dan 3 maanden aanwezig. Vaak ingewikkelder. Pijn heeft geen alarmfunctie meer, de
weefselschade heeft dan namelijk al plaatsgevonden. Soms is een duidelijke oorzaak te vinden, maar
vaak is de oorzaak niet, of niet meer te achterhalen of is de primaire oorzaak van de pijn al

, verdwenen. Het pijnsysteem is dan een ‘eigen’ leven gaan leiden. Dit noem je sensitisatie. De
zenuwen reageren heftiger en anders dan normaal op een pijnprikkel.

Chronische pijn kan gevolgen hebben voor de kwaliteit van leven. Het
kan leiden tot andere klachten zoals angst, of depressie maar ook
vermijdingsgedrag en deze klachten kunnen juist weer leiden tot
verergeren van de oorspronkelijke pijn en zo komt een patiënt in een
vicieuze cirkel terecht. De behandeling van chronische pijn is dus ook
veel lastiger dan de behandeling van acute pijn.

Verpleegkundige kennis week 1
De student kan in eigen woorden de betekenis van de kernbegrippen uitleggen horende bij de
CanMEDS-rollen: zorgverlener, communicator en samenwerkingspartner
Zorgverlener=
Als zorgverlener is de verpleegkundige gericht op het versterken van het zelfmanagement van
mensen in hun sociale context, waar mogelijk. Verplegen omvat: het vaststellen van de behoefte aan
verpleegkundige zorg door middel van klinisch redeneren; therapeutische interventies en
persoonlijke verzorging; informatievoorziening; educatie; advies en voorspraak; lichamelijke,
emotionele en geestelijke ondersteuning.

Competenties:
- De verpleegkundige stelt op basis van klinisch redeneren de behoefte aan verpleegkundige
zorg vast op lichamelijk, psychisch, functioneel en sociaal gebied, indiceert en verleent deze
zorg in complexe situaties, volgens het verpleegkundig proces, op basis van EPB
- De verpleegkundige versterkt (zo ver mogelijk) het zelfmanagement van mensen in hun
sociale context. Ze richt zich daarbij op gezamenlijke besluitvorming met de zorgvrager en
diens naasten, en houdt hierbij rekening met de diversiteit in persoonlijke eigenschappen,
etnische, culturele en levensbeschouwelijke achtergronden, en ideologische overtuigingen.
- De verpleegkundige indiceert en voert verpleegtechnische (voorbehouden) handelingen uit
op basis van zelfstandige bevoegdheid of functionele zelfstandigheid zoals beschreven in de
weg BIG

Klinisch redeneren=
Het continue proces van gegevensverzameling en analyse, gericht op de vragen en problemen van de
patiënt. In dit proces richt de verpleegkundige zich op risico inschatting, vroeg signalering,
probleemherkenning, interventie en monitoring.

Gegevensverzameling=
Omdat ieder mens anders reageert op dreigende ziekte en behandeling, zowel lichamelijk als
psychisch, functioneel of sociaal, maakt de verpleegkundige gebruik van een veelheid aan informatie.
Allereerst informatie van de persoon zelf, van zijn omgeving en van andere zorgverleners. Dit kan
mondelinge informatie zijn, informatie uit observaties en lichamelijk onderzoek, en informatie uit
overdrachten en dossiers.

Uitvoeren van zorg=
Het verlenen van integrale zorg door zelfstandig alle voorkomende (inclusief voorbehouden en
risiciovolle) verpleegkundige handelingen in complexe zorgsituaties voeren met inachtneming van de
geldende wet- en regelgeving en vanuit een holistisch perspectief.
Zelfmanagement versterken=
Het ondersteunen van zelfmanagement van mensen, hun naasten en hun sociale netwerk, met als
doel het behouden of verbeteren van het dagelijks functioneren in relatie tot gezondheid, ziekte en
kwaliteit van leven.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ilsepieters1969. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

76669 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,39  3x  vendu
  • (0)
  Ajouter