Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Uitgebreide drama samenvatting voor 3 VMBO-T €4,49   Ajouter au panier

Resume

Uitgebreide drama samenvatting voor 3 VMBO-T

 7 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Type

In deze samenvatting (van 6 blz.) lees je alles over de onderwerpen: - Drama algemeen; - Drama techniek; - Drama maken; - Drama (buiten) speelvloer en tijdens de repetitie; - Drama verschillende toneelstukken.

Aperçu 2 sur 6  pages

  • 29 mars 2021
  • 6
  • 2017/2018
  • Resume
  • Lycée
  • 3
avatar-seller
Drama (VMBO-T)

Algemeen
Acteren= Toneelspelen; Je inleven in een rol/ personage en deze door middel van handelingen
uitbeelden.
Acteur/actrice= toneel-, filmspeler. Iemand die als beroep in toneel-, filmstukken speelt.
Actie/handelingen= Dat wat de acteur doet (zichtbare handeling tijdens spel).
- Een uiterlijk aspect: Dat gene wat men op het toneel doet.
- Een innerlijk aspect: Beweegredenen of motief voor gebruik van handeling.
Artiest= Een uitvoerend kunstenaar. (Het wordt ook gebruikt in het circus of amusement).
Bijrol= ondergeschikte rol in een toneelstuk/film.
Conflict= Het probleem in de scène (beschouwd als de grondslag voor traditionele drama structuur).
Dubbelrol= een acteur die meerdere rollen in één voorstelling speelt.
Figurant/figureren= Speler van zwijgende (bij)rollen.
Figuranten zijn vaak van belang voor gewenste sferen in een stuk/film.
Karakter= gelaagd personage. (Eigenschappen zijn meer uitgewerkt in tegenstelling tot type).
Personage= De rol die je speelt.
Rol: - De personage die je speelt in een bestaand toneelstuk of geïmproviseerd spel.
- De uitgeschreven tekst -van de personage- op een blad of het afgesproken deel spelen op het
toneelstuk.
- Alle gedragingen en gesproken of gezongen tekst waarmee een speler een personage uitbeeld.
Situatie= de omstandigheden in een scène of toneelstuk.
Spanning= Een geladenheid in het handelen van een personage.
Spel= Toneelspel. Georganiseerde, dramatische handelingen die op basis van improvisatie of
vastgelegde tekst kan plaatsvinden.
Spelen= in rol meedoen aan een dramatisch spel of toneelspel, acteren, dramatiseren.
Speler= degene die het personage vorm geeft in uitbeeld tijdens het dramatische spel.
Tegenspel= In spel reageren op wat andere spelers doen of zeggen.
Typetje= Personage met maar 1 groot vlak/karaktertrek (Meestal komisch).

Verbaal
Accent= de manier waarop iemand de klanken uit spreekt.
Articuleren/articulatie= de wijze waarop je probeert zo gecontroleerd mogelijk woorden uit te
spreken.
Denktekst= De tekst die de personage denkt, maar niet hardop zegt. (In ‘directe rede’ schrijven).
Dialoog= Een gesprek/tekst tussen twee of meer mensen.
Emotie= Een heftig gevoel.
Intonatie/intoneren= stemtechniek.
Jabbertalk/jabberen= met een niet bestaande taal toch begrijpelijk impulsen kunnen overbrengen.
(doormidden van stemgebruik en lichaamstaal).
Klankkleur (timbre)= specifieke en karakteristieke eigen klanken van de stem. (Niet veel invloed op).
Monoloog= Een tekst dat één persoon (niemand van medespelers) spreekt. (Oudste theatrale vorm).
Stemgebruik= De manier waarop je jouw stem gebruikt bij het spreken: - Accent: groep herkennen.
- Emotie: Een heftig gevoel.
- intonatie/volume.
- klankkleur: niet trainbaar.
Subtekst= Alles wat niet duidelijk wordt in de geschreven toneeltekst, maar wel gespeeld kan
worden (Subtekst kan door iedereen anders omschreven worden).
Taalgebruik= De manier waarop mensen spreken en schrijven in bepaalde situaties.
Tekstinterpretatie= De manier waarop je de tekst uit een script opvat.
Verbale uitingsmogelijkheden= Hiermee kan de speler door middel van klanken en mondeling
taalgebruik iets uitbeelden (Taalgebruik; stemgebruik).
Volume= hoe hard of zacht je de woorden uit spreekt.

, Drama (VMBO-T)

Non-verbaal
Afgang= Het verlaten van een acteur op het toneel.
Bevriezen/ freeze= In één houding helemaal stil blijven staan, waarin spanning wordt vastgehouden.
Beweging= Gerichte activiteit van een personage om van houding of plaats te veranderen.
Bewegingspatroon= De manier waarop de personage zich functioneel beweegt in de ruimte.
Blikrichting/kijkrichting= Welke kant de speler (Het publiek) hij/zij opkijkt.
Expressie= Jezelf tot uiting brengen: In drama: aanduiding voor een kwaliteit.
- In het algemeen: elke door andere waarneembare menselijke uiting of gedragswijze.
Fysieke spel= Speltechniek, waarbij het (hele) lichaam wordt ingezet (Uitzondering van je stem).
Gebaar= Bewuste handelingen (met delen) van het lichaam.
Houding= De manier waarop men (bewust; een deel) zijn lichaam houdt en door andere wordt
waargenomen.
Lichaamstaal= Boodschap die wordt overgebracht door middel van het lichaam.
(houdingen, gebaren, bewegingen, zonder gesproken worden).
Mimiek= Gezichtsuitdrukking.
Non- verbale communicatie= Contact met elkaar maken en begrijpen zonder taal te gebruiken.
Opkomst= het opkomen/ verschijnen van een acteur op het toneel.
Positie= De plek van spelers op het speelvlak ten opzichte van elkaar, het decor, of het publiek.
Slowmotion= Sterk onderscheiden vertraagde beweging.
Stil spel= Een stukje spel zonder tekst, binnen een toneelstuk met tekst.
Uitbeelden/uitbeelding= Het beeld zichtbaar maken voor anderen.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur yuliagobel. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

83249 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,49
  • (0)
  Ajouter