1 Inleiding Recht
De inhoud van het recht wordt door de politiek bepaald, daarom verschilt het van land tot land.
Daarnaast zorgt het recht ook voor orden.
Het recht = het geheel van overheidsregels dat de samenleving ordent.
Het recht bestaat uit 5 rechtsgebieden: staatsrecht, bestuursrecht, strafrecht, burgerlijk- civiel- of
privaatrecht en rechtspersonenrecht.
Staatsrecht = geeft de grondregels voor de organisatie van de Staat (in rust)
Bestuursrecht = geeft regels over het bestuursrecht van de Staat. Biedt burgers recht op
bezwaar.
Strafrecht = beschrijft verboden gedragingen waar straf op staat
- Politie = spoort strafbare feiten op en mensen die ze begaan
- Openbaar Ministerie (OM) = beslist of de verdachte wordt vervolgd en zorgt dat de
straf uitgevoerd wordt.
- Rechter = bewijs beoordelen en kijken of iemand een strafbaar feit heeft begaan.
Beslist ook de straf
Burgerlijk-, civiel- of privaatrecht = alle rechts verhoudingen tussen burgers onderling
- Personen- en familierecht = familierechtelijke verhoudingen: geboorte, overlijden,
naamrecht, afstamming, gezag over minderjarige, huwelijk, scheiding
- Vermogensrecht = worden alle bestanddelen beschreven waaruit een vermogen is
opgebouwd en beschrijft de rechten en plichten die uit die vermogensrecht vloeien.
Erfrecht = (apart deel van vermogensrecht) wat er gebeurt met het
vermogen van een overledenen
Rechtspersonenrecht = worden twee ondernemingsvormen en twee samenwerkingsvormen
beschreven die rechtspersoonlijkheid bezitten.
Rechtspersonen = organisatie en bedrijven die zelfstandig aan het rechtsverkeer deelnemen, Het
vermogen van de rechtspersoon staat los van het vermogen van de bestuurders.
Het recht wordt niet alleen opgedeeld naar rechtsgebieden, maar ook naar onderwerpen. Ze lopen
dwars door de rechtsgebieden heen. Jeugdrecht bestaat bijvoorbeeld uit personen- en familierecht
en uit strafrecht. Ondernemingsrecht bestaat uit rechtspersonenrecht en vermogensrecht.
Publiekrecht = geeft regels ten aanzien van de verhouding tussen de burgers en de overheid. Omvat
ook verhoudingen tussen overheidsinstanties onderling.
Staatsrecht
Bestuursrecht
Strafrecht
Als de overheid geen specifiek doel of bevoegdheid heeft valt de overeenkomst binnen het
burgerlijkrecht. De overheid handelt als een ‘gewone burger’.
Privaatrecht = ook wel burgerlijkrecht of civielrecht genoemd is tussen burgers onderling
Burgerlijk-, civiel- of privaatrecht
Materieel recht = beschrijft rechten en plichten van mensen en instellingen (verboden)
, Formeel recht = pas van belang als het materieel recht geschonden wordt. Wat wordt er gedaan bij
een schending van een materieel recht of plicht. (handhavingsregels)
Het formeel recht beschrijft hoe het materieel recht gehandhaafd moet worden. Materieel: Artikel
287 Sr: verbod op doodslag, want de verplichting is: gij zult niet doden. Formeel recht: Artikel 52 Sr:
opsporingsambtenaar mag de verdachte staande houden.
NB: In het staatsrecht wordt geen onderscheidt gemaakt tussen materieel- en formeelrecht, want
het staatsrecht kent maar weinig handhavingsregels. Er wordt ervan uitgegaan dat de
overheidsorganen geen dwang nodig hebben om zich aan de regels van het staatsrecht te houden.
Overige indelingen van het recht:
Nationaal recht = elk land is vrij om zelf rechtsregels te maken, deze gelden alleen op het
grondgebied van dat land.
Internationaal recht = de rechtsrelaties tussen verschillende staten. Ze worden vooral
vastgelegd in verdragen; deze bevatten soms regels waar burgers direct te maken mee
hebben (b.v. de Europese Unie)
Objectieve recht = de rechtsregels zoals we die o.a. in wetten en verdragen vinden
Subjectieve recht = de rechten en bevoegdheden die mensen aan dit objectieve recht
ontlenen
2 Rechtsbronnen
Rechtsbronnen = de plaatsen waarin het recht te vinden is
Het (internationaal) verdrag
De wet
De jurisprudentie
De gewoonte
Het (internationaal) verdrag = een overeenkomst tussen twee of meer Staten
Internationale verdragen waar ons land zich bij heeft aangesloten zijn rechtsbronnen. Zij maken dus
ook deel uit van ons nationaal recht.
De wet
Alle wetten samen vormen een belangrijke vindplaats van het recht. Wetten worden gemaakt door
‘de wetgever’, maar niet door steeds dezelfde wetgever. Eén centrale wetgever is praktisch
onmogelijk door de grote aantallen, maar is daarnaast ook niet gewenst. Sommige regels kunnen
beter door een regionale of gemeentelijke wetgever worden gemaakt, zodat de regeling beter
aansluit op de regio of gemeente.
Wet = een overheidsregel met algemene werking. Algemeen verbindende voorschrift
Wet in formele zin = een besluit afkomstig van regering en volksvertegenwoordigers samen, dat
volgens een vaste procedure tot stand is gekomen. (een besluit van onze hoogste wetgever)
Alleen wetten afkomstig van de ‘hoogste wetgever’, namelijk regering en volksvertegenwoordiging
samen, en tot stand gekomen volgens een in de Grondwet vastgelegde procedure, zijn wetten in
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur evelien03. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.