Verzekeringsrecht
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
I. INLEIDING
Mens heeft een onzeker bestaan je kan doodgaan, huis is afgebrand, er kan vanalles
gebeuren.. Vol risico’s
Hoe oplossen?
Openbaar ministerie
o Sparen
o Sociale zekerheid
Kenmerkend: de overheid, die uitkeringen geeft aan personen die getroffen zijn
door een sociaal risico.
Inkomsten: de sociale zekerheid moet inkomsten hebben. Die inkomsten
worden op arbeid gelegd bv.: RSZ-bijdragen
o Verzekeringen
Niet de overheid, een persoon individueel sluit een verzekering af
Eerste verzekering: zeeverzekering
Probleem: verzekeraars willen niet alles verzekeren: zij selecteren risico’s
Verzekering tegen overstroming: als je op een berg woont of je woont op de 10 de verdieping,
neem je die niet antiselectie, wordt niet gedekt
Oplossing antiselectie: verzekering verplicht maken
II. WETGEVING VERZEKERINGEN
1. Algemene wet: Wet betreffende de verzekeringen van 4 april 2014 (W. Verz.) DEEL 4. De
landverzekeringsovereenkomst
Doel landverzekeringsovereenkomst:
o Bescherming verzekeringsnemer
Art.85§1,lid 1W.Verz. Regel: 1 jaar
Art.90§2W.Verz.: verbod scheidsrechterlijk beding.
o Soms bescherming verzekeraar arbitrage (nadeel: vaak vzw)
Art.62,lid 1W.Verz: geen dekking bij opzet (behoudens anders
overeengekomen)
Beding is verboden, maar als er een geschil is kun je wel akkoord gaan door het beslechten
in abritrage.
,Kenmerk landverzekeringsovereenkomst
o Meestal dwingende recht ter berscherming van private belangen (relatieve nietigheid =
de nietigheid kan enkel ingeroepen worden door de beschermde persoon)
o Tenzij wetgever toelaat om af te wijken
Bv.: geen dekking bij opzet tenzij anders overeengekomen (toepassingsgeval in de
praktijk B.A. Gezinsverzekering)
Toepassingsgebied deel 4 landverzekeringsovereenkomst
Op alle landverzekeringsovereenkomsten met uitzondering van:
o Herverzekeringen
o Transportverzekeringen, met uitsluiting van bagage- en verhuisverzekeringen
Dus niet op: zee- en binnenwaterenverzekeringen, luchtvaartverzekeringen
Verzekeringen die niet vallen onder Deel 4, vallen onder deel 5: de oude verzekeringswet
van 11 juni 1874.
2. Bijzondere (verzekerings-)wetten bv.: KB brand, W.A.M.-wet
“Bijzondere wetten hebben voorrang op de algemene wet”
3. Burgerlijk wetboek bv.: overeenkomsten moeten te goeder trouw uitgevoerd worden
4. Wetboek Economisch Recht (WER): openbaar ministerie
Boek VI. Marktprijzen en Consumentenbescherming
5. Antidiscriminatiewetten: wetten van 10 mei 2007:
o Bepaalde vormen van discriminatie
o Discriminatie mannen/vrouwen
6. Anti-witwaswetgeving voor producten leven
7. Europees recht
III. INDELINGEN VERZEKERINGEN
1. Verplichte en facultatieve verzekeringen
o Heel wat verzekeringen zijn wettelijk niet verplicht af te sluiten.
o Sommige verzekeringen moeten wettelijk verplicht afgesloten worden.
o Soms verplicht de wetgever bepaalde dekkingen.
Wettelijk verplichte verzekeringen
Voorbeelden: B.A. motorrijtuig, B.A. jager, arbeidsongevallenverzekering, objectieve
aansprakelijkheidsverzekering brand en ontploffing voor inrichtingen toegankelijk voor het
publiek & 10-jarige aansprakelijkheid van aannemers, architecten en andere dienstverleners
in de bouw
, Wettelijk verplichte dekkingen
Voorbeeld: bepaalde natuurrampen (bv.: overstroming) in de brandverzekering
2. Contractueel opgelegde verzekeringen
Voorbeelden: A.B.R. polis voor aannemer, schuldsaldoverzekering, brandverzekering
huurder
Vrij af te sluiten verzekeringen
De meeste verzekeringen zijn niet verplicht doch een aantal zijn aan te raden.
Opmerking: soms zijn dekkingen wettelijk verplicht in niet-verplichte verzekeringen zoals in
een brandverzekering.
3. Verzekeringen op premie en onderlinge verzekeringen
Onderlinge verzekeringsmaatschappijen
o Deelnemers zijn tegelijk verzekeraars en verzekerden
o Kapitaal wordt geleverd door de verzekerden
o Premie is veranderlijk
o Beogen geen winst
o Premie bedoeld om schadegevallen uit te betalen + werkingskosten
o Eventueel ristorno’s (deel terugbetaald)
Voorbeelden: Ethias, Federale Verzekering
Handelsvennootschappen
o Premie is vast
o Kapitaal wordt geleverd door de aandeelhouders
o Beogen winst
o Tussenpersonen: makelaars en agenten
Agent: zelfstandige die slechts voor een bepaald aantal maatschappijen kan
optreden, meestal 1 of 2
Makelaar: lossere relatie met verzekeraars, kan voor een groot aantal
verzekeringsmaatschappijen tussenpersoon zijn
Voorbeelden: AXA, KBC-Verzekeringen, AG Insurance, Baloise, Vivium, DKV, Euromex, DAS,
ARAG…
4. Niet-levens- en levensverzekeringen
o Schadeinspecteur B.O.A.R. (Brand, Ongevallen en Allerlei Risico’s) = niet-
levensverzekeringen
o Levensverzekeringen: individuele (fiscaal aftrekbaar onder langetermijnsparen) en
groepsverzekeringen (werkgever kan dit aangaan voor al zijn werknemers)